De kosten wegens schade, toegebracht aan waterstaatswerken, waarvoor eigenaren of gebruikers van vaartuigen wettelijk aansprakelijk zijn, worden door de op grond van artikel 5, eerste lid aangewezen ambtenaar geraamd en vermeld in een proces-verbaal dat, zo mogelijk, aan de schipper in afschrift wordt meegedeeld.
Indien het geraamde bedrag aan de betrokken ambtenaar niet tot zekerheid wordt betaald of niet tot diens genoegen zekerheid wordt gesteld voor betaling daarvan binnen redelijke termijn, is deze ambtenaar bevoegd, desnoods met behulp van de sterke arm, het voortzetten van de reis, het ondernemen van de terugtocht of het aanvangen van een nieuwe reis te beletten.
Onverminderd het recht op volledige vergoeding van de schade, is het Rijk bevoegd het betaalde bedrag aan te wenden tot herstel van de schade. Indien blijkt dat de werkelijke kosten wegens schade minder bedragen dan het betaalde bedrag, wordt het overschot, met de wettelijke rente daarvan vanaf de dag der betaling, uitgekeerd aan degene die heeft betaald.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Invoeringswet Waterwet
artikel: 2.36
(14-09-2017)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
nieuwe-regeling |
14-11-1996 |
13-12-1996 |