Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Geen vergunningaanvraag als een brief 'melding vergunningsvrij bouwen' aan bevoegd gezag wordt toegezonden

In de uitspraak ABRvS 3 april 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1407 was de interessante rechtsvraag aan de orde of sprake was van een van rechtswege verleende omgevingsvergunning naar aanleiding van een brief die bij de gemeente was ingediend. De vraag is of die brief is aan te merken als een vergunningaanvraag waarop een besluit had moeten worden genomen.

14 april 2024

Er kan pas een omgevingsvergunning van rechtswege zijn gegeven als een aanvraag is ingediend als bedoeld in artikel 1:3, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb).

De door appellant bedoelde brief van 24 oktober 2017 heeft als titel 'Melding vergunningsvrij bouwen'. In die brief staat onder meer dat grote delen van de bouwwerken waarvoor op 27 september 2017 een aanvraag om verlening van omgevingsvergunning is ingediend, omgevingsvergunningvrij kunnen worden opgericht.

De Afdeling ziet geen reden om die brief aan te merken als een aanvraag om verlening van een omgevingsvergunning voor de in die brief genoemde bouwwerken. Uit die brief volgt immers dat volgens appellant voor het bouwen van de bedoelde bouwwerken juist géén omgevingsvergunning is vereist.

Appellant wijst in dit verband nog op een ontvangstbevestiging van het 'team Vergunningen en leefomgeving' van de gemeente, waaruit volgens hem blijkt dat de brief van 24 oktober 2017 wel degelijk als aanvraag in behandeling is genomen. De Afdeling overweegt daarover dat op die ontvangstbevestiging weliswaar een kruisje is geplaatst bij het woord "omgevingsvergunning", maar dat direct daarachter is vermeld: "melding vergunningvrij bouwen". Ook daaruit kan derhalve niet worden afgeleid dat de brief als aanvraag om omgevingsvergunning zou moeten worden aangemerkt.

Omdat de brief van 24 oktober 2017 niet kan worden aangemerkt als een aanvraag om verlening van een omgevingsvergunning, is er ook geen omgevingsvergunning van rechtswege ontstaan voor de drie bouwwerken op het perceel.

Overigens zij er op gewezen dat anders dan onder de Wabo het geval was bij de reguliere voorbereidingsprocedure (zie artikel 3.9, lid 3 Wabo) de regeling van de omgevingsvergunning van rechtswege niet meer van toepassing is onder de Omgevingswet (Kamerstukken II, 2017-2018, 34 986, nr. 3, p. 454).

Artikel delen