Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Energietransitie loopt parallel met transitie in wetgeving

"We staan aan de vooravond van een versnelling in de transitie naar een duurzame samenleving. Opvallend is dat juist in de Omgevingswet de energietransitie niet expliciet is verweven en bijvoorbeeld als maatschappelijk doel in de wet is opgenomen. Voor een goede samenhang tussen de Omgevingswet en de energiewetgeving die op stapel staat, zou dat wel een goede aanvulling kunnen zijn."

26 augustus 2019

Energietransitie

Het woord transitie wordt regelmatig gebruikt als er wordt

gesproken over een omvangrijke overgang van een bestaande situatie naar een geheel nieuwe, waarvoor een fundamenteel andere aanpak, handelswijze en vaak ook fundamentele aanpassingen van wet- en regelgeving nodig zijn. Dat een transitie veel inzet en daarmee ook veel energie vergt van mens en maatschappij, is duidelijk. Een transitie vergt daarnaast ook lenigheid en creativiteit in denken en doen, en moed en doorzettingskracht om een nog moeilijk begaanbaar pad in te slaan.

Is de wetgeving er klaar voor?

Dit jaar zal naar verwachting het Klimaatakkoord door veel betrokken partijen worden ondertekend. Het Klimaatakkoord bevat vele afspraken om in 2050 tot een CO2-neutrale samenleving te kunnen komen, waaronder afspraken over een wetgevingsagenda voor de gebouwde omgeving. Voor de energietransitie in de gebouwde omgeving zijn de gemeenten aan zet; de regierol wordt nadrukkelijk bij hen neergelegd.

We hebben in deze transitie te maken met verschillende wet- en regelgeving. Zo vergt de overgang van aardgas naar alternatieve voorzieningen voor warmte en energie (en voor het gemak schaar ik daar ook een alternatief voor het koken op gas onder) forse ingrepen in de fysieke leefomgeving en in de marktordening betreffende elektriciteit, gas en warmte. In Nederland is de wetgeving op die terreinen vrij strikt van elkaar gescheiden en onder verschillende ministeries tot stand gekomen. Enerzijds is er energiewet- en regelgeving betreffende marktordening, tarifering en taken van de netbeheerder en anderzijds bestaat er wet- en regelgeving voor de indeling, bescherming en benutting van de fysieke leefomgeving in het omgevingsrecht.

Beide wetgevingscomplexen staan aan de vooravond van omvangrijke en ingrijpende wijzigingen. Deze wijzigingen behelzen binnen ieder wetgevingscomplex een transitie op zichzelf. Zo zal op 1 januari 2021 de Omgevingswet en aanverwante regelgeving (algemene maatregelen van bestuur en ministeriële regelingen) in werking treden, waarmee het huidige omgevingsrecht fundamenteel wijzigt. Daarnaast worden de Elektriciteitswet en Gaswet samengevoegd in de Energiewet 1.0 en de Warmtewet wordt gewijzigd (de zogenoemde Warmtewet 2.0). Eind 2019 zijn beide wetten naar verwachting zo ver om te worden geconsulteerd via een internetconsultatie. Om de doelen zoals genoemd in het Ontwerp-Klimaatakkoord überhaupt te kunnen halen, is het bovendien zaak dat de nieuwe wetten vlot het wetgevingsproces doorlopen. De ingewijden onder ons weten maar al te goed dat dit traject onzeker is en er nog vele discussies en aanpassingen zullen volgen op de consultatieversie van deze wetten.

Duidelijk is dus dat beide wetgevingscomplexen, vanuit energie en vanuit de fysieke leefomgeving, een cruciale regulerende en ondersteunende rol spelen in de transitie naar een duurzame samenleving. Enerzijds de regelgeving over tarifering en marktordening (denk aan de marktordening omtrent warmtenetten) en anderzijds de regelgeving over de fysieke leefomgeving (denk aan de ruimtelijke impact van windenergie en zonne-energie op land). Het is van groot belang dat deze wetgeving in onderlinge samenhang wordt bezien bij activiteiten en projecten die in het kader van de energietransitie noodzakelijk zijn. Het is dan ook een gemiste kans te noemen dat de energietransitie niet expliciet als maatschappelijk doel in de Omgevingswet is opgenomen. Voor een goede samenhang en afbakening tussen de Omgevingswet en de energiewetgeving die op stapel staat, zou dat mogelijk wel een goede aanvulling zijn. Activiteiten en projecten die noodzakelijk zijn voor de energietransitie en het halen van de doelen tot uiteindelijk een CO2-neutrale samenleving hebben een naar verwachting grote impact op de balans tussen benutten en beschermen van de fysieke leefomgeving. Uitgangspunt van de Omgevingswet is juist om die balans te bewaren, aldus duidelijk verwoord in de memorie van toelichting op het wetsvoorstel Omgevingswet (Kamerstukken II 2013/14, 33 962, nr. 3, p. 63/64).

Artikel delen