Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Jurisprudentie signalering

De belangrijkste uitspraken op het gebied van het omgevingsrecht die in week 50 zijn gepubliceerd. Met onder andere een weigering van een omgevingsvergunning voor wijziging reclamemast en een afgewezen verzoek om opheffing dwangsom betreffende Liander in verband met graafwerkzaamheden in strijd met de Wet bodembescherming.

29 januari 2019

ECLI:NL:RVS:2018:4089

Milieuvergunning(en) voor uitbreiden co-(mest)vergistingsinstallatie bij rundveehouderij in Bergen op Zoom. Diverse kwesties:

  • Wijziging aanvraag à er is (direct) besluit genomen op sterk gewijzigde aanvraag, terwijl na oude aanvraag al ontwerpbesluit ter inzage had gelegen. Voortzetting van bestaande jp, college had het nieuwe ontwerp besluit ter inzage moeten leggen. Zie rov 5.3 à resultaat van alleen al deze actie is vernietiging van genomen besluit.

  • Bevoegdheidsblunder à beroepschrift gemeente is ondertekend door burgemeester ipv college. College probeerde dat ter zitting af te doen als kennelijke misslag maar ABRS accepteert dat niet:

ECLI:NL:RVS:2018:4066

Handhavingsverzoek scheepswerf Reimerswaal. Geluidsoverlast. Handhaving geluidsvoorschriften uit vergunning.

College vindt dat s nachts niet gemeten kan worden. ABRS vindt dat het wel kan: metingen zijn immers moeilijk, maar niet onmogelijk, zoals ook de conclusie van de bezwarencommissie luidt.

ECLI:NL:RVS:2018:4065

Handhavingsverzoek scheepswerf Reimerswaal. Geluidsoverlast. Handhaving geluidsvoorschriften uit vergunning. In deze zaak focus op werktijden uitzonderlijke bedrijfssituatie: niet vast te stellen dus ook niet te handhaven.

ECLI:NL:RVS:2018:4088

Vrijwel gelijkluidende / bijpassende uitspraak inzake scheepswerf Reimerswaal, maar dan vanuit perspectief omgevingsvergunning.

ECLI:NL:RVS:2018:4064

Verbouwing kantoorpand tot 12 appartementen in Roosendaal. Discussie parkeerdruk.

Appellante is door rechtbank niet-ontvankelijk verklaard, ABRS is het daar niet mee eens, gelet op de ter plaatse aanwezige parkeerdruk staat niet vooraf al vast dat hij ter hoogte van zijn kantoor en woning geen gevolgen van enige betekenis van het bouwplan zal ervaren. Discussie parkeerbehoefte. College krijgt gelijk omdat de woningen kennelijk toch binnen de centrumring liggen (definitiekwestie).

ECLI:NL:RVS:2018:4030

VVV. Gemeente Staphorst; zeer spoedeisende bestuursdwang tegen Recyclingbedrijf. College trok opschriftstelling d.d. 2 november 2018 weer in op 3 december 2018, een paar dagen na de schorsingszitting op 28 november 2018. Recyclingbedrijf wil desondanks uitspraak ivm schadevergoeding.

Voorzieningenrechter vindt dat er geen spoedeisend belang is inzake beoordeling van de schade. Volgt afwijzing schorsingsverzoek en veroordeling van college in proceskosten.

ECLI:NL:RVS:2018:3937

Dordrecht. Weigering omgevingsvergunning voor wijziging reclamemast

, want de gebouwde hoogte van de mast is 0,75 meter hoger dan vergund en de aangebrachte ledschermen zijn ook groter.

College wil geen vergunning verlenen, omdat vergroting van de inhoud van de reclamemast meer is dan het in dat artikel genoemde toegestane percentage. Discussie over berekeningen en methodes. Geen kruimelgeval.

