Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Aanpak PFAS-problemen – meer ruimte voor verplaatsen van grond

"Grond- weg- en waterbouwbedrijven ondervinden veel problemen omdat het giftige PFAS op veel plekken in de bodem zit. Het kabinet wil de gezondheid en omgeving beschermen, maar wil ook zorgen dat projecten zo snel mogelijk door kunnen gaan. Staatssecretaris Van Veldhoven zet vandaag een nieuwe stap in de aanpak van het PFAS-probleem. Zij vraagt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) om op basis van recente metingen met spoed een tijdelijke, landelijke achtergrondwaarde voor PFAS in de (land)bodem op te stellen. Zo kan de 0.1 grens die nu uit voorzorg op basis van de wet op sommige plekken geldt, verruimd worden tot deze landelijke achtergrondwaarde. Dit geeft bedrijven meer ruimte voor het verplaatsen van grond, zonder dat gezondheid of het milieu in gevaar komt. Van Veldhoven wil dat de ruimere norm uiterlijk 1 december van kracht wordt."

29 oktober 2019

Van Veldhoven: We kunnen PFAS niet uit de grond toveren maar we kunnen ook heel veel wèl. We moeten zo snel mogelijk van de 0.1 grens af, binnen de veilige ruimte die er is. Dat kan door een landelijke achtergrondwaarde. Daar heb ik het RIVM met spoed om gevraagd. Ik span me maximaal in om te zorgen dat de bouw zo min mogelijk last ondervindt.

Ruimere norm

Het RIVM is gevraagd met spoed te onderzoeken of daar waar 0,1 microgram nu op basis van de wet de grens is, te kijken of er meer veilige ruimte is op basis van beschikbare achtergrondwaarden. Van Veldhoven: Of die veilige ruimte er is, dat kan de overheid niet bepalen, dat kunnen bedrijven ook niet bepalen. Dat moet gebaseerd zijn op onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek. Maar als die ruimte er is, moet deze maximaal en zo snel mogelijk benut worden. Van Veldhoven stelde eerder al op verzoek van gemeenten en provincies het tijdelijk handelingskader PFAS vast om bedrijven zoveel mogelijk ruimte te geven grond te blijven verplaatsen

Taskforce

Naast het verzoek aan het RIVM of een verruiming van de 0.1 grens mogelijk is, heeft staatssecretaris Van Veldhoven een taskforce ingesteld. In de taskforce werken bedrijven en overheden voor de duur van in ieder geval één jaar samen aan oplossingen voor regio-overstijgende knelpunten. De taskforce wordt geleid door oud-topambtenaar Hans van der Vlist. Ook worden er door het land werkconferenties georganiseerd om voor concrete projecten in de regio te kijken wat de belemmeringen zijn, en hoe deze weggenomen kunnen worden. Dit kan alleen samen met gemeenten, provincies, Waterschappen en de bedrijven.

Bodemhelpdesk

Er is nog veel onduidelijkheid over wat wel en niet kan met PFAS-houdende grond. Om onduidelijkheden weg te nemen, is de bodemhelpdesk beschikbaar voor meer informatie. Mensen met concrete vragen over het verplaatsen van grond in relatie tot PFAS kunnen terecht bij de bodemhelpdesk, die te vinden is via .

Kamerbrief: Appreciatie motie lid Ziengs inzake PFAS

Geachte voorzitter,

In het debat over de begroting van Infrastructuur en Waterstaat heb ik toegezegd met een schriftelijk oordeel te komen over de gewijzigde motie van de leden Ziengs, von Martels en Stoffer (35300-XII-21). De suggestie om een taskforce in te stellen neem ik over. Met de wijzigingen van de motie zie ik deze als een aanvulling op het beleid. Ik laat daarom het oordeel over de motie aan uw Kamer.

Werkconferenties en taskforce

Ik begrijp de zorgen van bouwers en baggeraars en ik werk samen met alle partijen om binnen verantwoorde kaders zoveel mogelijk knelpunten weg te nemen. Ik zoek daarbij naar de redelijke ruimte voor grondverzet en baggerwerkzaamheden. In deze context ben ik bereid om, zoals de motie verzoekt, een taskforce PFAS in te stellen. Ik heb de Kamer al gemeld dat ik samen met de koepels regionale werkconferenties ga organiseren om voor concrete projecten in de regio te kijken wat de belemmeringen zijn en hoe die binnen de bestaande kaders kunnen worden opgelost. De taskforce zal bestaan uit personen vanuit overheid en bedrijfsleven met een onafhankelijk voorzitter. De taskforce en de werkconferenties zal ik samen met mede-verheden nader vormgeven, omdat zij zowel met kennis als verantwoordlijkheden een belangrijk schakel zijn. Voor beide zal ik daarom nauw samenwerken met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW). Maandag 28 oktober vond hierover bestuurlijk overleg plaats.

Onderzoek naar tijdelijke achtergrondwaarden PFAS

Tijdens de begrotingsbehandeling heb ik met u gesproken over de waarde van 0,1 microgram per kilogram droge stof. De 0,1 is gebaseerd op de bepalingsgrens: vanaf deze grens kunnen concentraties van PFAS in de bodem worden gemeten. Het gebruik van de bepalingsgrens is gebaseerd op het voorzorgbeginsel.

Onder andere het lid Ziengs en het lid Stoffer hebben mij gevraagd of de 0,1 omhoog kon, om meer ruimte te creëren. Ik constateer dat die ruimte er is in de gebieden die de functie wonen en de functie industrie hebben. Voor die functieklassen geldt de zogenaamde 3-7-3 norm. Voor landbouw en natuur geldt de bepalingsgrens, totdat de achtergrondwaarde bekend is. De achtergrondwaarde van een stof geeft de huidige gehalten aan zoals die in Nederland in de bodem wordt aangetroffen. Omdat de achtergrondwaarden van PFAS op veel plekken nog niet bekend zijn, heb ik het RIVM gevraagd mij met spoed te laten weten of er inmiddels al voldoende data beschikbaar zijn waarmee binnen afzienbare tijd een voorlopige achtergrondwaarde voor heel Nederland voor de meest relevante PFAS kan worden vastgesteld. Met een voorlopige achtergrondwaarde kan er daarom meer ruimte ontstaan voor het verplaatsen van grond zonder dat er risicos voor mens en milieu ontstaan. Waar lokaal metingen beschikbaar zijn, kan het bevoegd gezag daar overigens net zoals reeds nu het geval is, rekening mee houden. Het RIVM heeft mij aangegeven dat zij, op basis van de beschikbare data, uiterlijk per 1 december een advies over de hoogte van de tijdelijke landelijke achtergrondwaarde voor (land)bodem aan kunnen leveren. Ik zal deze dan zo snel mogelijk vaststellen. Daarmee geef ik invulling aan het verzoek in de aangehouden motie van het lid Ziengs (35300-XII-22), om snel tot een tijdelijke werkbare en veilige norm te komen.

Er lopen wetenschappelijke onderzoeken om definitieve normen te kunnen vaststellen. Met deze stap geef ik mede invulling aan de wens van de Kamer om waar mogelijk de onderzoeken te versnellen en hiermee zoek ik actief binnen de verantwoorde kaders naar de redelijke ruimte voor grondverzet en baggerwerkzaamheden. Om deze stappen zo snel mogelijk te kunnen zetten heb ik alle bevoegde gezagen en de sector gevraagd gegevens over de bodemkwaliteit aan te leveren bij het RIVM. Deze gegevens stellen mij immers in staat om een landelijk beeld te verkrijgen van de diffuse verspreiding van PFAS in de Nederlandse bodem.

Artikel delen