De wetgeving rond de milieueffectrapportage (mer, ook wel m.e.r.) is opgenomen in afdeling 16.4 van de Omgevingswet en in hoofdstuk 11 en bijlage V bij het Omgevingsbesluit. Inhoudelijk verandert er niet veel, procedureel wel. Doel van de Omgevingswet is de toepassing van het bestaande mer-instrumentarium te vereenvoudigen, zodat dit nog beter bruikbaar is als hulpmiddel voor besluitvorming.
Uitgangspunten milieueffectrapportage in de Omgevingswet
De uitgangspunten van de Omgevingswet staan toegelicht in paragraaf 4.16.5 van de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel Omgevingswet. De belangrijkste zijn:
Aansluiting bij de verplichtingen in de mer-richtlijn en de EU-richtlijn voor strategische milieubeoordeling.
Vermindering van de onderzoekslasten. Bijvoorbeeld door het beter benutten van al bestaande onderzoeksinformatie en eerdere milieueffectrapporten. Ook het introduceren van een plan-mer-beoordeling voor bepaalde plannen of programma's zorgt voor vermindering van de onderzoekslasten.
Het zo goed mogelijk afstemmen van de procedurele stappen van de milieueffectrapportage op de procedure van het te nemen besluit.
Vereenvoudiging van de procedure voor de project-mer en de mer-beoordeling van een project: de Omgevingswet brengt de huidige drie procedures voor de project-mer en de huidige twee procedures voor de mer-beoordeling allebei terug tot één procedure.
Belangrijkste wijzigingen plan-milieueffectrapportage
De procedure voor plan-milieueffectrapportage is grotendeels gelijk gebleven. Alleen de kennisgeving van het voornemen om een mer-plichtig plan of programma op te stellen, vervalt.
Daarnaast zijn er twee wijzigingen die van belang zijn voor de vraag welke plannen en programma's aan de plan-mer-plicht moeten voldoen: de generieke aanwijzing en de plan-mer-beoordeling.
Generieke aanwijzing
Ten eerste is er de generieke aanwijzing in de Omgevingswet van de plannen en programma's die onder plan-milieueffectrapportage vallen. Hiervoor is aansluiting gezocht bij de smb-richtlijn. Onder de Omgevingswet zijn in ieder geval de instrumenten omgevingsvisie, programma, omgevingsplan en voorkeursbeslissing aangemerkt als plan of programma.
Plan-mer-beoordeling
Ten tweede heeft de Omgevingswet de plan-mer-beoordeling geïntroduceerd voor drie soorten plannen en programma's:
Voor kleine gebieden op lokaal niveau
Voor kleine wijzigingen
Voor plannen en programma’s die een kader vormen voor andere projecten dn in de mer-richtlijn
Bij project-milieueffectrapportage zijn er meerdere procedurele wijzigingen. Belangrijkste reden is dat er onder de Wet milieubeheer en de Crisis- en herstelwet in totaal drie procedures bestonden. Onder de Omgevingswet is er één procedure. Iets vergelijkbaars geldt voor de mer-beoordeling voor projecten. Daar is van twee procedures naar één procedure overgestapt.
Wijzigingen project-mer
Één procedure
Geen mededeling voornemen
Advies reikwijdte en detailniveau alleen op aanvraag van initiatiefnemer
Facultatief advies Commissie m.e.r. gevraagd door bevoegd gezag
Wijzigingen project-mer-beoordeling
Één procedure voor de mer-beoordeling
Geen publicatie in de Staatscourant als geen milieueffectrapport (MER) nodig is
Geen voorgeschreven verplichting om met andere bestuursorganen af te stemmen
Daarnaast zijn in bijlage V bij het Omgevingsbesluit in één lijst zowel de mer-plichtige als de mer-beoordelingsplichtige gevallen opgenomen en de daarvoor benodigde besluiten. In het Besluit milieueffectrapportage waren dat nog 2 lijsten (onderdelen C en D in de bijlage bij dat besluit).
Andere wijzigingen
De bepalingen voor de grensoverschrijdende milieueffectrapportage staan bij elkaar in één afdeling in het Omgevingsbesluit (afdeling 11.3).
In het Omgevingsbesluit is de inhoud van het project-milieueffectrapport (MER) volledig uitgeschreven. De inhoudelijke eisen van een milieueffectrapport zijn niet gewijzigd. Het milieueffectrapport moet uitgaan van de maximale mogelijkheden van het plan of project en alternatieven beschrijven en vergelijken. Ook hoeven in een milieueffectrapport nog steeds alleen de relevante milieueffecten worden beschreven.
Omdat enkele kerninstrumenten van de Omgevingswet waar milieueffectrapportage aan gekoppeld is wél nieuw zijn, voert de Commissie m.e.r. in samenwerking met de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Infrastructuur en Waterstaat pilotprojecten voor omgevingsplannen uit om te onderzoeken hoe mer het beste hierop kan inspelen.
Het opstellen van een verslag bij de verplichte monitoring vervalt. De resultaten van de monitoring worden wel bekendgemaakt.
De coördinatieregeling voor de milieueffectrapportage (hoofdstuk 14 van de Wet milieubeheer) komt te vervallen. Milieueffectrapportage wordt opgenomen in de besluitvormingsprocedure. Dat maakt de regeling overbodig.