Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Beantwoording Kamervragen over brandgevaarlijke gevelplaten en de nasleep van de brand in de Grenfell Tower in Londen

"Minister Ollongren (BZK) beantwoordt 4 sets vragen naar aanleiding van de fatale brand in de Grenfell Tower in Londen op 14 juni 2017 en het gebruik van brandgevaarlijke gevelplaten voor gebouwen in Nederland. Het gaat om de vragen van de Kamerleden Van Eijs (D66), Ronnes (CDA), Koerhuis (VVD) en Beckerman (SP)."

9 februari 2018

Beantwoording Kamervragen over brandgevaarlijke gevelplaten en de nasleep van de brand in de Grenfell Tower in Londen

Download hier de vragen en antwoorden in PDF

Hiermee bied ik u de antwoorden aan op de hierna genoemde vier sets Kamervragen:

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

drs. K.H. Ollongren

2018Z00244

Vragen van het lid Van Eijs (D66) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de nasleep van de brand in de Grenfell Tower in Londen (ingezonden 12 januari 2018)

1

Kent u het bericht Hogeschool Rotterdam sluit gebouw in verband met brandgevaar gevelplaten? 1)

Antwoord op vraag 1

Ja.

2 Kunt u zich herinneren dat uw ambtsvoorganger bij de beantwoording van mondelinge vragen op 13 juli 2017 heeft toegezegd lessen te trekken op basis van het Engelse onderzoek?

Antwoord op vraag 2

Ja.

3

Kent u de tussenrapportage naar aanleiding van de Grenfell Tower-brand, die in december is uitgekomen? 2)

Antwoord op vraag 3

Ja.

4

Is het waar dat volgens het rapport het gebruik van goedkopere materialen dan oorspronkelijk gepland een rol speelt in onveiligheid van gebouwen, met als gruwelijk voorbeeld de brand in de Grenfell Tower? Zo ja, in hoeverre kan dit ook in Nederland voorkomen?

Antwoord op vraag 4

Uit het rapport volgt dat in het Verenigd Koninkrijk gebouwen niet altijd gebouwd worden volgens het oorspronkelijk ontwerp en dat dit gebeurt zonder toestemming of beoordeling. Het rapport doet geen uitspraken over de brand in de Grenfell Tower.

Ook in Nederland kan het voorkomen dat er gebouwd wordt in afwijking van het ontwerp of verleende omgevingsvergunning zonder toestemming of beoordeling. Dit ondanks de inspanningen van het gemeentelijke bouwtoezicht. Ik heb echter geen aanwijzingen dat dit op grote schaal plaatsvindt als gaat om de brandveiligheid van gevels. Om de borging van de bouwkwaliteit, waaronder de brandveiligheid, te verbeteren, is door mijn ambtsvoorgangers ingezet op nieuwe regelgeving. Dit heeft geresulteerd in het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen 1) dat uitgaat van een beoordeling van het gerede bouwwerk in plaats van alleen een beoordeling van het ontworpen bouwwerk. Een onafhankelijke kwaliteitsborger moet deze beoordeling uitvoeren en verklaren dat het gerede gebouw voldoet aan de bouwvoorschriften (Bouwbesluit 2012).

5

Hoe is in Nederland gewaarborgd dat de brandbaarheid van bouwmaterialen voldoende wordt meegenomen bij de beoordeling van de brandveiligheid van het ontwerp van gebouwen?

Antwoord op vraag 5

In Nederland is de brandveiligheid van gebouwen geregeld in het Bouwbesluit 2012. De bouwende partijen dienen er voor te zorgen dat het ontwerp van een gebouw, waaronder de toegepaste bouwmaterialen, in overeenstemming is met de brandveiligheidsvoorschriften van het Bouwbesluit 2012. Het is vervolgens aan de gemeente (B&W) om het ontworpen gebouw te toetsen aan het Bouwbesluit 2012 in het kader van de aanvraag van een omgevingsvergunning voor het bouwen.

6

Op welke manier wordt in Nederland geborgd dat er volgens van te voren vastgelegde specificaties wordt gebouwd, en er geen veiligheidsproblemen kunnen ontstaan door het gebruik van goedkopere, inferieure materialen?

Antwoord op vraag 6

In Nederland dienen de bouwende partijen te borgen dat (veilige) materialen worden toegepast in overeenstemming met het Bouwbesluit 2012 en de verleende vergunning. Gemeenten kunnen toezicht houden op het bouwen en bij afwijkingen handhavend optreden.

