Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Vergunning in strijd met rechtszekerheid, functie onvoldoende duidelijk

De uitspraak AbRvS 3 april 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1410 gaat over een omgevingsvergunning met, in eerste instantie een binnenplanse afwijking, die is verleend voor het wijzigen van de functie van stalling/garage naar creatieve industrie van een loods in Amsterdam. Zowel de rechtbank als de Afdeling is van mening dat uit het oogpunt van rechtszekerheid voor derden, uit een omgevingsvergunning duidelijk moet blijken wat het toegestane gebruik inhoudt.

14 april 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

Uit de beoordeelde omgevingsvergunning blijkt onvoldoende welke bedrijfsactiviteiten of functies op grond van de vergunning zijn toegestaan. Het vergunde gebruik "creatieve industrie" is in de omgevingsvergunning onvoldoende afgebakend en het laat te veel ruimte voor discussie over wat daaronder kan worden begrepen. In het advies van de bezwaarschriftencommissie staat weliswaar een lange opsomming van vormen van toegestaan gebruik volgens het begrip "creatieve functies" in andere bestemmingsplannen. Maar in de omgevingsvergunning wordt de term "creatieve industrie" gebruikt en niet duidelijk is of onder beide begrippen hetzelfde wordt verstaan. Verder is deze opsomming niet limitatief. Ook de bij de aanvraag gevoegde en van de vergunning onderdeel uitmakende toelichting en memo waarin de mogelijke creatieve functies zijn vermeld is daarvoor onvoldoende. Dat geldt ook voor het extra voorschrift dat later, bij beslissing op bezwaar, is verbonden aan het besluit en waarmee is verzekerd dat alleen bedrijven die vallen in categorie 1 of 2 van de VNG-brochure zijn toegestaan. Omdat onduidelijk is welke functies precies onder het ruime begrip creatieve industrie moeten worden begrepen, is het ook niet mogelijk om de ruimtelijke gevolgen van het vergunde gebruik voor de omwonenden en de omgeving te beoordelen en de ruimtelijk relevante belangen af te wegen. Dat betekent dat ook niet kan worden vastgesteld of het project al dan niet in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening. Het besluit is onvoldoende zorgvuldig voorbereid.

Ook een herstelbesluit haalt de eindstreep niet. Daarin zijn de functies nog steeds onvoldoende ingekaderd en ontstaan bovendien ook nieuwe onduidelijkheden. Gelet op de uiteenlopende activiteiten die met de omgevingsvergunning mogelijk worden gemaakt, het ontbreken van een concrete invulling van het project wat betreft onder meer het aantal bedrijven, het maximaal aantal personen dat in het bedrijfsverzamelgebouw zal gaan werken en het gebruik van de buitenruimte, blijft onzeker hoe het gebruik er daadwerkelijk uit gaat zien. Het is daardoor ook in dit herstelbesluit niet mogelijk om de gevolgen van het vergunde gebruik voor het woon- en leefklimaat en voor de parkeer- en verkeersituatie in de buurt te beoordelen. Dat betekent dat nog steeds niet kan worden vastgesteld of het project al dan niet in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening.

Artikel delen