Op 17 november heeft de Europese Commissie haar bodemstrategie gepresenteerd. Met deze strategie wil Europees milieucommissaris Sinkevičius Europa een gemeenschappelijk beleidskader voor bodemherstel bieden. Daarnaast moet ook bodemdegradatie in de Europese Unie worden tegengegaan. Nederland is heeft al zo’n 40 jaar ervaring met bodembeleid en heeft meer dan genoeg wettelijke mogelijkheden om naar een nog betere bodem te werken. LTO Nederland heeft daarom ernstige twijfels of wederom nieuw Europees beleid, nu voor bodem, iets zal opleveren.
Eerder dit jaar riep het Europees Parlement de Commissie in een resolutie op om met een integraal wetgevingskader voor bodembescherming te komen. Voor water en lucht bestaat er al een Europees juridisch kader. LTO Nederland is geen voorstander van verdere stapeling van nieuwe Europese wet- en regelgeving. Subsidiariteit – alleen op Europees niveau regelen wat niet op nationaal niveau geregeld kan worden – zou een leidend principe van de EU moeten blijven. Nederland heeft als sinds 1986 een Wet bodembescherming en ook in veel andere lidstaten is reeds regelgeving over de bodem. Circa 10 jaar geleden is daarom terecht al een Europese Bodemrichtlijn geblokkeerd.
Sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw voert Nederland als een van de eerste EU-lidstaten een actief bodembeleid. Naast de Wet bodembescherming zorgen ook onder andere de Wet milieubeheer en Meststoffenwet voor het juridisch kader rond het beschermen van de bodem. Dat is al meer dan voldoende. Van beleid door de overheid moeten we nu omschakelen naar beheer door de boer! Een goed voorbeeld van deze omschakeling is de publiek-private samenwerking Beter Bodembeheer. Daarin werken boeren en telers samen met ketenpartijen en het ministerie van LNV aan een integrale aanpak voor beter bodembeheer. Ook een project als Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) laat zien dat je meer bereikt meer met het stimuleren van projecten van onderop dan met van boven opgelegde maatregelen. Extra Europese wet- en regelgeving is daarom dus onnodig of zelfs contraproductief.
In haar strategie benadrukt de Commissie de rijke bodemdiversiteit van Europa, elk met zijn eigen identiteit en specifieke kenmerken. Bodem is dus sterk lokaal en regionaal en verbonden met grondgebruik. LTO is dan ook kritisch over een gemeenschappelijk kader om in de hele EU bodembeleid integraal te regelen. Uniform Europees milieubeleid heeft in het verleden al vaak tot onwerkbare situaties in de praktijk geleid. Dit zien we bijvoorbeeld met de Nitraatrichtlijn, Kaderrichtlijn Water (KRW) en de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR), die veelal ook al een directe relatie hebben met duurzaam bodembeheer. Een gemeenschappelijk beleid gaat te weinig uit van wat er lokaal en per bedrijf nodig is. In plaats van nieuw Europees beleid ziet LTO liever meer stimulerende maatwerkmogelijkheden voor ondernemers, die per gebied, per bedrijf of per perceel uitnodigen tot nog beter bodembeheer.
De nieuwe Bodemstrategie is nog niet in wetgeving gegoten. Eerst zal het Parlement een standpunt over deze strategie moeten innemen. Pas bij goedkeuring van het Parlement kan de Commissie met concrete wetgevingsvoorstellen komen. LTO Nederland zal zich er in Brussel voor inzetten om overbodige en onnodige extra regelgeving van ons af te houden. Uiteraard nemen we wel zelf onze verantwoordelijkheid voor een nog mooier en schoner landelijk gebied, zie hiervoor ook onze Grondvisie.