1) https://www.nu.nl/binnenland/5082098/hogeschool-rotterdam-sluit-gebouw- in-verband-met-brandgevaar-gevelplaten.html

2) https://www.gov.uk/government/uploads/system/uploads/attachment_data/file/668831/Independent_Review_of_Building_Regulations_and_ire_Safety_web_accessible.pdf

1) Aangenomen door de Tweede Kamer op 21 februari 2017 en thans ter besluitvorming in de eerste Kamer.

2018Z01017

Vragen van het lid Ronnes (CDA) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over gebouwen met brandgevaarlijke panelen. (ingezonden 24 januari 2018)

1

Kent u het bericht 'Door heel Nederland staan gebouwen met brandgevaarlijke gevelpanelen'? 1)

Antwoord op vraag 1

Ja.

2

Is de beantwoording van de Kamervragen over de brandveiligheid van Nederlandse gebouwen nog actueel? 2) Zo nee, op welke antwoorden kunt u een actuele stand van zaken schetsen?

Antwoord op vraag 2

Ja.

3

Klopt de informatie dat de gevelpanelen die de brand in de Londense Grenfell- toren vorig jaar juni zo snel om zich heen liet grijpen, ook bij Nederlandse gebouwen zijn toegepast?

Antwoord op vraag 3

In de Grenfell-toren, een woongebouw, waren aluminium composietplaten (ACM- platen) toegepast met een polyethyleen vulling. ACM-platen zijn ook in Nederlandse gebouwen toegepast, maar wel hoofdzakelijk in utiliteitsgebouwen zoals kantoren en industriegebouwen. Gevelconstructies met ACM-platen kunnen in principe ook voldoen aan het Bouwbesluit 2012. Dit is afhankelijk van de precieze uitvoering en samenstelling van de gevelconstructie en de voor een gebouw geldende brandveiligheidsvoorschriften. De toepassing van ACM-platen in woongebouwen zoals de Grenfell-toren is in Nederland niet gebruikelijk. Als in Nederland gebouwen staan met gevels die niet voldoen aan het Bouwbesluit 2012, dan zal dit door de gebouweigenaar moeten worden hersteld.

4

Is het waar dat inmiddels meerdere Nederlandse gebouwen zijn aangeduid als gebouwen die niet aan de eisen voldoen en daarmee in principe niet veilig zijn? Zo ja, kunt u openbaar maken om welke gebouwen het gaat, dan wel de betrokken gemeenten verzoeken dat te doen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord op vraag 4

Naar aanleiding van de berichtgeving in Trouw heb ik navraag laten doen bij de heer Van der Leur van DGMR. Hieruit is naar voren gekomen dat hij - in opdracht van gebouweigenaren - betrokken is bij circa vijf bestaande gebouwen waarbij de gevelconstructie niet of niet volledig voldoet aan het Bouwbesluit 2012. Op basisvan de thans beschikbare informatie kan worden geconcludeerd dat het gebouwen betreft met veelal andere typen gevelplaten dan de ACM-gevelplaten die waren toegepast bij de Grenfell-toren. Verder ging het in geen enkel geval om een woongebouw met ACM-gevelplaten. De betrokken gebouweigenaren hebben uit eigener beweging onderzoek laten doen naar de brandveiligheid van hun gebouwen. Dit vind ik een goede zaak omdat gebouweigenaren zelf verantwoordelijk zijn voor de veiligheid van de gebouwen. Het is aan de gebouweigenaren om te communiceren over de onderzoeken die zij aan hun gebouwen laten plaatsvinden en daarover indien nodig contact op te nemen met het gemeentelijke bouw- en woningtoezicht. Sommige gebouweigenaren hebben inmiddels besloten om dat te doen. Zo heeft de Hogeschool Rotterdam besloten om een gebouw te sluiten en daarover de media en de gemeente te berichten. Het gemeentelijk bevoegd gezag bepaalt zelf of het opportuun is om extern te communiceren over de signalen die zij heeft ontvangen of zelf heeft opgemerkt. Of zij dit doen, is een lokale beslissing en onder meer afhankelijk van de urgentie om het publiek te informeren. Ik heb daarin geen rol.

5

Bestaat de kans dat er buiten de reeds ontdekte gebouwen met een te hoog risico op brandgevaar nog (veel) andere gebouwen zijn met een vergelijkbaar risico? Kunt u exact aangeven welke gebouwen het betreft? Zo nee, waarom niet? Bent u bereid om, indien gemeenten verantwoordelijk zijn, die gemeenten aan te speken op hun verantwoordelijkheid?

