Terwijl de gekte op de woningmarkt toeneemt, blijft de kantorenmarkt ontspannen. Hoe komt dat? Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft het uitgezocht in de net verschenen studie ‘Divergentie op de kantorenmarkt’. De studie geeft ook aan hoe de leegstand verminderd kan worden. Daar ligt een duidelijke rol voor de provincies.
De conclusie van de studie Divergentie in de kantorenmarkt is duidelijk: weliswaar is de leegstand van de kantoren de laatste tijd verminderd, maar hij blijft structureel groot. 'Ook op de langere termijn valt niet te verwachten dat de behoefte aan kantoren de huidige voorraad zal overstijgen' aldus het Planbureau.
Blijvende leegstand?
De leegstand is een direct gevolg van eerder gemeentelijk beleid. De afgelopen jaren zijn zowel gemeenten als provincies wel terughoudender geworden in het creëren van ruimte voor nieuwe kantoren. Nu de markt in sommige regios weer aantrekt, rijst de vraag of die terughoudendheid blijft.
Er zijn inmiddels alweer signalen dat gemeenten kantoorontwikkeling mogelijk willen maken op plekken waar nog altijd veel leegstand is. Gelet op de lange doorlooptijd van nieuwbouw is de kans groot dat bij oplevering de extra vraag naar kantoren (als die er al is) alweer is gedaald en er dus meer leegstand ontstaat.
Rol van de provincies
Kantorenmarkten hebben een bovenlokaal/regionaal karakter: beslissingen van een gemeente hebben effect op omliggende gemeenten en op de regio. Wanneer gemeenten binnen een regio tegelijk gericht zijn op het aantrekken van kantoren, kan dit leiden tot regionale overproductie.
Daar ligt een duidelijke rol voor de provincies. Provincies kunnen bovenlokale afwegingen maken en die juridisch afdwingen. Daarmee spelen zij een rol bij het beteugelen van (over-)optimisme. Concurrentie tussen gemeenten - met als resultaat een teveel aan nieuwe kantoren - kunnen de provincies bedwingen via algemene regels in de provinciale ruimtelijke verordening.
Negen van de tien provincies met een provinciale ruimtelijke verordening hebben de afgelopen jaren de verordening voor de kantoorfunctie al restrictiever gemaakt, deels onder invloed van het Convenant Leegstand Kantoren uit 2012
Utrecht gaat verder
De provincie Utrecht gaat zelfs een stap verder. Deze provincie wil een bestemmingsplan vaststellen waarin overtollige, nog niet benutte lokale bestemmingsplancapaciteit voor kantoren wordt geschrapt. Het gaat om totaal 4,3 miljoen vierkante meter verhuurbaar vloeroppervlak, boven op de 1,2 miljoen vierkante meter aan kantoren die nu in de provincie leegstaat. Dit zou kunnen leiden tot planschadeclaims van grondeigenaren. Daarom heeft Utrecht een provinciale kantorenvisie waarin dit voornemen al is aangekondigd: planschadeclaims maken namelijk geen of minder kans wanneer het besluit dat schade oplevert te voorzien was.
Klik
hier
voor de studie van het Planbureau