Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Tijdelijke openbare ruimte om participatie te bevorderen

De Omgevingswet vraagt om participatie. Niet vastgelegd is hoe dat precies in praktijk moet worden gebracht. Gelukkig zijn er veel participatieprojecten waarvan geleerd kan worden. Ook in de projecten van URBANOS kent burgerparticipatie een belangrijke rol. Dat was een van de redenen dat Camila Pinzon Cortes en Pepijn Verpaalen eind vorig jaar de prijsvraag AM I included? over de inclusieve stad wonnen. Pepijn Verpaalen beantwoordt enkele vragen over hun aanpak. Van welke lessen kunnen ook anderen leren?

Redactie Omgevingsweb 16 augustus 2019

Participatie betekent actieve deelname aan besluitvorming. In de nieuwe Omgevingswet is dit een belangrijke pijler. Maar hoe krijg je bewoners zo ver dat ze mee (willen) denken? Een succesvol participatieproject van URBANOS was het aanleggen van een (tijdelijk) plein. Op deze manier konden bewoners daadwerkelijk ervaren wat de verandering zou betekenen. Bij de stemming over de uiteindelijke inrichting van het plein waren veel meer mensen betrokken dan in het eerdere proces.

Verpaalen: In Den Haag werden straten en pleinen heringericht omdat de rioleringen werden vervangen. Bewoners waren actief betrokken en mochten meebeslissen over hoe de straten en pleinen werden ingericht. Op de informatieavonden bleek dat een meerderheid van de bewoners De Sillestraat de verkeers- en parkeersituatie hetzelfde wilden houden. Een kleine groep wilde eigenlijk meer openbare ruimte. De gemeente kon geen keuze maken en vroeg ons om een experiment te doen."

"We zochten naar een middel om bewoners duidelijk te maken wat de mogelijkheden zijn van een straat met minder verkeersruimte en meer openbare ruimte. Wij hebben de straat 3 maanden afgesloten en een tijdelijke openbare ruimte aangelegd om een mogelijke toekomstige situatie na te bootsen. Bewoners kregen hierdoor de ervaring wat zou kunnen gebeuren, dus of er bijvoorbeeld verkeersproblemen komen, jongeren gaan hangen, kinderen spelen en/of buren elkaar ontmoeten. De tijdelijke openbare ruimte was een goed participatiemiddel, want iedereen moest wel betrokken raken. Je stapte namelijk uit je deur meteen in de tijdelijke openbare ruimte.

Wat maakte dit project zo succesvol?

Verpaalen: "De mening van de bewoners is veranderd. De tijdelijke openbare ruimte was niet ontloopbaar en dus raakte een groot deel van de bewoners betrokken. Zij ervaarden wat de mogelijkheden zijn van extra openbare ruimte in hun straat en hebben meegedaan aan de besluitvorming."

"Aan het eind van het experiment konden bewoners digitaal of op papier stemmen hoe het plein in de toekomst ingericht zou worden en de meerderheid koos voor de situatie die tijdelijk was aangelegd. Dit was dus totaal anders dan tijdens de bewonersavonden voorafgaand aan het experiment."

"Uit de enquête bleek dat een groot deel van de bewoners niet eerder betrokken was geweest bij de participatie en dat de tijdelijke openbare ruimte hun de ervaring had gegeven van wat zou kunnen gebeuren."

Er kan natuurlijk niet altijd en overal een tijdelijke situatie worden aangelegd. Zijn er algemene lessen uit te trekken die meegenomen kunnen worden in volgende projecten?

Verpaalen: "De aanpak is geëvalueerd omdat deze aanpak ook voor de gemeente nieuw was. Binnen de gemeente waren namelijk ook twijfels of alles wel kon en dus hebben we bijvoorbeeld voorafgaand en tijdens het experiment beeldopnames van het verkeer gemaakt om de verschillende situaties te vergelijken."

"De tijdelijke openbare ruimte had picknicktafels en plantenbakken en sommige bewoners dachten dat de toekomstige inrichting exact hetzelfde zou zijn. We moeten dus scherper opletten hoe we alles tijdelijk inrichten en hoe we daar over communiceren."

"Natuurlijk kan je niet overal tijdelijke openbare ruimten aanleggen, maar er is veel meer mogelijk dan vaak wordt gedacht. Het loont zeker om ook andere participatiemiddelen, zoals een tijdelijke openbare ruimte, in te zetten om meer bewoners te betrekken en keuze meer inzichtelijk te maken. We hebben tijdelijke openbare ruimten aangelegd in Amsterdam, Marrakesh en Quito en we weten nu prima hoe we dit middel effectief moeten inzetten."

