Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Bestuursrechters verruimen de mogelijkheden voor toetsing aan het evenredigheidsbeginsel

De grote kamer van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft vandaag uitspraak gedaan over de toepassing van het evenredigheidsbeginsel bij gebonden besluiten. Dat zijn besluiten waarbij het rechtsgevolg meteen volgt uit het wettelijk voorschrift waarop het besluit berust. Bij  zulke besluiten geeft het wettelijk voorschrift het bestuursorgaan geen ruimte om nog een belangenafweging in te maken. Ook bij  gebonden besluiten kan het nodig zijn om onnodig harde gevolgen van een wettelijk voorschrift te voorkomen. Daarom oordeelt de grote kamer van het CBb dat het evenredigheidsbeginsel ook van toepassing is bij gebonden besluiten.

De Rechtspraak 27 maart 2024

Samenvatting

Samenvatting

Het evenredigheidsbeginsel houdt in dat de voor een of meer belanghebbenden nadelige gevolgen van een besluit niet onevenredig mogen zijn in verhouding tot de met dat besluit te dienen doelen. Het oordeel  van het CBb houdt in dat het bestuursorgaan bij het nemen van  een gebonden besluit altijd nog wel moet beoordelen of er bijzondere omstandigheden zijn die maken dat het toepassen van het wettelijk voorschrift onnodig belastend is en daarmee tot een onevenredige uitkomst leidt. 

Met de uitspraak van vandaag zijn er nu drie uitspraken van een grote kamer van een hoogste bestuursrechter over de plaats en de betekenis het evenredigheidsbeginsel. De eerste twee waren de uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 2 februari 2022 (ECLI:NL:RVS:2022:385) 1 maart 2023 (ECLI:NL:RVS:2023:772). In de uitspraak van vandaag vult het CBb die twee uitspraken ook op een paar punten verder in. Het CBb werkt in de uitspraak van vandaag ook de eerdere rechtspraak over exceptieve toetsing verder uit.

De beroepen in de TVL-zaken die aanleiding gaven tot deze uitspraak zijn ongegrond.

Grote kamer CBb

De uitspraak is gedaan door een zogenoemde grote kamer van het CBb. Sinds 1 januari 2013 bestaat voor de hoogste bestuursrechters de mogelijkheid om te verwijzen naar de grote kamer met het oog op de bevordering van de rechtsontwikkeling en de rechtseenheid. De grote kamer bestaat uit vijf leden. Raadsheren (rechters) van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en de Centrale Raad van Beroep hebben zitting in de grote kamer.

De volledige uitspraak is via onderstaande link te raadplegen. Bij verschil tussen dit persbericht en de volledige uitspraak is laatstgenoemde beslissend.

Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met:

Celeste de Wit, afdeling persvoorlichting, tel. 06 22812976 of Administratie CBb 088 362 3910.

Uitspraken

  • ECLI:NL:CBB:2024:190

  • ECLI:NL:CBB:2024:191

Artikel delen