Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Wkb gedeeltelijk in werking

Met de bekendmaking van het inwerkingtredingsbesluit op 13 april 2022 traden enkele artikelen van de Wet en het Besluit kwaliteitsborging voor het bouwen op 22 april 2022 in werking. Schrik niet: dit wil nog niet zeggen dat er nu al voor bouwactiviteiten onder gevolgklasse 1 een bouwmelding moet worden gedaan en een kwaliteitsborger moet worden ingeschakeld. Dat gebeurt volgens planning pas vanaf 1 januari 2023 (maar bereid je voor!).

BWTinfo 29 juni 2022

De inwerkingtreding van enkele artikelen van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) is noodzakelijk om de zogenoemde ‘Toelatingsorganisatie kwaliteitsborging bouw’ (TloKB) officieel in te stellen. De TloKB kan daarmee de instrumenten voor kwaliteitsborging toetsen aan de eisen die in het Besluit kwaliteitsborging en in de Regeling kwaliteitsborging zijn vastgelegd. Voldoen ze, dan worden de instrumenten toegelaten tot het stelsel en komen in het landelijke register. Kwaliteitsborgers kunnen vervolgens door een instrumentaanbieder worden erkend om met een instrument te gaan werken. Inmiddels heeft de TloKB op 9 juni 2022 de eerste drie instrumenten toegelaten tot het nieuwe stelsel van kwaliteitsborging voor het bouwen: het Komo Instrument Kwaliteitsborging (KiK), het Woningborg Kwaliteitsborging Instrument (WKI) en BKapp van Apexion BV. Met de toelatingen verrichtte de TloKB haar eerste formele handeling in aanloop naar de invoering van het stelsel kwaliteitsborging voor het bouwen. De instrumenten van Technical Inspection Service (TIS), VKB van Verbeterde Kwaliteitsborging (SWK) en Kwaliteitsborging Garantiewaarborg (KGW) zitten nu in procedure.

De artikelen van de Wet en het Besluit die nu in werking treden worden opgenomen in de Woningwet en Bouwbesluit 2012. Als de Omgevingswet volgend jaar in werking treedt dan gaan die regels vanuit Bouwbesluit 2012 en de Regeling bouwbesluit 2012 over naar respectievelijk het nieuwe Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl, opvolger Bouwbesluit), het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl), het Omgevingsbesluit en de Omgevingsregeling. Dan pas treedt ook het stelsel zelf in werking. Tot die tijd is voor vergunningplichtige bouwactiviteiten gewoon nog een omgevingsvergunning onder de Wabo verplicht.

Wat is gevolgklasse 1?

In het Besluit kwaliteitsborging lezen we onder meer welke gebouwen en infrastructuur er nu eigenlijk onder gevolgklasse 1 vallen. Want dat zijn de gebouwen en infrastructuur die onder de Wkb vallen. Daar is echter nog veel onduidelijkheid over. Vrij vertaald uit het besluit valt een bouwwerk onder gevolgklasse 1 als:

  1. het bouwwerk geen rijksmonument is;

  2. het bouwwerk alleen ten dienste staat van een gebruiksfunctie als bedoeld in het tweede lid (zie hierna);

  3. voor het in gebruik nemen of gebruiken van het bouwwerk geen gebruiksmelding of een vergunning voor brandveilig gebruik is vereist;

  4. voor het bouwwerk geen gelijkwaardige maatregel wordt toegepast in verband met constructieve veiligheid of brandveiligheid;

  5. bij de bouwactiviteit geen toepassing is gegeven aan NEN 6060 of NEN 6097 (brandveiligheid grote brandcompartimenten) bij het bepalen van de gebruiksoppervlakte van een brandcompartiment;

  6. voor het in werking hebben van de inrichting of het mijnbouwwerk waartoe het bouwwerk behoort geen vergunning is vereist onder de Wabo.

Welke gebruiksfunctie valt onder gevolgklasse 1:

  1. een niet in een woongebouw gelegen grondgebonden woonfunctie, niet zijnde een woonfunctie voor zorg of voor kamergewijze verhuur, en nevenfuncties daarvan;

  2. een woonfunctie en nevenfuncties daarvan, voor zover het bouwwerk een drijvend bouwwerk betreft;

  3. een niet in een logiesgebouw gelegen grondgebonden logiesfunctie;

  4. een industriefunctie en nevenfuncties daarvan, voor zover het bouwwerk uit niet meer dan twee bouwlagen bestaat;

  5. een industriefunctie als nevenfunctie bij een andere gebruiksfunctie, voor zover gelegen in een bijbehorend bouwwerk van niet meer dan twee bouwlagen;

  6. een bovengronds gelegen bouwwerk geen gebouw zijnde voor een infrastructurele voorziening bestemd voor langzaam verkeer, voor zover niet gelegen over een rijks- of provinciale weg en met een te overbruggen afstand van niet meer dan 20 meter; of

  7. een ander bovengronds gelegen bouwwerk geen gebouw zijnde dat niet hoger is dan 20 meter, met uitzondering van infrastructurele voorzieningen bestemd voor verkeer anders dan bedoeld onder punt 6 en bouwwerken met een waterkerende functie.