ECLI:NL:RVS:2018:3936

Dordrecht. Oplegging dwangsom ivm onvergunde wijziging reclamemast. Zelfde casus als hiervoor, ter zitting gevoegd behandeld. Dwangsombeschikking blijft in stand. O.a. handhaving op grootte van de ledschermen is als terecht geoordeeld, dit is dus géén afwijking van geringe betekenis.

ECLI:NL:RVS:2018:4079

Heesch. Bouwplan voor gebouw met kantoor op de begane grond en vier appartementen op twee verdiepingen.

Discussie of omgevingsvergunning had kunnen worden verleend. De Afdeling stelt vast dat in het bestemmingsplan geen maximum aan het aantal woningen op het perceel is gesteld. Binnen de bebouwingsmogelijkheden die het bestemmingsplan biedt zijn reeds vier woningen mogelijk.

Parkeren: discussie over mogelijkheden dubbelgebruik. College heeft onvoldoende gemotiveerd dat dubbelgebruik mogelijk is. Bouwplan voldoet verder niet aan planregel dat afstand van gebouw tot aan perceelsgrens minimaal 3 meter moet zijn. Daar had rechtbank overheen gekeken. Alsnog geconstateerd door ABRS. Volgt bestuurlijke lus.

ECLI:NL:RVS:2018:4031

Oss. Weigering omgevingsvergunning voor gebruik gronden in strijd met bestemmingsplan door aanleg van weg of pad. ABRS oordeelt dat omgevingsvergunning niet nodig is, omdat gewenst gebruik past in bestemmingsplan.

ECLI:NL:RVS:2018:4033

Amsterdam. Omgevingsvergunningen verleend (BIP) en daarna geweigerd (BOB) voor veranderen en vergroten van woningen, door middel van een aanbouw aan de achterzijde van de woningen, deels voorzien van een dakterras. Bouwplannen in strijd met bestemmingsplan. Kruimelgevallenbeleid staat aanbouw toe, maar zonder dakterras (die vergunningen zijn inmiddels verleend).

In hoger beroep gaat het o.a. om de ontvankelijkheidsvraag: rechtbank had appellanten niet-ontvankelijk moeten verklaren omdat die geen zicht hebben op de bij de bouwplannen voorziene balkons, vindt het college. In rov 6.1 volgt dan toepassing van het criterium gevolgen van enige betekenis met vermelding van de ABRS uitspraak van 16 maart 2016. Buren zijn volgens ABRS wel degelijk belanghebbend, gelet op de afstand van minder dan 25 meter en het zicht op de balkons vanuit de achtertuinen.

Daarnaast voeren appellanten aan dat de rechtbank de vrijstellingsmogelijkheid voor balkons ten onrechte niet van toepassing heeft geacht. Afdeling acht benaming niet relevant, nu belang ligt in privacy overwegingen, zoals aangegeven in toelichting bij bestemmingsplan.

Tenslotte doen appellanten nog een beroep op het gelijkheidsbeginsel. Ook dat slaagt niet: ze hadden specifieke gelijkenissen aannemelijk moeten maken. Weer een zware bewijslast voor appellanten dus. En weer een bewijs dat beroep op gelijkheidsbeginsel vraagt om keiharde bewijzen, die vrijwel nooit te leveren zijn.

ECLI:NL:RVS:2018:4054

Verzoek om opheffing dwangsom afgewezen.

Betreft Liander (netbeheerder), die op 14 mei 2012 dwangsommen opgelegd kreeg ivm graafwerkzaamheden zonder bodemonderzoek, e.e.a. in strijd met Wbb en Bus. Waarschuwingsbrief ivm overtreding in 2015. Verzoek om opheffing dwangsom op 8 maart 2017. Besluit weigering opheffing 17 november 2017.