Antwoord op vraag 5

Uit het antwoord op vraag 4 volgt dat er op dit moment slechts een beperkt aantal gebouwen is waarvan gebleken is dat de gevel niet voldoet. Het is mogelijk dat er nog meer gebouwen in Nederland zijn waarvan de gevel niet of niet volledig voldoet aan de bouwregelgeving. Gevelplaten worden vooral toegepast in de utiliteitsbouw. In woongebouwen wordt meestal gewerkt met metselwerk.

De brandveiligheid van een gebouw hangt echter af van meer aspecten dan alleen de gevel. Ik verwijs hierbij naar wat de lector brandpreventie, de heer Hagen, zegt in het bericht in Trouw. Bij alleen een onveilige gevel is er volgens de heer Hagen niet direct hetzelfde fatale gevolg als bij de Grenfell-toren. Er is volgens hem nu geen reden om de noodklok te luiden in Nederland als het gaat om onveilige gevels.

Ik wil daarom eerst het onderzoek van Grenfell-toren afwachten en daarna bezien welke maatregelen nodig zijn. Al naar gelang deze maatregelen zal ik indien nodig ook een beroep doen op het gemeentelijke bouw- en woningtoezicht.

6

Deelt u de visie dat de leveranciers van de panelen weten welke hoge gebouwen in Nederland voorzien zijn van brandgevaarlijke panelen? Zo nee, waarom niet? Klopt het dat zij die informatie niet willen geven? Wat is de achtergrond van die non-coöperatieve houding? Bent u bereid, in samenwerking met de gemeenten, alles in het werk te stellen om die informatie spoedig te verkrijgen?

Antwoord op vraag 6

Leveranciers weten veel en het kan nuttig zijn deze informatie te geven. Ik heb hierom nog niet gevraagd omdat ik eerst het formele Engelse onderzoeksrapport afwacht en dan bezie welke maatregelen nodig zijn.

1) https://www.trouw.nl/home/door-heel-nederland-staan-gebouwen-met- brandgevaarlijke-gevelpanelen~ad6345c0/

2) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016-2017, nr. 2289

2018Z01021

Vragen van het lid Koerhuis (VVD) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over gebouwen met brandgevaarlijke gevelpanelen in Nederland. (ingezonden 24 januari 2018)

1

Kent u het bericht 'Door heel Nederland staan gebouwen met brandgevaarlijke gevelpanelen'? 1)

1) https://www.trouw.nl/home/door-heel-nederland-staan-gebouwen-met- brandgevaarlijke-gevelpanelen~ad6345c0/

Antwoord op vraag 1

Ja.

2

Wat is uw appreciatie van deze kwestie? Wat is de rol van de overheid in het tegengaan van dit probleem?

Antwoord op vraag 2

Gebouwen moeten voldoende brandveilig zijn. Het is primair de verantwoordelijk- heid van bouwende partijen om gebouwen te realiseren die voldoen aan het Bouwbesluit 2012. Voor bestaande gebouwen ligt het voldoen aan het Bouwbesluit 2012 bij de gebouweigenaar. Gemeenten hebben een toezicht- en handhavingstaak. Het interbestuurlijke toezicht op gemeenten ligt bij de provincies. Omdat er sprake is van een landelijke problematiek, ligt er ook een rol voor mij als stelselverantwoordelijke voor de bouwregelgeving. Ik wacht het formele Engelse onderzoek naar de Grenfell-toren brand af en bezie daarna of maatregelen nodig zijn. Zie verder onder andere mijn antwoord op de vraag 2 van het lid Ronnes (2018Z01017).

3

Kunt u op basis van het artikel aangeven hoe taken en verantwoordelijkheden ten aanzien van de borging van de kwaliteit van bouwwerken is geregeld? Wat is het effect van de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen op deze problemen?

Antwoord op vraag 3

Voor het antwoord van deze vraag verwijs ik naar het antwoord op de vragen 4, 5 en 6 van het lid Van Eijs (2018Z00244).

4

Kunt u aangeven of er in de situatie van dit artikel een volledig gebouwendossier bij de gemeente ligt? In hoeverre ligt de oorzaak van deze bouwfouten bij gebrekkig gemeentelijk toezicht? En in hoeverre adresseert de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen dit toezicht?

