Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 11

  • 1

    Een huurtoeslag wordt slechts toegekend voor de huur van een woning die:

    • a.

      een zelfstandige woonruimte of een onvrije etage is, of

    • b.

      een onzelfstandige woonruimte is, welke deel uitmaakt van een woongebouw of woning, geheel of gedeeltelijk verhuurd ten behoeve van begeleid wonen, groepswonen door ouderen of een daarmee vergelijkbare woonvorm, en in eigendom van en aan de huurder verhuurd door een rechtspersoon zonder winstoogmerk, die mede op het gebied van de volkshuisvesting werkzaam is.

  • 2

    Het eerste lid onder b vindt slechts toepassing als de onzelfstandige woonruimte deel uitmaakt van een woongebouw of woning, die door de Belastingdienst/Toeslagen is aangewezen. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen terzake nadere regels worden gesteld, waarbij een lagere maximale rekenhuur kan worden vastgesteld dan uit artikel 13 voortvloeit.

  • 3

    Voor de huur van een woonwagen zonder eigen aandrijving wordt slechts een huurtoeslag toegekend, indien deze:

    • a.

      is geplaatst op een standplaats of op een regionaal woonwagencentrum dat tot stand is gekomen voor 1 oktober 1970, en

    • b.

      voldoet aan de eisen, daaraan gesteld krachtens de Woningwet.

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(09-04-2019)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

Aanhangig

34986

01-01-2015

wijziging

04-06-2014

Stb. 2014, 248

32271

01-09-2014

Stb. 2014, 323

01-01-2007

wijziging

20-11-2006

Stb. 2006, 618

30811

21-12-2006

Stb. 2006, 733

01-09-2005

wijziging

23-06-2005

Stb. 2005, 343

29765

23-06-2005
samen met
23-06-2005

Stb. 2005, 343
samen met
Stb. 2005, 345

Alg. 1

Inwtr. 2

wijziging

23-06-2005

Stb. 2005, 345

30097

23-06-2005

Stb. 2005, 345

Inwtr. 3

26-03-2004

t/m 01-07-2002

wijziging

26-01-2004

Stb. 2004, 61

28777

15-03-2004

Stb. 2004, 110

01-07-1999

wijziging

01-07-1998
samen met
29-04-1999

Stb. 1998, 459
samen met
Stb. 1999, 215

25333
samen met
26437

23-11-1998

Stb. 1998, 656

Inwtr. 4

01-07-1997

nieuwe-regeling

24-04-1997

Stb. 1997, 197

25090

26-06-1997

Stb. 1997, 268

Opmerkingen

  • 1) Artikel I van hoofdstuk 2 van de Aanpassingswet Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.

  • 2) Geldt voor berekeningsjaren als bedoeld in de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, die aanvangen op of na 1 januari 2006.Inwerkingtreding voorheen door Stb. 2005/343 gesteld op 1 januari 2006.

  • 3) Geldt voor berekeningsjaren als bedoeld in de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, die aanvangen op of na 1 januari 2006.

  • 4) Treedt in werking met ingang van de 1 juli die volgt op de datum van in werking treding van artikel IX, eerste lid van de Wijzigingswet Huisvestingswet, enz. (integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving).