Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

ECLI:NL:RBAMS:2024:2250

22 april 2024

Jurisprudentie – Uitspraken

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht – team kanton

zaaknummer: 10867456 EA VERZ 24-11

beschikking van: 8 april 2024

func.: 25.MVU

Beschikking van de kantonrechter

I n z a k e

[verzoekster]

wonende te [woonplaats]

verzoekster

nader te noemen: [verzoekster]

gemachtigden: mr. M.P.A. Oogjen en mr. T.B.M. Kersten

t e g e n

de besloten vennootschap Coca-Cola Nederland B.V.

gevestigd te Rotterdam

verweerster

nader te noemen: Coca-Cola

gemachtigden: mr. B. Vaandrager en mr. T. E. van der Toorn

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

[verzoekster] heeft op 5 januari 2024 een verzoek, met producties, ingediend dat strekt tot toekenning van een billijke vergoeding, met nevenverzoeken.

Coca-Cola heeft een verweerschrift ingediend, met producties.

Voorafgaand aan de zitting heeft [verzoekster] een akte overlegging producties tevens houdende akte uitlating en aanvulling van de verzoeken ingediend. Ook Coca-Cola heeft voorafgaand aan de zitting nog verdere producties ingebracht.

Het verzoek is mondeling behandeld op 26 februari 2024. [verzoekster] is verschenen in persoon, vergezeld door de gemachtigden en haar partner. Namens Coca-Cola zijn verschenen [naam 1] (Country Director Nederland), [naam 2] (Senior Manager COBC, intern onderzoeker bij Coca-Cola) en de gemachtigden. Partijen hebben hun standpunt aan de hand van een pleitnota toegelicht en vragen van de kantonrechter beantwoord. Na verder debat is een datum voor beschikking bepaald.

Feiten

1. Bij de beoordeling van het verzoek gaat de kantonrechter uit van de volgende feiten en omstandigheden:

1.1. [verzoekster] , geboren op [geboortdag] 1983, is op [datum] 2009 in dienst getreden van (de rechtsvoorgangster van) Coca-Cola. De laatstelijk door haar vervulde functie is Consumer & Shopper Connections Marketing Manager Europe. Het salaris bedraagt € 8.885,49 bruto per maand, exclusief vakantietoeslag en overige emolumenten.

1.2.Binnen haar functie is [verzoekster] bevoegd betalingen te accorderen tot een drempel-bedrag van € 200.000 op een goedgekeurde purchase-order (verder een PO). Daarboven geldt binnen Coca-Cola de autorisatie-procedure via de afdeling Procurement.

1.3. [verzoekster] heeft in naam van Coca-Cola Services NV voor de periode 1 mei 2019 tot en met 30 juni 2020 een “Overeenkomst van dienstverlening” gesloten met de vennootschap Baniloki BV (verder Baniloki), een bedrijf van [naam 3] (verder [naam 3] ) en [naam 4] (verder [naam 4] ), om met name [naam 3] in te zetten als influencer. Die overeenkomst is niet ondertekend door de daartoe bevoegde functionaris van Coca-Cola. Het briefpapier van de overeenkomst wijkt af van het gebruikelijke en Coca-Cola contracteert normaal niet rechtstreeks met influencers, maar alleen via zogenoemde “experience agencies”. [verzoekster] heeft de overeenkomst zelf opgesteld en haar naam staat bij de ondertekening.

1.4.Met betrekking tot de betaling staat in de overeenkomst van 2019:
Fixed Fee: 650K exclusief BTW 2019 – 600K exclusief BTW 2020
Bovenstaande bedragen zijn inclusief de kosten welke [naam 3] en [naam 4] maken.
Betaling zal verlopen via Chase The Brand Activation People
Betalingstermijn 2019 1e termijn (325K) 1 aug. 2019 – 2e termijn (325K 1 december 2019)
Betalingstermijn 2020 1e termijn (300K) 1 maart 2020 – 2e termijn (300K) 1 juni 2020)

1.5.Betaling van het bedrag heeft op drie verschillende dagen in 2020 in meerdere tranches per dag variërend van € 63.000 tot € 80.000 plaatsgevonden via de “trusted vendor” van Coca-Cola, het experience agency Chase, The Brand Activation People BV (verder: Chase). Chase wordt daarnaast ook wel door medewerkers van Coca-Cola als een soort bank gebruikt voor (spoed-) betalingen, die dan (met een opslag) na de autorisatie-procedure te hebben doorlopend door Coca-Cola worden vergoed. De betalingen aan Baniloki warenh lager dan het drempelbedrag waartoe [verzoekster] is geauthoriseerd en zijn niet door de afdeling Procurement van Coca-Cola geaccordeerd.