Antwoord op vraag 4

Bij de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het bouwen zullen gegevens en bescheiden moeten worden overlegd aan de gemeente waaruit blijkt dat voldaan wordt aan het Bouwbesluit 2012. De gedetailleerdheid waarmee informatie over de brandveiligheid van de gevel wordt overlegd aan de gemeente kan per gebouw verschillen. Ook kan lopende de bouw aanvullende informatie beschikbaar komen en naar de gemeente worden gestuurd. Bij de onderhavige problematiek zal veelal sprake zijn dat afwijkend van de vergunning is gebouwd en zal informatie over wat daadwerkelijk is gebouwd niet bij de gemeente aanwezig zijn.

Met het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen komt hier verbetering in. Enerzijds zal een onafhankelijke kwaliteitsborger beoordelen of het gerede bouwwerk voldoet aan het Bouwbesluit. Anderzijds zal sprake zijn van betere vastlegging van hetgeen daadwerkelijk is gebouwd in as-built documenten en de overdracht hiervan aan gemeenten in een overdrachtsdossier.

5

Deelt u de mening dat het belangrijk is om het toezicht in de bouwsector professioneel, effectief en efficiënt te regelen om de veiligheid van de bewoners en gebruikers te verbeteren? Deelt u de mening dat de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen dit zou regelen? Wat is de stand van zaken rondom deze wet? Wanneer kan de Kamer de volgende stap inzake deze wet verwachten?

Antwoord op vraag 5

Ja, zie mijn antwoord op vraag 4. Voor de stand van zaken van het wetsvoorstel verwijs ik naar mijn separaat aan de Tweede Kamer te verzenden brief over de stand van zaken van het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen.

6

Kunt u de antwoorden op deze vragen voor het algemeen overleg Bouwregelgeving en energiebesparing op 14 februari 2018 naar de Kamer sturen?

Antwoord op vraag 6

Ja.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen te zake van het lid Ronnes (CDA), ingezonden 24 januari 2018 (vraagnummer 2018Z01017)

2018Z01023

Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht dat ook in Nederland gebouwen staan die, net als de afgebrande Grenfell-toren in Londen, zijn bekleed met brandonveilige gevelpanelen (ingezonden 24 januari 2018) 1 Weet u op welke schaal in Nederland brandonveilige gevelpanelen zijn toegepast, op zowel hoge als op lage gebouwen? Wat is uw reactie op het nieuws dat deze brandgevaarlijke gevelplaten door heel Nederland zijn gebruikt en niemand lijkt te weten op welke schaal? 1)

Antwoord op vraag 1

Als antwoord op deze vraag verwijs ik naar mijn antwoorden op de vragen 3, 4 en 5 van het lid Ronnes (2018Z01017).

2

Is het waar dat het type paneel dat is gebruikt op de Grenfell-toren in Londen ook (veelvuldig) is en wordt gebruikt in Nederland? In hoeverre beoordeelt u deze panelen, met veel kunststof aan de binnenkant, als zeer gevaarlijk? Zijn er andere panelen die in Nederland worden gebruikt, die u als gevaarlijk beoordeelt? Is het naar uw mening noodzakelijk om deze en/of andere gevelplaten te verbieden?

Antwoord op vraag 2

In de Grenfell-toren, een woongebouw, waren aluminium composietplaten (ACM- platen) toegepast met een polyethyleen vulling. ACM-platen zijn ook in Nederlandse gebouwen toegepast, maar wel hoofdzakelijk in utiliteitsgebouwen zoals kantoren en industriegebouwen. De toepassing van ACM-platen in woongebouwen zoals de Grenfell-toren is in Nederland niet gebruikelijk.

Het Bouwbesluit 2012 stelt eisen aan de brandveiligheid van gevels van gebouwen. De zwaarte van deze eisen is onder andere afhankelijk van de hoogte van een gebouw 2). De eisen gelden verder voor de volledige gevelconstructie inclusief de daarin toegepaste gevelplaten. Gevelconstructies met ACM-platen kunnen in principe voldoen aan het Bouwbesluit 2012, maar dit is afhankelijk van de voor een gebouw geldende eisen en de precieze uitvoering en samenstelling van de gevel. Dit geldt ook voor andere typen gevelplaat die in Nederland worden toegepast. Het verbieden van bepaalde gevelplaten is daarom niet noodzakelijk.

2) Voor meer informatie over de eisen die het Bouwbesluit 2012 stelt aan de brandveiligheid van gevels, verwijs ik naar de antwoorden op eerdere Kamervragen (vergaderjaar 2016- 2017, Aanhangselnummer 2289).