Vrij vertaald betekent dit voor de bouwsector dat dat grondgebonden eengezinswoningen, waterwoningen, grondgebonden logeergebouwen (vakantiehuizen en dergelijke) en bedrijfsgebouwen van maximaal twee bouwlagen onder gevolgklasse 1 vallen. In de infrasector vallen fiets- en voetgangersbruggen met een maximale overspanning van 20 meter en niet gelegen boven een rijks- of provinciale weg, onder gevolgklasse 1. Dat geldt ook voor GSM-masten, keermuren, nutsbouwwerken, reclamezuilen, windmolens, duikers, sluisjes en dergelijke, die niet hoger zijn dan 20 meter. Een groot deel van deze bouwwerken is echter, net als nu, vergunningsvrij. Voorbeelden zijn een ondergronds buis- en leidingstelsel (duiker), bouwwerken ten behoeve van verkeersgeleiding of tijdelijke constructies bij bouwprojecten, zoals een damwand. Voor deze bouwwerken hoeft straks ook geen kwaliteitsborger ingeschakeld te worden.

Meldingen

Wanneer u wilt gaan bouwen moet u nu in veel gevallen een vergunning aanvragen bij de gemeente. Met de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) gaat dit veranderen. Gaat u bouwen dan moet u vanaf 1 januari 2023 voor gevolgklasse 1 (dit kan later worden uitgebreid met een hogere gevolgklasse) een kwaliteitsborger inschakelen die meekijkt of de bouwactiviteit aan de technische regels voldoet.

Voordat met de bouw mag worden begonnen moet daarnaast een bouwmelding worden gedaan bij de gemeente. Met de bouwmelding geeft de initiatiefnemer richting gemeente aan op welke locatie een bouwactiviteit uitgevoerd gaat worden en hoe de kwaliteitsborging (wie is de kwaliteitsborger en met welk instrument werkt de kwaliteitsborger) wordt voorzien. Aan de melding moeten verder een risicobeoordeling van de bouwactiviteit en een borgingsplan worden toegevoegd. Een bouwmelding kan worden gedaan via het Omgevingsloket en moet uiterlijk vier weken voor de start van de bouwactiviteit worden gedaan.

Na afronding van de werkzaamheden moet u een gereedmelding doen. Door uitvoering van keuringen, inspecties en andere maatregelen in het borgingsplan tijdens de uitvoering kan de kwaliteitsborger na afronding van de bouwwerkzaamheden vaststellen dat er een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat de bouwactiviteit aan de bouwtechnische regels voldoet. Dit oordeel legt een kwaliteitsborger vast in verklaring die hij aan zijn opdrachtgever verstrekt. Naast de verklaring bestaat de gereedmelding uit een formulier met gegevens over de initiatiefnemer en tekeningen en berekeningen van het project. Deze worden samen met de verklaring van de kwaliteitsborger het dossier bevoegd gezag genoemd. De gereedmelding moet via het Omgevingsloket, uiterlijk twee weken voor ingebruikname bij de gemeente worden gedaan. Zonder gereedmelding is het gebruik van een bouwwerk verboden.

Vragen over de Wkb

Uit de vragen over de Wkb die bij de Helpdesk Bouwregelgeving en via de website van iBK binnenkomen valt op te maken dat veel partijen op dit moment aan het kijken zijn wat de gevolgen van de Wkb zullen zijn voor bouwplannen die op dit moment in voorbereiding zijn. Een greep uit de vragen die met enige regelmaat langskomen.

Woningen en appartementen in één project: hoe werkt dat straks ?

Vaak bestaan (grotere) woningbouwprojecten uit een combinatie van grondgebonden woningen en appartementen. Nu stelt artikel 2.17 dat grondgebonden woningen onder gevolgklasse 1 vallen en appartementen – deze zijn gelegen in een woongebouw – niet. Artikel 2.17, tweede lid, onder b, schrijft voor dat een bouwactiviteit valt onder gevolgklasse 1 als de bouwactiviteit alleen ten dienste staat van een gebruiksfunctie als bedoeld in het derde lid. In dat derde lid staan de gebruiksfunctie genoemd die onder gevolgklasse 1 vallen. Uit artikel 2.17 volgt dus dat een bouwactiviteit die bestaat uit bouwwerken die vallen onder gevolgklasse 1 en bouwwerken die daar niet onder vallen in z’n geheel niet vallen onder gevolgklasse 1. Een initiatiefnemer kan er voor kiezen om voor de hele bouwactiviteit een omgevingsvergunning voor een technische bouwactiviteit aan te vragen of om de activiteit te splitsen in een meldingplicht deel – de grondgebonden woningen – en een vergunningplichtig deel – de rest. De keuze ligt dus bij de initiatiefnemer, maar overleg met de gemeente is (al is het maar om verwarring te voorkomen) hier zeker op z’n plaats.