Wat moet er anders binnen de huidige participatietrajecten?

Verpaalen: "Er is niet een standaard aanpak die alle gemeenten hebben, dus er is ook geen standaard antwoord op te geven. We denken wel dat het belangrijk is om bewoners en andere stakeholders op een begrijpelijke manier te betrekken. Kaarten, teksten en beelden zijn vaak moeilijkte begrijpen of mensen ervaren het anders dan het bedoeld is. Een tijdelijke openbare ruimte is voor iedereen begrijpelijk, want je krijgt de ervaring van wat de toekomst zou kunnen zijn. Wij zijn eigenlijk altijd continu op zoek naar middelen om een verandering begrijpelijk te maken. Er is helaas niet één oplossing, dus het blijft maatwerk dat aansluit bij de doelgroep, het proces, de middelen en de mate waarin gemeenten durven te experimenteren."

Op welke manier houden jullie in de projecten oog voor verschillende achtergronden?

Verpaalen: "Natuurlijk is het belangrijk om op meerdere plekken in gesprek te gaan om een brede groep te betrekken, want op bewonersavonden is vaak een eenzijdige groep aanwezig. In een wijk zijn altijd plekken waar bewoners samenkomen, zoals een speeltuin, sportclub, plein of supermarkt. Prima plekken om andere meningen te horen en mensen met verschillende achtergronden te spreken."

Wat is het mooiste bewonersinitiatief dat u bent tegengekomen?

Verpaalen: "De sociale wijkonderneming Vlaardinger Ambacht is een knap staaltje bewonersactie. Deze club heeft een heel park geactiveerd zodat verschillende soorten bewoners elkaar ontmoeten. Zij runden de speeltuin en organiseerden verschillende activiteiten, maar vonden dat het nieuwe park niet genoeg werd gebruikt. We hebben toen samen met hen, bewoners en verschillende wijkorganisaties een plan gemaakt hoe aan het park nieuwe activiteiten toegevoegd konden worden. Het resultaat was vijf deelprojecten waarmee bewoners aan de slag konden. De wijkonderneming heeft vervolgens bewoners opgetrommeld, geld geregeld en aan het park verschillende nieuwe elementen toegevoegd, zoals een urban fitness, natuurspeeltuin en ontmoetingspunt. Het park wordt nu een stuk beter gebruikt. Gaaf is dat zelfs extra activiteiten zijn toegevoegd, zoals een kanoplek, omdat bewoners enthousiast werden en nog meer gingen ondernemen. Ze regelen nu ook het beheer van het park. Knap hoe een stel actieve bewoners zon positieve rol kan hebben in het verbeteren van hun wijk."

Zoveel mensen, zoveel meningen. Is er ook iets als te veel participatie?

Verpaalen: "Je merkt dat sommige bewoners participatiemoe zijn. Bewoners worden vaak gevraagd om mee te denken of te doen. In de Amsterdam K-buurt zijn bewoners zelfs gaan staken en deden niet meer mee. Gemeenten zijn ook niet de enige die vragen om een actieve houding, hetzelfde geldt voor scholen, sportclubs, zorginstellingen, wmo, hobbyclubs, etc; de participatiesamenleving is heftig. Participatie voor een bestemmingsplan of wijkvisie heeft dan ook vaak geen prioriteit omdat zon plan of visie te ver afstaat van hun dagelijkse zorgen. Door verschillende communicatiemiddelen te gebruiken op verschillende plekken kunnen bewoners zelf bepalen hoe zij meedoen; van enigszins passief tot heel actief."

"Veel heeft ook te maken met de verwachtingen. Bewoners doen mee en verwachten dan ook directe veranderingen, maar er wordt vaak weinig gedaan met hun input of het duurt jaren en bewoners haken af. We denken daarom dat het ook belangrijk is om de keuze van bewoners om te zetten in acties en niet hiermee te wachten tot een onbestemde toekomst. Vragen bewoners bijvoorbeeld om meer groen of openbare ruimte, dan kan een tijdelijke openbare ruimte geschikt zijn om de tijd tussen de participatie en de permanente herinrichting te overbruggen. Door te luisteren en acties te ondernemen wint een gemeente vertrouwen en krijgt zij meer draagvlak voor haar plannen en ideeën."

Artikel delen