3

In hoeverre is de uitspraak van brandveiligheidsadviseur Peter van der Leur van adviesbureau DGMR juist dat door slechte controle onduidelijk is op welke schaal de nog gevaarlijkere platen voorkomen? Hoe wordt er in Nederland gecontroleerd, op welke schaal en door wie?

Antwoord op vraag 3

Deze uitspraak van de heer Van der Leur in het bericht in Trouw heeft betrekking op de controle tijdens de bouw door het gemeentelijke bouw- en woningtoezicht. Hij merkt daarbij op dat gemeenten tijdens de bouw steekproefsgewijs controleren of de bouwmaterialen overeenkomen met wat in de aangevraagde vergunning werd aangekondigd, maar dat zij niet alles kunnen langs lopen, want dat zou veel te veel werk zijn. Ik kan mij vinden in deze uitspraak. Ik wil in dit kader overigens niet spreken van een slechte controle door gemeenten. Gemeenten hebben beleidsvrijheid hoe vaak zij controles uitvoeren op de bouwplaats en welke aspecten zij daarbij controleren. Een volledig dekkende controle door gemeenten kan niet worden verwacht en zou voorbij gaan aan het feit dat bouwende partijen primair zelf verantwoordelijk zijn voor de bouwkwaliteit en moeten borgen dat materialen worden toegepast in overeenstemming met de verleende vergunning. Hoewel het in Nederland kan voorkomen dat er gebouwd wordt in afwijking van de vergunning, heb ik geen aanwijzingen dat dit op grote schaal is gebeurd als gaat om de brandveiligheid van gevels. Ook de nu bekende gevallen van bestaande gebouwen zijn beperkt (zie ook het antwoord op mijn antwoorden op vragen 4 en 5 het lid Ronnes (2018Z01017)) .

4

Wat heeft het door voormalig minister Blok aangekondigde aan de praktijk van het toezicht wordt nu gewerkt en er wordt een verbeterslag gemaakt concreet opgeleverd om de controles aan te scherpen (2)? Acht u deze verbeterslag voldoende, gezien de recente opmerkingen van specialisten over de gebrekkige controle? In hoeverre is de situatie verbeterd nadat voormalig minister Blok stelde dat op teveel plaatsen bouwers vertelden dat de gemeente nooit kwam kijken en dat er in die zin een papieren werkelijkheid was ontstaan? Deelt u de mening dat de recente berichtgeving een bevestiging is van de eerdere conclusie van de heer Van Vollenhoven van de Onderzoeksraad voor Veiligheid dat de overheid teveel uit handen geeft?

Antwoord op vraag 4

In uw vraag refereert u aan de mondelinge beantwoording van vragen van het lid Van Eijs door de voormalig minister van Veiligheid en Justitie op 20 juni 2017. De door uw geciteerde uitspraken hadden betrekking op het Wetsvoorstel kwaliteitsborging voor het bouwen die thans ter behandeling in de Eerste Kamer ligt. De uitspraken van de minister hadden dus geen betrekking op het verbeteren van het huidige gemeentelijk toezicht op de uitvoering van de bouw. Ik deel ook niet de mening dat de recente berichtgeving een bevestiging is van de genoemde conclusie dat de overheid teveel uit handen geeft. De bestaande gebouwen waarvan de gevels nu niet brandveilig genoeg blijken te zijn, zijn gebouwd onder de huidige regelgeving waarbij het toezicht op de bouw bij gemeenten ligt. Het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen beoogt het toezicht op de bouw te verbeteren met een onafhankelijke private kwaliteitsborger die bij gereedkomen van het gebouw moet verklaren dat voldaan wordt aan de bouwvoorschriften. Deze kwaliteitsborger zal onderworpen zijn aan toezicht door een landelijke publiekrechtelijke toezichthouder.

5

Heeft u naar aanleiding van het Engelse onderzoeksrapport naar de Grenfell- brand bekeken of in Nederland aanvullende maatregelen nodig zijn? Wat was daarbij uw conclusie? (3)

Antwoord op vraag 5

Het Engelse onderzoeksrapport naar de Grenfell brand is nog niet beschikbaar. 6 Is het naar uw mening nodig om het Bouwbesluit (2012) nog aan te passen, mede gezien het feit dat u aangaf dat brandveiligheidseisen wel worden gesteld aan constructieonderdelen of scheidingsconstructies, maar niet aan de afzonderlijke materialen die hier deel van uit maken ? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord op vraag 6

Dit is naar mijn mening nu niet nodig. Met de eisen die het Bouwbesluit 2012 stelt aan constructieonderdelen of scheidingsconstructies wordt de brandveiligheid voldoende geregeld. Ik wacht het onderzoek van Grenfell-toren af en zal daarna bezien welke maatregelen nodig zijn in Nederland.