Moet bouwmelding voldoen aan vergunning voor Omgevingsplanactiviteit?

Onder de Wabo wordt een bouwplan beoordeeld aan Bouwbesluit 2012, het bestemmingsplan en welstand. Wordt aan één van de drie niet voldaan dan volgt een weigering. Onder de Omgevingswet wordt deze vergunning in tweeën geknipt en is er geen (juridische) samenhang tussen beide toestemmingen.

Bij een bouwmelding onder de Wkb wordt geen inhoudelijke informatie over de bouwactiviteit verstrekt. Zou een inhoudelijke beoordeling aan het Omgevingsplan al aan de orde zijn – wat niet geval is voor de technische bouwactiviteit – dan is de vraag hoe een dergelijke beoordeling plaats zou moeten vinden. Weliswaar is ter beoordeling of wel sprake is van een meldingsplicht de gebruiksfunctie gegeven in een bouwmelding, maar een gebruiksfunctie die in strijd is met het omgevingsplan maakt niet dat een melding onvolledig is. Een initiatiefnemer heeft dan weliswaar een melding gedaan, start bouw zal direct gevolgd kunnen worden door een bouwstop vanwege strijdigheid met het omgevingsplan. Hetzelfde is het geval als er nog geen vergunning voor een omgevingsplanactiviteit is aangevraagd.

De knip tussen de technische bouwactiviteit en overige activiteiten is een ‘harde’ knip. Een toets aan het omgevingsplan is dus niet aan de orde bij een bouwmelding. Het informeren van de initiatiefnemer dat de gemelde bouwactiviteit niet mag worden uitgevoerd natuurlijk wel.

Wat is nu eigenlijk de informatieplicht strijdigheid Bbl?

Veel vragen komen binnen over de informatieplicht van de kwaliteitsborger en hoe hiermee als gemeente om te gaan. Veelal gaat het dan om de vraag wat nu die informatieplicht is. In de praktijk worden informatieplicht en meldingsplicht nogal eens door elkaar gebruikt. Het belangrijkste verschil tussen beide is dat een informatieplicht geen direct rechtsgevolg heeft. Weliswaar moet aan beide worden voldaan, een informatieplicht leidt niet tot een recht om bijvoorbeeld een activiteit uit te gaan voeren. Een overtreding van een informatieplicht kan dan ook (zo maar) niet leiden tot het stilleggen van een activiteit.

De informatieplicht strijdigheid Bbl is dus een wettelijke verplichting tot het informeren van het bevoegd gezag over een strijdigheid indien deze strijdigheid aan de verklaring van een kwaliteitsborger in de weg staat. Het is geen melding, er geldt geen verplichte informatie die moet worden toegevoegd, het is geen handhavingsverzoek en er is in de meeste gevallen geen directe reden de bouw stil te leggen.

Wat betreft de inhoud van de informatie wordt in het formulier dat een kwaliteitsborger moet gebruiken bepaalde informatie benoemd, de Wkb schrijft dit niet voor. Een ‘informatieplicht’ kan dus ook niet onvolledig (en daarmee ‘niet gedaan’) zijn. Is het bevoegd gezag van mening dat meer informatie nodig is, dan kan dat op basis van de bevoegdheid van de Algemene wet bestuursrecht wordt opgevraagd.

In sommige gevallen is wel reden om direct stil te leggen, namelijk als de kwaliteitsborger meldt dat zijn opdracht is beëindigd. Er wordt in dat geval kennelijk gebouwd zonder kwaliteitsborger en dus is sprake van illegale bouw. In de meeste gevallen zal de informatieplicht een soort vooraankondiging van een overtreding zijn. Een kwaliteitsborger meldt dat er sprake is van een strijdigheid en er dus geen verklaring volgt. Daardoor zal ook de gereedmelding dus niet kunnen plaatsvinden en zal ingebruikname dus tot een strijdigheid leiden. Een logische respons op de informatieplicht – als blijkt dat er geen direct gevaar voor de omgeving is – lijkt dan ook een schrijven aan de initiatiefnemer waarin de verwachting wordt uitgesproken dat partijen het probleem voor afronding zullen oplossen en dat anders handhaving volgt.

De informatieplicht is dus te vergelijken met een telefoontje van een buurman of met een waarneming van het bevoegd gezag tijdens een bezoek aan de bouwplaats. Het is verstandig voor een gemeente om beleid te maken over hoe hiermee om te gaan. Het ligt voor de hand om hierbij aan te sluiten bij het beleid dat iedere gemeente al heeft als gaat om handhaving van bijvoorbeeld illegale bouw of gebruik. In feite is dat wat de kwaliteitsborger meldt: het bouwen is illegaal of er ontstaat straks illegaal gebruik.

Auteur: ing. Frank de Groot, met dank aan Hajé van Egmond, Geregeld BV
Bron: NEN

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.