1.6. [verzoekster] was in november 2022 betrokken bij de organisatie van de All Hands Meeting (verder AHM) in Milaan, een intern personeelsevenement van Coca-Cola voor ruim 1100 medewerkers uit verschillende Europese landen. De organisatie stond onder leiding van het bedrijf DDMC. Voor dit interne personeelsevent was een totaal budget beschikbaar van € 5 mln, inclusief reis- en verblijfkosten van de aanwezige medewerkers van Coca-Cola.

Baniloki heeft in 2022 en 2023 de volgende facturen ingediend bij Coca-Cola:

- gedateerd op 30 november 2022 voor een bedrag van € 1,2 mln (PO: 7001757104), onder vermelding Coke Meals Activation 2022 AHM;

- gedateerd op 28 februari 2023 voor een bedrag van € 1,4 mln (PO: 7001697714), onder vermelding [naam 3] & [naam 4] .

- gedateerd op 22 mei 2023 voor een bedrag van € 1,2 mln (PO: 7001757104, Invoice number: 202303) betreffende [naam 3] & [naam 4] , onder vermelding van Coke Meals Activation 2023.

1.8. [verzoekster] heeft vervolgens deze facturen ter betaling aangeboden aan de financiële afdeling van Coca-Cola. Omdat het budget van de AHM in Milaan reeds volledig was verbruikt en er geen goedkeuring van Procurement was omdat de onderbouwing ontbrak, heeft betaling van deze facturen niet plaats gevonden.

1.9.Op 5 oktober 2023 heeft [verzoekster] aan Chase verzocht om ten behoeve van Coca-Cola een bedrag van € 726.000 te voldoen aan het aan Baniloki gelieerde bedrijf Gamechangers, waarvoor volgens [verzoekster] door Chase bij Coca-Cola 2% afhandelingskosten (€ 17.850,-) in rekening kon worden gebracht.

1.10.De heer [naam 5] van Chase heeft [verzoekster] gevraagd om bevestiging van uit de afdeling Procurement, dat deze betaling akkoord was. [naam 5] heeft voor de volgende bedragen goedgekeurde PO’s ontvangen:
- € 199.998,00 Event Production (PO 7001815420)
- € 199.998,00 Event Production (PO 7001815869)
- € 17.850,00 Management Fee (PO 7001815979).

1.11.Vervolgens heeft Chase in totaal € 399.996,00 overgemaakt aan Baniloki e/o Gamechangers en het bedrag aan Coca-Cola in rekening gebracht.

1.12.Op 6 september 2023 is op verzoek van het Legal Department van Coca-Cola een onderzoek naar de gang van zaken rond deze betalingen gestart door de afdeling Code of Business Conduct Investigtions (COBC) van Coca-Cola.

1.13.In dat kader zijn onder meer gehoord/benaderd:
- [naam 6] (Connections Director, directe manager van [verzoekster] , gestationeerd in Milaan);
- [naam 7] (Country Director Nederland);
- [naam 8] (Country Manager Benelux en eind verantwoordelijk voor de AHM);
- [naam 9] (Marketing – Integrated Marketing Experience);
- [naam 10] (marketing collega van [verzoekster] );
- [naam 3] (Baniloki);
- [naam 11] (Gamechangers);
- collega’s van de afdeling Procurement.

1.14.Op 19 oktober 2023 heeft een online “code of conduct-meeting” plaats-gevonden tussen de interne onderzoeker [naam 2] (Senior Manager COBC, verder [naam 2] ) en [verzoekster] , waar [verzoekster] over de gang van zaken is ondervraagd.

1.15.Op 27 oktober 2023 was er een tweede gesprek tussen [verzoekster] en [naam 2] op het kantoor in Rotterdam. Daarbij was ook [naam 7] voor het grootste deel van de tijd aanwezig. Aan het eind van dit gesprek is [verzoekster] op non-actief gesteld en moest zij haar leaseauto, laptop en telefoon inleveren.