7

In hoeverre klopt de uitspraak van brandveiligheidsadviseur Peter van der Leur van adviesbureau DGMR dat gemeenten slechts steekproefsgewijs tijdens de bouw controleren of de bouwmaterialen overeenkomen met wat in de aangevraagde vergunning werd aangekondigd en dat gemeenten niet alles kunnen langslopen, omdat veel te veel werk zou zijn en de gevel voor gemeentes niet direct als cruciaal geldt?

Antwoord op vraag 7

Als antwoord op deze vraag verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 3.

8 Is het waar dat uw ministerie verkoopcijfers heeft gevraagd of opgeëist van de leveranciers van panelen en dat de minister dat toen niet is gelukt, waarbij onduidelijk is of de bedrijfssector de cijfers niet had, of niet wilde geven zoals de directeur van Vereniging Woning- en Bouwtoezicht stelt? Zo ja, op welke wijze bent u van plan deze cijfers alsnog te krijgen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord op vraag 8

Als antwoord op deze vraag verwijs ik naar mijn antwoorden op de vraag 6 van het lid Ronnes (2018Z01017).

9

Deelt u de zorg dat een aannemer de goedkopere en gevaarlijkere platen gewoon kan bestellen en daarmee, tegen de regels in, een hoog gebouw kan bekleden? In hoeverre schieten naar uw mening wetten, regels en controle hier tekort? Bent u voornemens wetten, regels en controle aan te scherpen?

Antwoord op vraag 9

Het huidige gemeentelijke toezicht geeft nu al de mogelijkheid voor de gemeenten om te voorkomen dat in afwijking van een omgevingsvergunning wordt gebouwd. Overigens is een aannemer primair zelf verantwoordelijk dat hij (veilige) platen toepast en bouwt volgens de vergunning. Desondanks kan het voorkomen dat er in strijd met de vergunning wordt gebouwd. Door mijn ambtsvoorgangers is mede daarom ingezet op de verbetering van de borging van de bouwkwaliteit, waaronder de brandveiligheid. Dit heeft geresulteerd in het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen 3 dat uitgaat van een beoordeling van het gerede bouwwerk in plaats van alleen een beoordeling van het ontworpen bouwwerk. Een onafhankelijke kwaliteitsborger moet deze beoordeling uitvoeren en verklaren dat het gerede gebouw voldoet aan de bouwvoorschriften (Bouwbesluit 2012).

3) Aangenomen door de Tweede Kamer op 21 februari 2017 en thans ter besluitvorming in de eerste Kamer.

10

Zijn er naar aanleiding van de recente storm in Nederland meldingen gedaan over gevelplaten die onvoldoende zijn geborgd en bij harde wind (storm) uit hun ophanging zijn gekomen? Zo ja, hoe vaak is dat gebeurd? Is het volgens u nodig extra maatregelen te nemen om dit in de toekomst, waar mogelijk, te voorkomen?

Antwoord op vraag 10

Er zijn aan mij geen meldingen gedaan over incidenten met gevelplaten bij de recente storm. Ik heb naar aanleiding van uw vraag ook navraag gedaan bij de Vereniging Bouw- en woningtoezicht Nederland (VBWTN) en die geeft aan drie verschillende incidenten met gevelplaten te kennen. Gezien de sterkte van de storm viel dit aantal incidenten mee. Er is geen aanleiding om extra maatregelen te nemen.

1) https://www.trouw.nl/home/door-heel-nederland-staan-gebouwen-met- brandgevaarlijke-gevelpanelen~ad6345c0/

2) Mondelinge vragen van het lid Van Eijs aan de minister van Veiligheid en Justitie, bij afwezigheid van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, over het bericht "Pieter van Vollenhoven: overheid geeft te veel uit handen" (20 juni 2017).

3) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016-2017, nr. 2289

Toelichting:

deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Ronnes (CDA), ingezonden 24 januari 2018 (vraagnummer 2018Z01017) en Koerhuis (VVD) ingezonden 24 januari 2018 (vraagnummer 2018Z01021).

Artikel delen