Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Enschede
Zaaknummer: 10659677 CV EXPL 23-2855
Vonnis van 16 april 2024
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Infomedics B.V., mede handelende onder de namen Infomedics Factoring, UwNota.nl, DFA Services en Infomedics DFA,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Almere,
eiseres in conventie, verweerster in reconventie,
hierna te noemen: Infomedics,
gemachtigde: B. Hagedoorn, verbonden aan Yards Deurwaardersdiensten te Almere,
tegen
[partij],
wonende te [woonplaats],
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
hierna te noemen: [partij],
procederende in persoon.
1.1.Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens eis in reconventie,
- de conclusie van repliek,
- de conclusie van dupliek in conventie, repliek in reconventie,
- de akte aan de zijde van Infomedics.
1.2.Ten slotte is vonnis bepaald.
2.1.Top Orthodontie B.V. (hierna: Top Orthodontie) heeft op 24 november 2021 orthodontie-werkzaamheden verricht bij [partij] voor welke werkzaamheden zij [partij] bij factuur d.d. 30 december 2021 een bedrag van € 193,60 in rekening heeft gebracht.
2.2.Top Orthodontie heeft de eigendom van de vordering bij akte van cessie overgedragen aan Infomedics Finance BV. Infomedics treedt op als opdrachtnemer en incasseert de vorderingen in opdracht van Infomedics Finance BV (lastgever).
2.3. [partij] heeft in eerste instantie op de hoofdsom een bedrag van € 58,85 betaald, het resterende deel van € 134,75 werd onbetaald gelaten.
De vordering:
3.1.Infomedics vordert in conventie om [partij] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 180,15, bestaande uit:
€ 134,75, zijnde het nog openstaande bedrag van de factuur van 30 december te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 juli 2023 tot aan de dag der voldoening
€ 5.40, aan tot 14 juli 2023 verschenen wettelijke rente;
€ 40,00, aan buitengerechtelijke kosten,
met veroordeling van [partij] in de kosten van de procedure.
De vordering van Infomedics is gebaseerd op de hiervoor opgenomen vaststaande feiten. De uitgevoerde werkzaamheden zien op het plaatsen van een nachtbeugel na afonding van het met [partij] overeengekomen behandeltraject.
Bij conclusie van repliek heeft Infomedics haar vordering verminderd met het door [partij] op 20 september 2023 betaalde bedrag van € 326,99.
Het verweer:
3.3
[partij] voert verweer. Zij stelt dat zij met Top Orthodontie een behandelovereenkomst is aangegaan ter zake een Invisalign Full-beugel behandeling voor een bedrag van
€ 2.050,00. Zij betwist dat de nachtbeugel geplaatst werd na afronding van het behandeltraject. De orthodontist oordeelde namelijk dat het behaalde resultaat van de behandeling verbeterbaar was omdat de tanden nog niet recht stonden. De orthodontist heeft echter zonder voorafgaande toestemming een nachtbeugel vervaardigd en uiteindelijk onder de nodige druk bij haar geplaatst die, in afwijking van de overeenkomst, niet van het merk Invisalign was. [partij] kan die beugel echter niet dragen, omdat deze vervaardigd is van ander materiaal en zij pijn en kokhalsneigingen krijgt van deze, volgens haar, niet comfortabele beugel. Omdat de nachtbeugel niet van het overeengekomen merk is en is vervaardigd zonder haar instemming, is [partij] van mening dat zij niet hoeft op te draaien voor de kosten van die beugel. Nu de vordering van Infomedics daar wel op gericht is, dient die vordering te worden afgewezen.
[partij] is bij haar conclusie van repliek in reconventie uitgebreid ingegaan op de perikelen rondom de nachtbeugel. Met name is aangevoerd dat de geplaatste beugel niet van het merk Invisalign zou zijn zoals in de behandelovereenkomst is vastgelegd.
Van Infomedics had verwacht mogen worden dat zij nader was ingegaan op de kwaliteit van de wel geleverde beugel en of die qua werking en materiaal te vergelijken was met de nachtbeugel van het merk Invisalign. Infomedics heeft eveneens onweersproken gelaten de stelling dat in het kader van de behandelovereenkomst uitsluitend een beugel van Invisalign aangemeten had moeten worden en dat de orthodontist zonder toestemming vooraf tot vervaardiging van een eigen huismerk-beugel is overgegaan. Dat [partij] bij het plaatsen van die beugel daardoor overrompeld zou zijn, zoals door haar gesteld wordt niet onaannemelijk geacht en is bovendien door Infomedics onweersproken gelaten.