1.16.In antwoord op vragen van [naam 2] heeft [naam 3] bij e-mail van 3 november 2023 een overzicht gegeven van de gefactureerde activiteiten voor Coca-Cola:
“a. Q2 + Q3 2023 Coca-Cola Music (…)
Coca-Cola Music Experience Madrid (…), Tomorrowland (…), Lowlands + Mysteryland (…)
b. Q2 + Q 3 2023 FIFA Women’s World Cup (…)
c. Q4 2023 Fanta Halloween (…)
The details and instructions for each event were given & adjusted by [verzoekster] on behalf of Coca Cola (…)
a. The €1,4 M has not been paid
b. The €1,2 has been paid partly (…)
c. The €130.000 has not been invoiced or paid (…)”.

1.17.Op 3 november 2023 was het door [naam 2] en een collega opgestelde COBC-rapport gereed.

1.18.Op 8 november 2023 heeft Coca-Cola [verzoekster] op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief staat onder meer:
“(…) Following an internal investigation, it has been established that you attempted to submit invoices from Baniloki on two other vendors PO for an amount of EUR 1,200,000 for urgent payment in relation to the All-Hands Meeting (AHM) held in Milan in November 2022 while this vendor was unknown for any services in relation to the AHM. When you learned that this PO was fully utilized, you requested to create Baniloki in the vendor system in Juni 2023 and a new PO in Juli 2023 for this vendor. The description of services was vague, the vendor was unknown at the AHM, and the invoice was presented in 2023 for payment.
The investigation substantiated you attempted to pay “Baniloki” an amount of EUR 1,200,000 without any proof of services being delivered. Baniloki was an unregistered agency with no contract, no scope of work and no approved purchase order at the time they allegedly delivered the AHM services. (…)
After payment to Baniloki was blocked, you requested another agency with which our Company has a trusted relationship and MSA in place, Chase, in the first week of October 2023, to make an urgent pass-through payment of EUR 726,000 to Gamechangers, a company associated with Baniloki without any approved PO. Mr. [naam 5] , the owner of Chase, reluctantly agreed on the basis of communication between yourself and procurement as proof that procurement was consulted. However, the investigation determined the email was never sent through Company servers and the recipient confirmed he never received the mail, hence the communication was fraudulent.
Based on your representations, Chase made payments of EUR 726,000 to Gamechangers in three instalments, on the 6th, 9th and the 11th of October 2023.
To return the funds to Chase, you created three PO’s under EUR 200,000 on October 13th 2023, whereby you dictated the descriptions of services to Chase. Chase was told by you that he could charge a 2% handling fee for making the payment in het amount of EUR 17,850. You opened another PO to cover this fee and labeled it “Management fee”. (…)
You stated that the alleged services were provided by Baniloki/Gamechangers but could not provide any evidence of services rendered. You provided different versions about the services and stated the original invoice amount had started at EUR 1,4m, then reduced to EUR 1,2m and after a final reconciliation reduced to EUR 600k plus VAT. Your version of events changed from originally stating that the services were provided through the agency DDMC to later through Chase. (…)
None of your versions of events could be validated, as both agencies denied engaging Baniloki or Gamechangers. (…)

Over het ontslag op staande voet bevat het schrijven de volgende redenen:

Grounds for dismissal
Your acts and misrepresentations, as summarized above, are totally unacceptable for the Company. You asked the Company to pay an amount of EUR 1,200,000 while you knew that there was no valid basis for such payment. Furthermore, you failed to disclose that Mr. [naam 3] and Ms. [naam 4] , with whom you have a personal relationship, are directly associated with Baniloki and Gamechangers. During the course of the internal investigations, you also provided false and inconsistent statements, produced false evidence and instructed third parties to cooperate with providing false statements. You requested Chase to make an urgent payment of EUR 726,000 to Gamechangers on behalf of the Company, without being able to provide any justification. You even created false approval from procurement as evidence, which was a requirement for Chase to make the respective payment. Finally, you told Chase to create three false invoices in the name of the Company in an attempt to reimburse Chase for the payment made. You deliberately created two of these PO’s just below the threshold of EUR 200,000 in order to avoid that an additional justification would be required.
You also caused a long standing and trusted vendor (Chase) to violate the Supplier Code of Conduct by requesting he would falsify the true nature of a transaction. Your dishonesty caused Chase significant financial hardship. (…).”

1.20.Bij brief van hun gemachtigde van 29 november 2023 hebben Baniloki, [naam 3] en [naam 4] Coca-Cola gemaand tot betaling van de nog openstaande bedragen. Baniloki heeft tevens een verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor ingediend met Coca-Cola en Chase als verwerende partijen.

