Tenzij de wet anders bepaalt, is bevoegd:
de rechter van de woonplaats van hetzij de verzoeker of één van de verzoekers, hetzij één van de in het verzoekschrift genoemde belanghebbenden dan wel, als zodanige woonplaats in Nederland niet bekend is, de rechter van het werkelijk verblijf van één van hen;
indien het verzoek betrekking heeft op een bij dagvaarding ingeleid of in te leiden geding, de rechter die bevoegd is van dat geding kennis te nemen, tenzij het verzoek niet behoort tot diens absolute bevoegdheid.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Faillissementswet
artikel: 362, 369
Intrekkingswet BB
artikel: 30
Wet instelling gemeente Lelystad
artikel: 8
Wet instelling provincie Flevoland
artikel: 24
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van digitaal procederen)
artikel: 1072a, 269, 1075, 1076
(18-01-2022)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
13-07-2016 |
|||||||
wijziging |
12-07-2012 |
12-07-2012 |
||||||
wijziging |
19-05-2011 |
27-06-2011 |
||||||
vernummerd-wijziging |
14-12-2001 |
10-12-2001 |
||||||
vervallen |
03-12-1987 |
Stb. 1987, 590 |
07-01-1988 |
Stb. 1988, 8 |
||||
nieuwe-regeling |
29-03-1828 |
Stb. 1828, 19 |
10-04-1838 |
Stb. 1838, 12 |