Huizen zijn bedoeld om in te wonen. Niet om op te kopen en vervolgens voor veel geld te verhuren. Huizen melken, noemen we dat. Voor nieuwbouwhuizen is er sinds 2020 wettelijk een stokje gestoken voor dit soort praktijken. Per 2022 geldt dat wat het college betreft ook voor bestaande bouw. Zo gaan we de schaarste op de woningmarkt te lijf. U kunt reageren op onze plannen. Het voorstel voor de opkoopbescherming wordt vanaf vandaag vrijgegeven voor inspraak voor een periode van zes weken. In februari 2022 wordt het voorstel ter besluitvorming voorgelegd aan de gemeenteraad.
Koopt u een nieuwbouwhuis dat nog wordt gebouwd? Dan is het verplicht dat u er als koper zelf gaat wonen. Verhuren ís mogelijk, na vier jaar. Sinds juli 2020 is dat zo geregeld. Voor bestaande bouw gelden deze verplichtingen nog niet. Dat wil het college veranderen.
Met dit voorstel is een koper vanaf 2022 ook in een bestaande woning verplicht er zelf in te gaan wonen. Er geldt voor vier jaar na aankoop een verbod om de woning te verhuren. Dit heet de ‘opkoopbescherming’: het beschermt de woningen tegen opkoop van beleggers.
De belangrijkste punten van het voorstel zijn:
Een koper moet na de koop van een woning zelf gaan wonen in het huis voor ten minste vier jaar.
De opkoopbescherming geldt voor de gehele stad voor koopwoningen met een WOZ-waarde tot en met € 512.000,-.
De volgende uitzonderingen zijn van toepassing:
Verhuur aan eerste- of tweedegraadsfamilie;
Verhuur voor maximaal een jaar (als de originele bewoners bijvoorbeeld tijdelijk verblijven in het buitenland) en;
Verhuur van woonruimte die verbonden is met een bedrijfsruimte, kantoor of winkel.
Mensen die op zoek zijn naar een koopwoning om er zelf in te wonen, maken met de komst van de regeling meer kans om een betaalbare koopwoning te vinden.
