Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Vergunningvrij of niet?

Onlangs stond de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: Afdeling) in een tweetal uitspraken voor de vraag gesteld of in die gevallen sprake was van vergunningvrije bouwwerken.

Franken Advocaten 24 February 2015

Onlangs stond de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: Afdeling) in een tweetal uitspraken voor de vraag gesteld of in die gevallen sprake was van vergunningvrije bouwwerken.

Allereerst een uitspraak van

4 februari jl.

In deze kwestie was eerder, in 2010, onder ontheffing van het bestemmingsplan, een bouwvergunning verleend voor een aanbouw aan een bijbehorend bouwwerk. De gerealiseerde aanbouw bleek echter niet in overeenstemming te zijn met de verleende vergunning. Vervolgens is een last onder dwangsom opgelegd op grond waarvan de aanbouw moet worden verwijderd dan wel volledig in overeenstemming moet worden gebracht met de daarvoor verleende bouwvergunning.

In de wet is neergelegd dat geen omgevingsvergunning is vereist indien de activiteiten (het bouwen van een bouwwerk en het gebruiken van gronden/bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan) betrekking hebben op een op de grond staand bijbehorend bouwwerk in het achtererfgebied, mits niet voorzien van een dakterras, bal-kon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte ().

Gebleken is dat de aanbouw ten tijde van de beslissing op bezwaar van het besluit waarbij de last onder dwangsom is opgelegd toegankelijk was via een deur in het hoofdgebouw. Inmiddels is de toegangsdeur naar het dak ontoegankelijk gemaakt. Desondanks kon de aanbouw volgens de Afdeling niet omgevingsvergunningvrij worden gebouwd, aangezien de aanbouw destijds voorzag in een dakterras of althans een andere niet op de grond gelegen buitenruimte. De bestuursrechter toetst een besluit immers ex tunc: naar de feitelijke situatie ten tijde van het bestreden besluit (in dit geval de beslissing op bezwaar van het besluit waarbij de last onder dwangsom is opgelegd). De conclusie luidt dan ook dat handhavend kon worden opgetreden tegen de in afwijking van de verleende vergunning gebouwde aanbouw.

Ten tweede een uitspraak van

11 februari jl.

Ook in deze kwestie was een last onder dwangsom opgelegd tot Omgevingsrecht het verwijderen van een bouwwerk. Ditmaal vanwege een zonder vergunning aangebrachte pergolaachtige constructie op een bestaand balkon aan de voorzijde van een woning. De constructie bestond uit drie verticale steigerbuizen met een lengte van ongeveer één meter die op de balkonrand waren geplaatst en een hoger uitstekende verticale steigerbuis in de hoek bij het raam van de woning.

Op grond van de wet heeft te gelden dat het bouwen van een bouwwerk onder meer omgevingsvergunningvrij is in het geval dat het betrekking heeft op tuinmeubilair, mits niet hoger dan 2,5 meter. Volgens appellant is voornoemde constructie een pergola en dient dit als omgevingsvergunningvrij tuinmeubilair te worden aangemerkt. Deze constructie is tevens bedoeld als wasrek en ook een wasrek valt onder het begrip tuinmeubilair, aldus appellant.

Onder verwijzing naar eerdere rechtspraak uit 2008, ten tijde van het Besluit bouwvergunningsvrije en licht - bouwvergunningplichtige bouwwerken (hierna: Bblb), overweegt de Afdeling dat tuinmeubilair slechts (bouw)vergunningvrij is, indien het tuinmeubilair op grond wordt geplaatst. Het artikel met betrekking tot bouwvergunningvrij plaatsen van tuinmeubilair uit het Blbb is overgenomen in de huidige regelgeving. Daarom ziet de Afdeling reden om de onder de Blbb totstandgekomen jurisprudentie voor te zetten onder de huidige regelgeving. Verder overweegt de Afdeling dat de pergolaconstructie niet onder één van de andere omgevingsvergunningvrije categorieën kan worden geschaard. Aldus is de buizenconstructie niet omgevingsvergunningvrij.

Andere samenvattingen van de uitspraken:

Presentaties, folders en info vergunningvrij bouwen:

Artikel delen