De handreiking biedt ondersteuning bij de implementatie van het Didam-arrest en omvat praktische stappenplannen voor zowel de selectieprocedure als een-op-een transacties.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, NEPROM en VNG/VvG hebben een handreiking uitgebracht, geschreven door prof. dr. ir. A.G. (Arjan) Bregman van het Instituut voor Bouwrecht. Zij gaat over de implementatie van het arrest Didam in het gemeentelijke grond(uitgifte)beleid bij gebiedsontwikkeling. De handreiking biedt ondersteuning bij de implementatie van het Didam-arrest en omvat praktische stappenplannen voor zowel de selectieprocedure als een-op-een transacties.
De aanleiding
De uitspraak van de Hoge Raad in de zaak 'Didam' is bijna een jaar oud. De hoogste civiele rechter bepaalde toen dat overheden bij de verkoop van grond gelegenheid moet bieden aan mogelijke gegadigden om mee te dingen. Het arrest roept nog steeds veel vragen op, zowel bij gemeenten als marktpartijen. In de huidige markt zijn alle partijen erbij gebaat om vertraging door het arrest te voorkomen en daarmee de woningbouwproductie op peil te houden.
Lessen voor de praktijk
Marja Appelman, directeur Woningbouw BZK, kondigde de handreiking aan in haar brief namens minister Hugo De Jonge van 24 juni 2022 aan gemeenten over onroerende zaken en het bieden van gelijke kansen. Jan Fokkema, directeur NEPROM: "Het is heel waardevol dat de handreiking er nu ligt. Het biedt handvatten om integrale gebiedsontwikkeling zo voorspoedig mogelijk door te laten gaan, binnen de kaders van het Didam-arrest." Adrian Los, voorzitter VvG, voegt hieraan toe: "Voor gemeenten is het belangrijk dat de handreiking hen informatie geeft over het aanpassen van beleid over dit onderwerp. Zodat vooraf duidelijk is hoe gemeenten met relevante transacties omgaan."