Door Els Le Large
In hoofdstuk 2 is op hoofdlijnen het systeem van de regeling over kostenverhaal in de Omgevingswet toegelicht. Schematisch weergegeven kent dat systeem de volgende hoofdlijnen:
In dit hoofdstuk wordt het publiekrechtelijk kostenverhaal onder de Omgevingswet verder uitgediept. Dit betreft het kostenverhaal dat plaatsvindt via kostenverhaalregels in het omgevingsplan, een projectbesluit of een omgevingsvergunning voor een BOPA. Het hoofdstuk gaat in op de twee methoden om tot publiekrechtelijk kostenverhaal te komen, beschrijft de verschillen daartussen en geeft overwegingen om tot een keuze tussen de twee methoden te komen. Ook wordt toegelicht op welke manier de omvang van het kostenverhaal wordt berekend in beide methoden. Voorts worden de kostenverhaalbeschikking en de eindafrekening behandeld.
In dit hoofdstuk worden diverse begrippen toegepast, zoals kostenverhaalsgebied en de PPT-criteria. Deze begrippen zijn nader toegelicht in hoofdstuk 6.
Overigens blijkt in de praktijk onder de Wro dat kostenverhaal langs publiekrechtelijke weg slechts in 5% van de gevallen plaatsvindt. Verreweg in de meeste gevallen vindt kostenverhaal plaats via privaatrechtelijke weg. Het percentage van 5% voor publiekrechtelijk kostenverhaal wordt vaak genoemd in discussies over gebiedsontwikkeling en grondbeleid. Dit cijfer komt voort uit analyses en rapporten die de effectiviteit en het gebruik van publiekrechtelijke instrumenten in de praktijk evalueren.
Voorts wordt voorzien dat kostenverhaal langs publiekrechtelijke weg in het geval van een BOPA ook sporadisch zal plaatsvinden. Ingeval een gebiedsontwikkeling mogelijk wordt gemaakt via een BOPA, is er namelijk vaak sprake van maar één (en soms meerdere) initiatiefnemers. Omdat deze initiatiefnemer de medewerking van de overheid geborgd wil hebben, zal zij er vrijwel altijd toe overgaan om een anterieure overeenkomst te sluiten. Initiatiefnemers kunnen overigens gedurende het onderhandelingsproces van de anterieure overeenkomst al wel overgaan tot het aanvragen van een BOPA. De overheidspartij heeft dan in de regel nog 8+6 weken de tijd om de kostenverhaalsvoorschriften geheel uit te werken (waaronder het uitvoeren van een taxatie, bepalen van de kaders, etc.). Dat kan de overheidspartij in een wat lastig parket brengen omdat het onzeker is of er wel tijdig een anterieure overeenkomst tot stand is gekomen.