Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 4.4 Arbeidshygiënische strategie

  • 1

    Voor zover uit de resultaten van de beoordeling, bedoeld in artikel 4.2, blijkt dat er gevaar voor de veiligheid of de gezondheid van de werknemers bestaat, zijn doeltreffende maatregelen genomen om te voorkomen dat de werknemers bij hun arbeid kunnen worden blootgesteld aan gevaarlijke stoffen in zodanige mate, dat hun veiligheid in gevaar kan worden gebracht of dat schade kan worden toegebracht aan hun gezondheid.

  • 2

    Voor zover dit redelijkerwijs mogelijk is, worden bij de toepassing van het eerste lid gevaarlijke stoffen vervangen door stoffen waarbij de werknemers, gelet op de eigenschappen van die stoffen, de aard van de arbeid, de werkmethoden en de werkomstandigheden, niet of minder aan gevaar voor hun veiligheid of gezondheid worden blootgesteld.

  • 3

    Indien vervanging redelijkerwijs niet mogelijk is of indien er nog een gevaar voor de veiligheid of gezondheid van de werknemers resteert, worden voor de toepassing van het eerste lid, zodanige technische maatregelen, werkprocessen, uitrustingen en materialen toegepast, dat het vrijkomen van gevaarlijke stoffen is voorkomen of zodanig beperkt, dat gevaar voor de veiligheid of de gezondheid van de werknemers is voorkomen of zoveel mogelijk verminderd.

  • 4

    Voor zover de maatregelen, genoemd in het tweede en derde lid, redelijkerwijs niet mogelijk zijn of het gevaar voor de veiligheid of de gezondheid niet volledig wegnemen, worden voor de toepassing van het eerste lid collectieve beschermingsmaatregelen bij de bron of organisatorische maatregelen getroffen, zodanig dat gevaar voor de veiligheid of de gezondheid wordt voorkomen.

  • 5

    Voor zover de maatregelen zoals genoemd in het tweede, derde en vierde lid, redelijkerwijs niet mogelijk zijn of het gevaar voor de veiligheid of de gezondheid niet volledig wegnemen, worden voor de toepassing van het eerste lid, daarvoor geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking gesteld.

  • 6

    De duur van het dragen van de persoonlijke beschermingsmiddelen, bedoeld in het vijfde lid, wordt voor ieder van de werknemers tot het strikt noodzakelijke beperkt.

Informatie geldend op 28-06-2023

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Arbeidsomstandighedenbesluit
    artikel: 4.1b, 4.1a, 9.5a, 9.9b, 4.3, 9.5

  2. Beleidsregel arbocatalogi 2019
    bijlage: als bedoeld in artikel 6 van de Beleidsregel arbocatalogi 2019

  3. Beleidsregels arbeidsomstandighedenwetgeving
    artikel: 4.4 -3, 4.4 -1, 4.4 -6, 4.4 -8, 4.4 -9, 4.4 -10, 4.9 -4, 4.4 -5

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(28-06-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2007

wijziging

05-12-2006

Stb. 2006, 674

11-12-2006

Stb. 2006, 675

01-09-2003

wijziging

03-07-2003

Stb. 2003, 315

15-08-2003

Stb. 2003, 339

01-01-2003

wijziging

17-12-2002

Stb. 2002, 652

17-12-2002

Stb. 2002, 652

19-04-2002

wijziging

29-03-2002

Stb. 2002, 190

29-03-2002

Stb. 2002, 190

01-11-1999

wijziging

10-09-1999

Stb. 1999, 435

25-10-1999

Stb. 1999, 450

01-07-1997

nieuwe-regeling

15-01-1997

Stb. 1997, 60

20-06-1997

Stb. 1997, 263

Inwtr. 1

Opmerkingen

  • 1) Artikel 4.8, tweede en zesde lid, treedt voor zover het de aanwezigheid van het certifcaat van vakbekwaamheid betreft, in werking op 1 oktober 1997.