Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Eén kleine stap vooruit kan veel doen

Met uitzondering van verplichte inspectiecertificaten voor bepaalde brandveiligheidsinstallaties is er op dit moment wettelijk geen vereiste om tijdens de bouw aan te tonen dat aan de bouwregelgeving wordt voldaan. Er is geen vooruitgang met het wetsvoorstel kwaliteitsborging voor het bouwen.

31 januari 2018

Mocht behandeling op enig moment weer worden hervat dan zal het, in het meest gunstige geval, nog jaren duren voor eventuele invoering, in welke vorm dan ook, enig effect zal hebben.

Ondertussen stelt hoogleraar Rob Nijsse dat

de bouw door juristen wordt gegijzeld

. Hij komt met de suggestie nog een goed naar het Duitse model te kijken. De publicatie van Nijsse zorgt voor wat reuring en wederom hernieuwde suggesties om het anders te gaan regelen. Het zijn nu weer ideeën gericht op grootse voorwaardelijke stappen, eerst moet dit ... dan dat en misschien gaat ons dat dan verder helpen.

Alle goede bedoelingen ten spijt, de doe-het-anders-ideeën staan in contrast met de vooralsnog ingeslagen route van de Rijksoverheid om de borging van bouwkwaliteit integraal te willen verbeteren met een geheel nieuw stelsel in combinatie met aanpassing van de aansprakelijkheid voor bouwers.

Het is voor nu teveel tegelijk met als gevolg een impasse en geen vooruitgang.

Wat kan er wel op korte termijn om een stap vooruit te maken?

Wat het ook is, het moet in ieder geval niet groots en complex zijn. Het zou bij voorkeur iets moeten zijn wat direct effect heeft. Het streven is niet gelijk 1001 aspecten op te lossen. Misschien is één substantiële verbetering een prima begin. Die benadering staat het verder werken aan grootse veranderingen niet in de weg.

In het klein maken, het vinden van die focus op een haalbare stap, ligt het voor de hand eerst maar eens te bepalen wat nu echt het meest belangrijke is. Ik denk dat we het daar snel over eens zijn. Dat is veiligheid. Op het gebied van brandveiligheid zijn er al de nodige harde eisen van het verifieerbaar voldoen dus is de nood op een ander deelgebied groter. Dit brengt ons dan ook automatisch bij constructieve veiligheid. Je daar op focussen, gebaseerd op de missie 'begin met één punt', is de meest logische 'keuze'.

Het is zinvol om een verbeterstap niet te koppelen aan voorwaardelijke omvangrijke aanpassingen juist niet, zoek het dicht bij de huidige bouwpraktijk.

Ik heb nog eens een

rapport uit 2007

geraadpleegd. In opdracht van VROM Inspectie is indertijd de borging van constructieve veiligheid in bouwprocessen onderzocht. Als je het rapport (nog eens) leest is duidelijk dat het helemaal nog niet zo eenvoudig is om één relatief eenvoudige verbeterstap te maken.

Ik kan helaas niet virtueel met u stikkertjes op een bord gaan plakken om samen te gaan ontdekken wat stap één zou moeten zijn. Met wat heet 'deductieve reasoning' komt je op de meest voor de hand liggende oplossing. Volgt u mij in een paar simpele constateringen.

Vanuit de bouwbegeleiding, toezicht, controle tijdens de bouw is het keuren van de constructieve veiligheid, op cruciale momenten, erg belangrijk. Het is misschien wel het meest belangrijke.

Kijk ik naar het gemeentelijk toezicht dan hebben we traditioneel de stopmomenten, de momenten waarop de gemeente kan komen kijken hoe het er voor staat alvorens de bouw doorgaat en veel van hoe het wordt gemaakt niet meer te zien is. In de praktijk hebben we het over de momenten waarop er tijdens de bouw een melding richting gemeente gaat en er mogelijk iemand een kijkje neemt.

Het is verleidelijk de stopmomenten te betrekken in te nemen maatregelen om tot het gewenste resultaat te komen. Nee, voor nu is dat niet handig, de missie is één essentieel punt bepalen.

Verplicht stopmoment

Met verplichte stopmomenten om vast te stellen dat de constructieve veiligheid van een bouwwerk voldoet maken we een megastap vooruit. Hiervoor zou moeten gelden dat op die momenten aantoonbaar is dat aan de eisen wordt voldaan. Hiermee gaat de bouw anticiperen, maatregelen nemen om er voor te zorgen dat het stopmoment geen vertraging op gaat leveren. De keuring wordt alsdan een formaliteit. Wie niet anticipeert en geen maatregelen neemt, loopt het gevaar dat de bouw stil komt te liggen omdat niet aan de voorschriften wordt voldaan.

Enkel dit ene aspect organiseren is dan ook het meest minimale.

Eisen aan de keuring stellen, wie keurt, systemen, of wat dan ook maakt het weer complex. Ga het eerst maar eens doen. Bij een dergelijke verplichting zal de markt snel maniertjes vinden om er structuur in te brengen. Reken maar dat constructeurs dan met hét maniertje komen: als je het zo doet dan is het oké. Het wettelijk verankeren van de verplichting, gelijk aan verplichtingen die gelden voor indieningsvereisten bij de aanvraag van een vergunning, is naar mijn mening relatief eenvoudig en kan snel. Het is ook iets wat t.z.t. naadloos kan opgaan in een nieuw stelsel.

Ja maar

Wordt BWT dan straks aansprakelijk voor mogelijke bouwvertraging of erger? De verplichting gaat er voor zorgen dat BWT beter in staat is iets van de status van een bouwwerk te vinden: dan en dan maak je aan mij BWT aantoonbaar dat het werk constructief voldoet. Is niet aan de verplichting voldaan dan is sprake van bouwen in strijd met de wettelijke eisen.

Maar hoe gaat dat in de praktijk? Mag de bouwer dat zelf? Moet dit? Moet dat? Is er een verplichting dan wordt het georganiseerd. De opdrachtgever gaat het met de bouwer regelen. Het stelt BWT beter in staat in te grijpen waar nodig. De verplichting zal een preventieve werking hebben.

Het is uiteraard wel zaak dat de stopmomenten situatiespecifiek correct worden bepaald. Doe hierbij wat ook echt nodig is. Dit is bij uitstek iets wat VBWTN met de constructeurs zou kunnen oppakken.

Zoals met alles er zijn uiteraard andere stappen te bedenken.

Nu kan ik me eigenlijk niet voorstellen dat iemand tegen deze eerste stap op weg naar het best haalbare is.

Voor alle duidelijkheid: het bovenstaande is een verbetersuggestie.

Artikel delen