1.21.Bij e-mail van 7 december 2023 heeft [verzoekster] een Request for Reconsideration ingediend, waarbij zij heeft verzocht het ontslag op staande voet te herover-wegen. Coca-Cola heeft het verzoek afgewezen.

1.22.Op vordering van [verzoekster] heeft de kantonrechter bij vonnis in kort geding van 5 februari 2024 Coca-Cola veroordeeld om aan [verzoekster] een aantal in het vonnis omschreven documenten van haar werklaptop en -telefoon te verstrekken op straffe van een dwangsom.

Verzoek

2. Na een uitbreiding en aanvulling van haar verzoekschrift verzoekt [verzoekster] thans:
a. een dag vast te stellen waarop deze zaak ter terechtzitting wordt behandeld;
b. voor recht te verklaren dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is gegeven;
c. Coca-Cola te veroordelen tot betaling van een billijke vergoeding van € 792.590,20 bruto en aan pensioenschade primair € 522.989,00 en subsidiair € 77.356,00 althans een door de kantonrechter te bepalen bedrag;
d. Coca-Cola te veroordelen tot betaling van € 38.870,63 bruto aan gefixeerde schadevergoeding onder aftrek van hetgeen reeds is ontvangen;
e. Coca-Cola te veroordelen tot betaling van € 67.350,44 bruto aan transitievergoeding;
f. te bepalen dat Coca-Cola geen rechten kan ontlenen aan het concurrentie-en relatiebeding;
g. Coca-Cola te veroordelen tot het betalen van een deugdelijke eindafrekening en in dat kader betaling aan [verzoekster] van het verschuldigde vakantiegeld en uitbetaling van de niet-genoten vakantiedagen alsmede de verschuldigde bonus over 2023, te vermeerderen met de wettelijke verhoging hierover;
h. Coca-Cola te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over alle hiervoor genoemde bedragen vanaf het moment dat die bedragen verschuldigd zijn tot de voldoening;
i. voor het geval de arbeidsovereenkomst wel is geëindigd door het ontslag op staande voet, Coca-Cola te veroordelen tot betaling van de wettelijke transitievergoeding;
j. Coca-Cola te veroordelen tot het verstrekken van (een) deugdelijke bruto/netto specificatie(s) van de verzochte bedragen op straffe van een dwangsom;
k. Coca-Cola te veroordelen in de kosten van de procedure;
l. Coca-Cola te veroordelen tot betaling van € 10.000,00 netto als tegemoetkoming in de gemaakte juridische kosten;
m. Coca-Cola te veroordelen, indien en voor zover Coca-Cola enige berichtgeving omtrent het ontslag heeft kenbaar gemaakt, deze berichtgeving binnen 48 uur na betekening van de beschikking te verwijderen en verwijderd te houden;
n. Coca-Cola te gebieden om binnen 48 uur na betekening van deze beschikking een bericht te plaatsen op intranet als bedoeld in productie 28 van het aanvullend verzoek;
o. Coca-Cola te veroordelen om binnen 48 uur na betekening van de beschikking een referentie te verschaffen als bedoeld in productie 29 van het aanvullend verzoek;
p. voor wat betreft het verzochte onder m, n en o onder oplegging van een dwangsom van € 500,00 per dag, met een maximum van € 25.000,00.

3. [verzoekster] heeft ter onderbouwing hiervan – kort gezegd – het volgende aangevoerd. In de eerste plaats stelt [verzoekster] dat gelet op het tijdsverloop het ontslag op staande voet niet onverwijld is gegeven. Daarnaast betwist [verzoekster] dat sprake is van een dringende reden die het ontslag op staande voet rechtvaardigt. [verzoekster] betwist een poging tot betaling van € 1,2 of 1,4 mln aan Baniloki of Gamechangers te hebben ondernomen zoals in de ontslagbrief staat vermeld, al is er wel een PO voor een dergelijk bedrag aangemaakt. Uiteindelijk is aan Chase opdracht gegeven om € 600.000 te voldoen voor werkzaam-heden die door [naam 3] zijn verricht. Afhankelijk van de werkzaamheden die [naam 3] later nog zou gaan verrichten (EURO EK voetbal, Olympische spelen), zou eventueel op termijn een nadere betaling aan [naam 3] volgen van maximaal € 600.000.