4.2Geconcludeerd moet dan ook worden dat Infomedics onvoldoende heeft weersproken dat wat door [partij] over de nachtbeugel gemotiveerd en onderbouwd met producties is aangevoerd. Daaruit volgt dat de vordering moet worden afgewezen omdat in rechte onvoldoende is komen vast te staan dat de behandeling waarvan betaling wordt gevorderd tussen partijen is overeengekomen.
4.3Infomedics zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. Die kosten worden aan de zijde van [partij] vastgesteld op nihil nu gesteld noch gebleken is dat [partij] werd bijgestaan door een professioneel gemachtigde.
in reconventie
De vordering:
4.4 [partij] vordert – samengevat weergegeven – veroordeling van Infomedics tot betaling van een schadevergoeding, bestaande uit:
€ 3.800,00 voor een nieuwe beugelbehandeling Invisalign;
terugbetaling van alle behandelingen die zijn uitgevoerd inzake de beugels die niet van het merk Invisalign zijn en die betaald zijn aan de orthodontist;
€ 1.500,00 voor tandletsel door medische fout, o.a. om de tanden te herstellen;
€ 500,00 smartengeld;
buitengerechtelijke kosten;
proceskosten € 500,00;
terugbetaling van de onder protest verrichte betaling van € 326,99 aan Yards;
terugbetaling reeds betaald bedrag van de oorspronkelijke vordering via betalingsregeling.
4.5De vorderingen van [partij] onder de nummers 1 t/m 5 zijn gegrond op de stelling dat Top Orthodontie toerekenbaar tekort is geschoten in de uitvoering van de orthodontie- behandelovereenkomst zoals die tussen [partij] en Top Orthodontie tot stand is gekomen en dat Infomedics om die reden gehouden is de daardoor geleden schade te vergoeden.
Met deze vorderingen in reconventie gaat [partij] eraan voorbij dat Infomedics niet haar schuldenaar is. Weliswaar is de vordering tot betaling van de werkzaamheden met betrekking tot de nachtbeugel door Top Orthodontie aan Infomedics gecedeerd, maar het is toch echt Top Orthodontie die [partij] wegens wanprestatie tot schadevergoeding zal moeten aanspreken. Weliswaar behoudt [partij] bij cessie haar verweermiddelen tegen de vordering (zie art. 6:145 BW) en kan zij onder omstandigheden zelfs tot verrekening overgaan tegenover Infomedics van een vordering op Top Orthodontie (zie art. 6:130 BW), een vordering tot schadevergoeding wegens wanprestatie dient [partij] te richten tegen degene met wie zij de orthodontie-overeenkomst is aangegaan (zie ook Asser 6-II, tweede gedeelte, nr. 264), te weten Top Orthodontie B.V.
De hiervoor opgenomen vorderingen 1 tot en met 5 die zien op schadevergoeding wegens wanprestatie worden dan ook afgewezen. Toewijsbaar zijn wel de vorderingen onder 7 en 8, omdat die rechtstreeks volgen uit het geslaagde verweer in conventie. De kantonrechter gaat er daarbij vanuit dat de vordering onder punt 8 ziet op het reeds door [partij] betaalde bedrag van € 58,85.
4.7Wat resteert zijn de gevorderde proceskosten ad € 500,00. In kanton- en handelszaken worden proceskosten vastgesteld op basis van een vastgesteld liquidatietarief ingeval de winnende procespartij wordt bijgestaan door een professioneel gemachtigde. Daarvan is in het geval van [partij] geen sprake, zodat die kosten, net als in conventie, vastgesteld dienen te worden op nihil.
De kantonrechter:
in conventie:
5.1wijst de vordering af;
5.2veroordeelt Infomedics in de kosten van deze procedure tot op deze uitspraak aan de zijde van [partij] begroot op nihil;
in reconventie:
5.4veroordeelt Infomedics om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [partij] te betalen:
- het bedrag van € 326,99;
- het bedrag van € 58,85.
5.5veroordeelt Infomedics in de kosten van deze procedure tot op deze uitspraak aan de zijde van [partij] begroot op nihil;
5.6verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M.S. Kuipers, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 16 april 2024.
