HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 23/03275
Datum 19 april 2024
BESCHIKKING
In de zaak van
1. LIVEKINDLY GERMANY GMBH, handelend onder de naam Like Meat,
gevestigd te Düsseldorf, Duitsland,
2. LIVEKINDLY PRODUCTION NL B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERZOEKSTERS tot cassatie,
hierna gezamenlijk: Like Meat c.s.,
advocaat: J.W.H. van Wijk,
tegen
STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR VLEES, VLEESWAREN, GEMAKSVOEDING EN PLUIMVEEVLEES,
gevestigd te Den Haag,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: VLEP,
advocaat: A.H.M. van den Steenhoven.
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de beschikking in de zaak 9736488 RP VERZ 22-50109 van de kantonrechter te Den Haag van 1 september 2022;
b. de beschikking in de zaak 200.319.158/01 van het gerechtshof Den Haag van 23 mei 2023.
Like Meat c.s. hebben tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld.
VLEP heeft verzocht het beroep te verwerpen.
De conclusie van de Advocaat-Generaal S.D. Lindenbergh strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van Like Meat c.s. heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt Like Meat c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van VLEP begroot op € 857,-- aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien Like Meat c.s. deze niet binnen veertien dagen na heden hebben voldaan.
Deze beschikking is gegeven door de vicepresident M.V. Polak als voorzitter en de raadsheren C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op 19 april 2024.