4. Er is volgens [verzoekster] geen reden om aan de inzet van [naam 3] of de wijze van betaling aan hem te twijfelen. In 2022 is de uit 2019 bestaande samenwerking met [naam 3] nieuw leven ingeblazen. Daar was geen nieuwe overeenkomst voor nodig. [naam 3] voldeed aan de normen uit de inmiddels opgestelde “influencer toolkit”. [verzoekster] heeft toegelicht dat [naam 3] als consultant adviezen heeft gegeven, zonder in november 2022 op de AHM in Milaan persoonlijk aanwezig te zijn geweest. Dit maakte deel uit van een Europese pilot, waarin onder andere een lokale influencer uit Nederland voor de AHM kon worden ingezet. [verzoekster] heeft toen [naam 3] voorgesteld.

5. Toen [naam 3] pas in februari 2023 zijn factuur daarvoor indiende, was er geen AHM-budget meer beschikbaar. Er is toen geschoven met budgetten, omdat de eerder beschikbare budgetten inmiddels waren opgesoupeerd. Volgens [verzoekster] is het niet ongebruikelijk bij Coca-Cola om dan op zoek te gaan naar een ander beschikbaar budget (“budgetlijn”). Dat betekent dat facturen soms moeten worden aangepast of moeten worden voorzien van andere omschrijvingen. Aanpassingen die nodig zijn om betalingen mogelijk te maken, niets meer of anders dan dat, aldus steeds [verzoekster] . Bovendien was er sprake van een pilot en zou [naam 3] in 2023 ook nog worden ingezet voor andere activiteiten.

6. [verzoekster] stelt dat zij met het Centrale Team, voor wie zij het project STE (short term experience Influencer Marketing Manager Europe) deed, heeft besproken welke diensten uiteindelijk wel en niet geleverd zouden worden, welke budgetten daarvoor beschikbaar zouden zijn en welke deelbetaling alvast aan [naam 3] zou worden gedaan. Er is in dit geval inderdaad gekozen voor deelbetalingen, omdat er in dat geval geen aanvullende voorwaarden werden gesteld. Dit is de manier om snel betalingen te kunnen doen en niet ongebruikelijk.

7. [verzoekster] betwist e-mails te hebben gefabriceerd. [verzoekster] stelt dat zij via een Teams meeting met collega [naam 12] (verder [naam 12] ) van de afdeling Procurement heeft afgestemd dat er drie keer een PO zou worden aangemaakt voor € 200.000, aangezien de budgetten op verschillende budgetlijnen stonden. Hoewel mondelinge toestemming volstond die zij verkreeg tijdens een Teams meeting, heeft [verzoekster] aansluitend op 5 oktober 2023 een e-mail aan [naam 12] gestuurd met de tekst:
“As discussed yesterday Chase will help with outstandig payment issues related to CCME (Coke Music Experience) and our X-Mas event. Below the necessary steps:
-AS-create project statement on Monday and review procurement – send it over on Monday to Chase
- Po number – next week – latest on Friday (13th of October)
- Payment date – 30 days
Let me know if you any questions otherwise let’s connect on Monday”.
[verzoekster] betwist de beschuldiging van Coca-Cola dat deze e-mail nooit is verstuurd aan [naam 12] en dat de kopie van deze e-mail die zij op 6 oktober 2023 heeft doorgestuurd aan [naam 5] van Chase een vervalsing is.

8. Verder is het door Coca-Cola ingestelde onderzoek onzorgvuldig. [naam 2] is niet onafhankelijk en er wordt niet ingegaan op de toepasselijke Code Investigations and Decisionmaking Process noch wordt de Guideline for handling Code of Business Conduct gevolgd. De door medewerkers van Coca-Cola gegeven verklaringen zijn vooringenomen. [verzoekster] beklaagt zich ook over de wijze waarop het onderzoek is uitgevoerd. Hoewel [verzoekster] bij herhaling heeft toegelicht dat zij ter zake de omstreden betalingen heeft gehandeld binnen de afspraken die zijn gemaakt met het Centrale Team, is hier geen onderzoek naar gedaan.

9. [verzoekster] wijst er ten slotte op dat Coca-Cola bij de beslissing tot ontslag op staande voet heeft nagelaten rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van [verzoekster] en het feit dat zij kan bogen op een jarenlange onberispelijke staat van dienst.

Verweer

10. Coca-Cola verweert zich tegen het verzoek. Haar verweer zal – voor zover in deze zaak van belang – hierna aan de orde komen.