ABRS kiest kant van Liander: weigeringsbesluit onvoldoende gemotiveerd. Beroep van college op (nieuwe) waarschuwingsbrief van 16 augustus 2017 is niet relevant, want dat ziet op overtreding die buiten bereik van de last valt. Verder beroept college zich ten onrechte op data van invorderingsbesluiten (2016). ABRS overweegt ook nog in rov 2.5 dat last ziet op beëindigen en beëindigd houden van verschillende overtredingen, dat deze het gehele grondgebied van de provincie Noord-Holland betreft en dat deze meer dan vijf jaar van kracht is. Gecombineerd met het feit dat het college zich voor die periode slechts beroept op 4 gevallen waarin overtredingen zijn geconstateerd, die bovendien niet aantoonbaar hebben geleid tot daadwerkelijke overtreding van de last, en omdat er meer twijfels zijn (overtreding buiten last, toerekening invorderingsbesluiten aan Liander, overtreding zelf niet aannemelijk), heeft het college onvoldoende aannemelijk gemaakt dat een redelijk belang zich zou verzetten tegen opheffing van de last. Belang van Liander daarentegen is zeer groot, gelet op de hoge dwangsombedragen. Onvoldoende gemotiveerd en dus besluit vernietigd.

ECLI:NL:RVS:2018:4055

Haarlemmermeer. Bestuursdwang inhoudende dat bewoner van 6 portocabins met overkapping binnen 6 maanden moet verdwijnen ivm strijd met artikel 2.1 lid 1 sub a en c Wabo. Echtpaar houdt daar ook katten, honden, kippen en eenden.

Lange voorgeschiedenis: ook in 2006 heeft college al eens geprobeerd om meneer daar weg te krijgen. Is niet gelukt ivm verklaringen behandelend psychiater + hartproblemen. In nieuwe procedure wordt bereidheid tot verhuizing aangevoerd door college, maar zijn de medische verklaringen hetzelfde gebleven (recente verklaringen zijn overgelegd). College geeft aan dat aan meneer de langst mogelijke begunstigingstermijn is gegeven, dat is nagegaan of een geschikte woning aanwezig was en dat een urgentieverklaring is afgegeven. Verder acht het college de medische situatie verbeterd, nu meneer heeft aangegeven dat hij wil verhuizen.

ABRS oordeelt (kort gezegd, zie rov 6.2) dat medische omstandigheden slechts in zeer uitzonderlijke gevallen leiden tot afzien van handhaving; dat situatie i.c. niet noemenswaardig is verbeterd, gelet op actuele medische verklaringen. Bereidheid tot verhuizen vormt onvoldoende grond om aan te nemen dat medische situatie zodanig is verbeterd dat handhavend optreden zonder meer mogelijk is.

ECLI:NL:RVS:2018:4078

Uitbreiding kippenschuren van pluimveehouderij mogelijk gemaakt. Buurman (fruitteler) gaat in beroep en stelt schade te ondervinden door stof e.d. Bestemmingsplan is in strijd met provinciale Omgevingsverordening, want deel van uitbreiding ligt in gebied waar op grond van verordening geen uitbreiding mogelijk is. Toestemming provinciebestuur volgens ABRS niet relevant (rov 4.4). Nog wel inhoudelijke beoordeling van andere beroepsgronden, die geen van alle slagen.

ECLI:NL:RVS:2018:4080

Valkenswaard. Vaststelling bestemmingsplan. Niet-ontvankelijkheid appellanten wegens gebrek aan belang ivm te grote afstanden (70 300 meter) en factor geen zicht op plangebied. Onvoldoende omstandigheden naar voren gebracht buiten het sec noemen van de afstand tot het perceel.

ECLI:NL:RVS:2018:4059

Dwangsom tzv bewonen 1

e

verdieping bedrijfsgebouw Wychen.

Discussie: is bedrijfsgebouw hoofdgebouw (bewoning wel toegestaan) of bijbehorend gebouw (geen bewoning toegestaan)? In rov 4.3 opsomming van feiten die maken dat bedrijfsgebouw als hoofdgebouw wordt gezien.

Artikel delen