Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Procesbelang bij (hoger) beroep in handhavingszaak als de werkzaamheden waar het bij het handhavingsverzoek om gaat al zijn afgerond?

Appellant B betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat zij geen belang meer heeft bij de beoordeling van het beroep. Appellant B stelt al jaren overlast te hebben van de bouwactiviteiten van [partij]. Het college heeft volgens haar op verschillende momenten onterecht nagelaten adequaat te handhaven. Zij stelt dat het college inspecties traineert en de verslagen daarover manipuleert. Hierdoor houdt de overlast die zij ervaart ook aan, zo stelt zij. De rechtbank heeft dit volgens haar miskend. Appellant B brengt naar voren dat zij met haar hoger beroep wenst te bereiken dat de Afdeling zich uitlaat over het toezicht en handhavingsbeleid van het college, zodat het college dat toezicht en beleid zal verbeteren.

14 april 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

Procesbelang is het belang dat een appellant heeft bij de uitkomst van een procedure. Daarbij gaat het erom of het doel dat de appellant voor ogen staat, met het rechtsmiddel kan worden bereikt en voor de appellant van feitelijke betekenis is. In beginsel heeft de appellant die opkomt tegen een besluit, procesbelang bij een beoordeling van zijn bezwaar of beroep, tenzij vast komt te staan dat ieder belang bij de procedure ontbreekt of is komen te vervallen.

De omstandigheid dat het college volgens appellant B regelmatig nalaat te handhaven en dat zij daarom hecht aan een inhoudelijk oordeel, maakt niet dat zij belang heeft bij een inhoudelijk oordeel van de bestuursrechter. De bestuursrechter heeft niet als taak om te beoordelen of een bestuursorgaan zijn taak in het algemeen goed uitvoert. De beoordeling van de bestuursrechter beperkt zich in eerste aanleg tot de vraag of een bestuursorgaan het besluit waartegen beroep is ingesteld, mocht nemen binnen het daarvoor geldende wettelijke kader. De vraag die bij het beroep van appellant B aan de rechtbank voorlag, was dus of het college in dit concrete geval, terecht heeft afgezien van het nemen van bestuursrechtelijke handhavingsmaatregelen.

De rechtbank heeft terecht overwogen dat appellant B geen belang meer had bij een inhoudelijk oordeel over die vraag. In het besluit op bezwaar van 20 juli 2021 staat namelijk dat de sloop- en bouwwerkzaamheden van [partij], waarop het handhavingsverzoek van 24 mei 2020 betrekking had, al waren afgerond. Dit heeft zij niet betwist.

Dat wat appellant B met het beroep feitelijk beoogde te bereiken, namelijk het stoppen van die werkzaamheden, was dus al bereikt. De rechtbank heeft het beroep van appellant B daarom terecht niet-ontvankelijk verklaard.

Artikel delen