Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Blogserie Omgevingswet deel II: Omgevingswet en windturbines

In maart is het eerste deel van de blogserie over de Omgevingswet (Ow) uitgebracht, over de knip in de bouwvergunning. In dit tweede deel van de blogserie wordt ingegaan op de regels voor windturbines. Wat verandert er?

29 april 2022

Beleid en instrumenten Rijk en provincie

In de Nationale omgevingsvisie heeft het Rijk aangegeven dat duurzame energie moet worden bevorderd. De Regionale Energiestrategieën (RES) bevatten het aanbod voor hernieuwbare energie op land en zoeklocaties voor windenergie. In de provinciale en gemeente Omgevingsvisies is onder andere aangegeven waar windturbines kunnen worden geplaatst.

Het Rijk en de provincie zijn bevoegd met een projectbesluit een windpark toe te staan. De voorwaarden waaronder het Rijk en de provincie een projectbesluit kunnen nemen staan in artikel 9b lid 1 Elektriciteitswet 1998. Dit kan bijvoorbeeld bij de aanleg en uitbreiding van windparken op land met een capaciteit van 100 megawatt of meer. Het projectbesluit vervangt het inpassingsplan uit de Wet ruimtelijke ordening.

Wie is bevoegd gezag?

Het Rijk is het bevoegd gezag voor windturbines op land met een vermogen van 100 megawatt of meer. De provincie is bevoegd bij een vermogen van 5 tot 100 megawatt. De gemeente is bevoegd bij een vermogen van minder dan 5 megawatt.

Rijksregels

In het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) staan instructieregels voor windturbines. Wat regelt het Bkl zoal? Bijvoorbeeld hoogteregels bij vliegvelden, regels ter voorkoming van radarverstoring, regels over slagschaduw, geluid en veiligheid. De regels staan in hoofdstuk 5 Bkl. Nu staan deze regels in bijvoorbeeld het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening. Ook in het Besluit bouwwerken leefomgeving staan regels over windturbines. Het betreft technische bouwregels over de constructie en brandveiligheid.

Gemeentelijke regels

De regels voor het gebruik van windturbines staan nu in het bestemmingsplan. Onder de Ow wordt dit het omgevingsplan. Net zoals nu bepaalt de gemeenteraad op welke locaties windturbines kunnen worden geplaatst en welke bouwregels gelden. Opvallend is dat verschillende Rijksregels die nu in bijvoorbeeld het Activiteitenbesluit milieubeheer staan, straks in het tijdelijk deel van het omgevingsplan komen (bruidsschat). Het gaat bijvoorbeeld om regels uit het Activiteitenbesluit milieubeheer en de Activiteitenregeling milieubeheer over geluid en slagschaduw. Overigens kan de gemeente ook regels in de omgevingsvergunning voor de windturbines opnemen.

Meldingsplicht of vergunningplicht

Als een windturbine in gebruik wordt genomen moet een melding worden gedaan of een omgevingsvergunning worden aangevraagd. De meldingsplicht staat in artikel 4.427 Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). Het opwekken van elektriciteit met een windturbine met een rotordiameter groter dan 2 meter is als milieubelastende activiteit aangewezen, artikel 3.11 lid 1 Bal. Voor een windpark vanaf 3 windturbines geldt een vergunningplicht, artikel 3.13 jo. 3.11 Bal. Voor windturbines in de Noordzee geldt een aparte regeling.

Overig

Voor windparken van 3 windturbines of meer moet een milieueffectrapport worden opgesteld, zie bijlage V Omgevingsbesluit. Verder kunnen nog andere toestemmingen nodig zijn, bijvoorbeeld vanwege de ligging bij een natuurgebied of aanvaring met beschermde diersoorten.

Zie ook

Blogserie Omgevingswet deel I: De knip in de bouwvergunning

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.