Gehele ontheffing van de inburgeringsplicht vanwege bijzondere individuele omstandigheden, bedoeld in artikel 5, tweede lid, van de wet, wordt slechts verleend in zeer uitzonderlijke, onvoorziene omstandigheden, die niet aan de inburgeringsplichtige te wijten zijn en waarbij het vasthouden aan de inburgeringsplicht voor de inburgeringsplichtige tot een zeer schrijnende situatie leidt.
Bij de aanvraag tot gehele ontheffing van de inburgeringsplicht legt de inburgeringsplichtige een advies van het college over.
Onze Minister geeft binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag een beschikking.
Onze Minister kan ambtshalve besluiten tot het verlenen van de ontheffing. Indien van toepassing adviseert het college Onze Minister inzake dit besluit.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de aanvraag en het verlenen van de ontheffing.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(28-06-2023)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
nieuwe-regeling |
27-08-2021 |
30-11-2021 |
Opmerkingen
1) Treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet inburgering 2021 in werking treedt.