Beoordeling

11. De kantonrechter dient te beoordelen of de reden die de werkgever aan het ontslag op staande voet ten grondslag heeft gelegd als een dringende reden kwalificeert als bedoeld in artikel 7:677 BW en of er onverwijld is opgezegd. Bij de beoordeling van de gerechtvaardigdheid van het ontslag moeten alle omstandigheden van het geval in onderlinge samenhang worden bezien. De aard en de ernst van het gedrag van de werknemer spelen daarbij een rol, evenals de duur van de arbeidsovereenkomst en ook de (persoonlijke) omstandigheden van de werknemer en de gevolgen die een ontslag op staande voet voor de werknemer heeft.

Onverwijld gegeven

12. Met Coca-Cola is de kantonrechter van oordeel dat het ontslag op staande voet voldoende voortvarend is gegeven, waarmee aan de eis van onverwijldheid is voldaan. Weliswaar is er sprake van enig tijdsverloop tussen de afronding van het rapport van [naam 2] op 3 november 2023 en het verlenen van het ontslag op 7 november 2023, maar aangezien 3 november 2023 op een vrijdag viel, er derhalve sprake was van een weekend en het ontslag op dinsdag 7 november 2023 is gegeven, is voldoende voortvarend gehandeld. Daarbij wordt mede in aanmerking genomen dat sprake was van een omvangrijk onderzoek en Coca-Cola een grote, internationale organisatie is, waar een beslissing als deze over meerdere schijven loopt. Het standpunt van [verzoekster] dat de onverwijldsheidsklok al op het moment van de op non-actiefstelling op 27 oktober 2023 ging lopen of zelfs nog eerder, al voor het onderzoek werd gestart, wordt niet gevolgd.

Dringende reden

13. Vervolgens moet worden beoordeeld of de handelwijze van [verzoekster] een dringende reden oplevert, leidend tot een rechtsgeldig ontslag op staande voet.

13. Uit de ontslagbrief van 8 november 2023 kan worden afgeleid dat Coca-Cola de volgende redenen aan het ontslag op staande voet ten grondslag heeft gelegd:
- het verzoek om € 1,2 mln te betalen (aan Baniloki) terwijl [verzoekster] wist dat daar geen valide basis voor was;
- [verzoekster] heeft daarbij niet onthuld niet dat Baniloki en Gamechangers direct gelieerd waren aan [naam 3] en [naam 4] , die een persoonlijke relatie van [verzoekster] waren;
- tijdens het interne onderzoek heeft [verzoekster] over de gang van zaken niet waarheidsgetrouwe en inconsistente verklaringen gegeven;
- [verzoekster] heeft bewijs gefabriceerd om daarmee derden over te halen mee te werken aan de betalingen ;
- [verzoekster] heeft Chase gevraagd voor Coca-Cola een spoedbetaling aan Gamechangers te doen van € 726.000,00, zonder dat daarvoor enige rechtvaardiging bestond;
- [verzoekster] heeft een e-mail van Procurement met goedkeuring gefabriceerd als bewijs dat de betaling akkoord was, zodat Chase de overboekingen zou doen;
- tot slot heeft [verzoekster] Chase drie valse invoices op naam van Coca-Cola laten maken, zodat het door Chase voorgeschoten bedrag zou worden terugbetaald;
- [verzoekster] heeft twee PO’s gemaakt, net onder de drempel van € 200.000 om te vermijden dat een aanvullende verklaring zou worden gevraagd.
Door haar gedrag heeft [verzoekster] een oud en betrouwbaar contact van Coca-Cola (Chase) overgehaald om te regels rond financiële betalingen te overtreden, hetgeen Chase een aanzienlijk bedrag heeft gekost.

13. De kantonrechter overweegt omtrent deze dringende redenen het volgende.

13. Valide basis voor de betaling
Dat er tussen Baniloki, [naam 3] en [naam 4] en/of Gamechangers, en Coca-Cola rechtsgeldig een overeenkomst met een betalingsverplichting van € 1,2 mln tot stand is gekomen, is in deze procedure niet aannemelijk geworden. In dat verband wordt in de eerste plaats vastgesteld dat [verzoekster] de intern geldende regels van Coca-Cola bij het sluiten van een overeenkomst met Baniloki c.q. [naam 3] niet heeft gevolgd. Er is geen schriftelijk vastgelegd contract tussen een daartoe bevoegde medewerker van Coca-Cola en [naam 3] /Baniloki. De overeenkomst van dienstverlening uit 2019 voldoet niet aan de gebruikelijke eisen die Coca-Cola daaraan stelt, die [verzoekster] kende en waarvan het bedrijf als productie 34 bij het verweerschrift een voorbeeld in het geding heeft gebracht. Onbetwist is gebleven dat [verzoekster] ook niet bevoegd was om die overeenkomst uit 2019 zelfstandig, zonder nader overleg of goedkeuring van Coca-Cola, aan te gaan en van een goedkeuring destijds (of nu) is niet gebleken. De vele deelbetalingen middels Chase voor de overeenkomst uit 2019 uit roepen trouwens op zijn minst ook vragen op. [verzoekster] heeft niet kunnen verduidelijken welke werkzaamheden [naam 3] destijds heeft verricht en waarom betaling uit die overeenkomst via de vele deelbetalingen (onder haar drempelbedrag) op dezelfde dag dienden plaats te vinden.

