Geldt artikel 4 sub 1 BOR bijlage II ook voor een recreatiewoning op een park met meerdere recreatie woningen?

Op grond van artikel 4, onderdeel 1 kan een bijbehorend bouwwerk worden vergund in afwijking van het bestemmingsplan op basis van de reguliere procedure (kruimelregeling). Er moet dan wel voldaan worden aan de volgende eisen:> - er moet sprake zijn van een vergroting van een hoofdgebouw. Dus in dit geval moeten de recreatiewoningen als zodanig gezien kunnen worden en dat is het geval als de bestemming ook recreatie is.> - het moet gaan om recreatiewoningen gelegen binnen de bebouwde kom of er moet worden voldaan aan de aanvullende voorwaarden dat dekhoogte maximaal 5 meter is en de oppervlakte niet meer dan 150 m2.Wordt hieraan voldaan dan is er geen belemmering de kruimelregeling toe te passen. Aanvullend wordt nog opgemerkt dat het wellicht ook mogelijk is om de aanbouwen vergunningvrij te bouwen indien de uiteindelijke recreatiewoning plus aanbouw voldoet aan de voorschriften van artikel 3 onderdeel 2. Indien namelijk de gehele recreatiewoning vergunningvrij gebouwd zou kunnen worden dan is een vergunningplicht voor een uitbreiding zeker niet aan de orde.