Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 8

  • 1

    Een leverancier heeft, met uitzondering van gevallen waarin dit voor de levering van warmte niet noodzakelijk is, tot taak er zorg voor te dragen dat binnen een redelijke termijn en tegen ten hoogste een door de Autoriteit Consument en Markt vast te stellen tarief een afleverset voor warmte in gebruik kan worden genomen wanneer:

    • a.

      een bestaande afleverset voor warmte dient te worden vervangen;

    • b.

      een nieuwe afleverset voor warmte wordt geïnstalleerd in een nieuw gebouw.

    Het tarief kan verschillen voor verschillende categorieën en aanvullende functionaliteiten van afleversets voor warmte

  • 2

    Een leverancier heeft tot taak er zorg voor te dragen dat binnen een redelijke termijn aan verbruikers en voor iedere eenheid een individuele meter ter beschikking wordt gesteld door middel van verhuur die het actuele warmteverbruik kan weergeven en die informatie kan geven over de tijd waarin sprake was van daadwerkelijk verbruik, wanneer:

    • a.

      een verbruiker hierom vraagt, tenzij het ter beschikking stellen technisch onmogelijk is of financieel niet redelijk is;

    • b.

      een bestaande meter wordt vervangen, tenzij het ter beschikking stellen technisch onmogelijk is of niet kostenefficiënt is in verhouding tot de geraamde potentiële besparingen op lange termijn;

    • c.

      een nieuwe aansluiting wordt gemaakt in een nieuw gebouw;

    • d.

      een gebouw ingrijpend wordt gerenoveerd.

  • 3

    Indien een meetinrichting die op afstand uitleesbaar is door een leverancier aan een verbruiker ter beschikking wordt gesteld, kan die verbruiker deze meter weigeren. In dat geval wordt door de leverancier een niet op afstand uitleesbare meter ter beschikking gesteld.

  • 4

    Een leverancier leest meetgegevens van een verbruiker, die beschikt over een meetinrichting die op afstand uitleesbaar is, niet op afstand uit indien de verbruiker hierom verzoekt.

  • 5

    Het tarief voor de meting van het warmteverbruik door middel van een individuele meter wordt vastgesteld op basis van het gewogen gemiddelde van de meettarieven voor G6 aansluitingen van de gasmeter van de netbeheerders van de gastransportnetten niet zijnde de netbeheerder van het landelijk gastransportnet, voor het jaar t.

  • 6

    Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent:

    • a.

      de eisen waaraan een meetinrichting ten minste voldoet, waarbij ten aanzien van meetinrichtingen die op afstand uitleesbaar zijn in ieder geval regels worden gesteld ten aanzien van de beveiliging van meetgegevens;

    • b.

      de berekening van de hoogte van het door de Autoriteit Consument en Markt vast te stellen maximumtarief voor het in gebruik nemen van een afleverset, en

    • c.

      het vaststellen van categorieën en aanvullende functionaliteiten van afleversets.

  • 7

    Het is anderen dan de desbetreffende leverancier verboden een taak uit te voeren als bedoeld in het eerste en tweede lid.

  • 8

    Een afleverset voor warmte ten behoeve van warmtelevering aan één verbruiker wordt door middel van verhuur tegen ten hoogste het voor die afleverset vastgestelde tarief, bedoeld in het eerste lid, ter beschikking gesteld.

  • 9

    Indien een gebouw waarin zich meerdere woon- of bedrijfsruimtes bevinden verwarmd wordt met behulp van een centrale productieinstallatie voor warmte die zich in het betreffende gebouw of in een nabij gelegen gebouw of bouwwerk bevindt, meet de leverancier de hoeveelheid warmte die de centrale installatie produceert.

Informatie geldend op 31-12-2019

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Regeling indicatieve vaststelling reikwijdte Dienstenwet
    bijlage: bedoeld in artikel 1

  2. Warmtebesluit
    artikel: 5b

  3. Warmteregeling
    artikel: 1

  4. Warmtewet
    artikel: 8a, 1a, 2

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(31-12-2019)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

Aanhangig

35292

01-01-2020

wijziging

04-07-2018

Stb. 2018, 311

34723

26-03-2019

Stb. 2019, 134

03-04-2015

wijziging

28-02-2015

Stb. 2015, 102

33913

23-03-2015

Stb. 2015, 132

01-01-2015

wijziging

17-06-2013

Stb. 2013, 326

32839

24-11-2014

Stb. 2014, 478

01-01-2014

wijziging

17-06-2013

Stb. 2013, 326

32839

10-09-2013

Stb. 2013, 358

Alg. 1

nieuwe-regeling

17-06-2013

Stb. 2013, 325

29048

17-06-2013
samen met
17-06-2013
samen met
10-09-2013

Stb. 2013, 325
samen met
Stb. 2013, 326
samen met
Stb. 2013, 358

Inwtr. 2

Opmerkingen

  • 1) De wijziging is in werking getreden op 28 september 2013 (Stb. 2013/358).

  • 2) Inwerkingtreding voorheen door Stb. 2013/325 gesteld op 1 november 2013.