13. [verzoekster] heeft voorts niet duidelijk weten te maken wat [naam 3] voor de AHM daadwerkelijk heeft gedaan, hoewel dit haar diverse keren, ook tijdens de zitting, is gevraagd. Uit de verklaringen van de bij de AHM betrokken collega’s blijkt dat zij [naam 3] of de bedrijven Baniloki of Gamechangers niet kennen en niet bekend zijn met recente activiteiten van [naam 3] voor Coca-Cola. Dat er vanuit het team rond de AHM of uit hoofde van een internationale pilot toestemming was om [naam 3] door [verzoekster] te laten inhuren, is niet aannemelijk geworden. Uit de eigen opgave van [naam 3] als weergegeven onder 1.16 blijkt ook niet van medewerking aan de AHM.

13. Geconcludeerd wordt dan ook dat aan het verzoek om [naam 3] , Baniloki of Gamechangers ook voor Coca-Cola aanzienlijke bedragen te betalen, geen valide basis had.

13. Persoonlijke kennissen
Onbetwist is gebleven dat bij het betalingsverzoek aan Baniloki [verzoekster] niet heeft onthuld dat zij [naam 3] en [naam 4] persoonlijk kende. Hoe hecht de relatie tussen [verzoekster] en [naam 3] / [naam 4] was, is niet duidelijk geworden. Maar dat [verzoekster] [naam 3] en [naam 4] (al dan niet van het schoolplein) persoonlijk kende, is voldoende aannemelijk geworden. En dat zij dat niet aan Coca-Cola kenbaar heeft gemaakt, staat vast.

13. Tegenstrijdige verklaringen
In de stukken en ter zitting heeft [verzoekster] over zowel het betalingsverzoek als de werkzaamheden van [naam 3] meerdere inconsistente verklaringen gegeven. Eerst zou [naam 3] voorafgaand aan de AHM adviezen hebben gegeven voor € 1,2 mio, toen voor € 600,00 en zou [naam 3] in de toekomst verdere activiteiten voor Coca-Cola gaan doen. Er was eerst sprake van een geldende mondelinge overeenkomst, dan weer hoefde die er niet te zijn omdat er een overeenkomst uit 2019 was, dan weer was sprake van een internationale pilot en niets van dat al kon door [verzoekster] met stukken of verklaringen worden onderbouwd.

13. Gefabriceerde e-mail Procurement
Ook volgt de kantonrechter Coca-Cola in haar stelling dat [verzoekster] zich heeft schuldig gemaakt aan het verzenden van een gefabriceerde e-mail aan Chase ( [naam 5] ) waaruit ten onrechte moest blijken dat haar collega [naam 12] was gekend in de betalingsopdracht voor Baniloki aan Chase. De kantonrechter heeft geen reden om op dit punt te twijfelen aan de verklaring van [naam 12] zelf (of de afdeling ICT van Coca-Cola) dat de e-mail niet door [naam 12] is ontvangen.

13. Spoedbetaling en invoices
Uit de stukken en hetgeen ter zitting is besproken volgt dat [verzoekster] – als er al een overeenkomst was gesloten - zich niet heeft gehouden aan de bij Coca-Cola geldende regels voor het betalen van facturen, hetgeen dient te gebeuren middels een na controle door de afdeling Procurement verkregen PO. Ook heeft [verzoekster] tegen de regels in gepoogd voor Baniloki de status van “trusted vendor” te verkrijgen, aan wie na een lichtere controle betalingen kunnen worden verricht. Toen de door haar geïnitieerde betalingsopdrachten strandden in het controlesysteem van Coca-Cola, heeft [verzoekster] (opnieuw) Chase ingezet om meerdere deelbetalingen voor Coca-Cola te verrichten, en dan net beneden het bedrag van € 200.000, waartoe zij bevoegd was, zodat er geen verdere toestemming nodig was voor deze (deel)betalingen. Dat sprake was van dringende spoed of verschillende budgetlijnen is niet aannemelijk geworden.

13. [verzoekster] heeft weliswaar aangevoerd dat de door haar beschreven gang van zaken rond de betaling door Chase niet ongebruikelijk was bij Coca-Cola, maar heeft nagelaten deze stelling, die uitdrukkelijk door Coca-Cola en de betrokken collega’s van [verzoekster] is betwist, met concrete gegevens te onderbouwen. In het Request for Reconsideration (zie 1.21) worden wel voorbeelden gegeven van betalingen via Chase, maar niet van andere op deze zeer informele wijze vormgegeven samenwerkingen met influencers of anderen.

13. Dat de gang van zaken als door [verzoekster] beschreven juist óngebruikelijk is, wordt bevestigd door de diverse door Coca-Cola in het geding gebrachte verklaringen van collega’s van [verzoekster] , zoals de leden van het Centrale Team [naam 13] , [naam 14] en [naam 15] . Op de zitting heeft daarbij de directeur Nederland [naam 7] nog toegelicht dat er altijd een reservering van middelen en een PO-nummer worden gemaakt vóórdat een verplichting tot samenwerking wordt aangegaan. Dit heeft [verzoekster] niet weersproken.

13. Zorgvuldig onderzoek en persoonlijke omstandigheden
[verzoekster] heeft nog naar voren gebracht dat het onderzoek van Coca-Cola onzorgvuldig is geweest omdat het Protocol niet is gevolgd, maar ook daarin wordt [verzoekster] niet gevolgd. Zelfs indien Coca-Cola niet volledig naar de letter van het toepasselijke Protocol zou hebben gehandeld, hetgeen niet is gebleken, is onvoldoende gesteld om te concluderen dat er rechten van [verzoekster] zijn geschonden of de uitkomst een geheel andere zou zijn geweest. Dat geldt ook voor de opmerkingen van [verzoekster] terzake het al dan niet voldoen door Coca-Cola aan het kort geding vonnis van 5 februari 2024. De persoonlijke omstandigheden van [verzoekster] brengen in dit oordeel geen verandering, daarvoor zijn de aan [verzoekster] verweten gedragingen te ernstig.

13. Het vorenstaande wegende wordt aldus geoordeeld dat de dringende redenen voldoende zijn komen vast te staan en dus dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven.

Transitievergoeding

27. Gelet op het vorenstaande is er geen aanleiding om [verzoekster] een (gedeeltelijke) transitievergoeding toe te kennen.

Eindafrekening

28. Nu het ontslag op staande voet in stand blijft en er van ernstig verwijtbaar handelen zijdens Coca-Cola geen sprake is, behoeven de in dat verband ingediende verzoeken van [verzoekster] geen verdere behandeling. Wel wordt ervan uitgegaan dat Coca-Cola het nog openstaande bedrag van € 1.016,30 bruto aan loon aan [verzoekster] zal uitkeren en zal zorgdragen voor een deugdelijke eindafrekening van het dienstverband, voor zover dat nog niet is gebeurd.

28. [verzoekster] heeft niet betwist dat zij slechts in aanmerking zou komen voor de bonus over 2023 indien zij nog in dienst was geweest op 31 december 2023. Aangezien [verzoekster] op die datum niet meer in dienst was, is het verzoek tot betaling van de bonus niet toewijs-baar. Ook voor veroordeling van Coca-Cola tot het betalen van een tegemoetkoming van de juridische kosten van [verzoekster] is geen aanleiding.

Proceskosten

30. Bij deze uitkomst zal [verzoekster] worden belast met de kosten van de procedure, zoals hieronder bepaald.

BESLISSING

De kantonrechter:

wijst alle verzoeken van [verzoekster] af;

veroordeelt [verzoekster] in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van Coca-Cola begroot op € 1.086,00 aan salaris gemachtigde, voor zover van toepassing, inclusief btw;

veroordeelt [verzoekster] in de na deze beschikking ontstane kosten, begroot op € 68,00 aan salaris gemachtigde, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw;

verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.

Deze beschikking is gegeven door mr. M.V. Ulrici, kantonrechter, en op 8 april 2024 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

De griffier De kantonrechter

Artikel delen