Ruim een jaar geleden trad het nieuwe Bouwbesluit in werking. Voorheen golden bij herbestemming de eisen voor nieuwbouw met een ontheffingsmogelijkheid voor b&w tot in het uiterste geval de eisen voor bestaande bouw. Nu moet het bouwwerk voldoen aan de eisen volgens het rechtens verkregen niveau. De eisen voor bestaande bouw vormen nog steeds de ondergrens voor onderdelen waarvoor geen sprake is van een rechtens verkregen niveau, maar er hoeft geen ontheffing meer te worden aangevraagd.
Ruim een jaar geleden trad het nieuwe Bouwbesluit in werking. Voorheen golden bij herbestemming de eisen voor nieuwbouw met een ontheffingsmogelijkheid voor b&w tot in het uiterste geval de eisen voor bestaande bouw. Nu moet het bouwwerk voldoen aan de eisen volgens het rechtens verkregen niveau. De eisen voor bestaande bouw vormen nog steeds de ondergrens voor onderdelen waarvoor geen sprake is van een rechtens verkregen niveau, maar er hoeft geen ontheffing meer te worden aangevraagd.
Doel van deze ingreep is het zoveel mogelijk wegnemen van belemmeringen voor het zinvol herbestemmen van gebouwen, die leeg staan en waarvoor binnen de huidige bestemming geen emplooi meer is. Denk aan het omzetten van bijvoorbeeld een kantoor, een kerk of een schoolgebouw naar een woonfunctie. Binnen kringen van Bouw- en Woningtoezicht en Brandweer ontstond nogal wat ongerustheid over deze maatregel. Deze zou de deur (kunnen) open zetten naar volstrekt onverantwoorde verbouwplannen.
Onderzoek verbouwprojecten
De maatregel kwam er mede onder druk van de Tweede Kamer, maar die wil wel inzicht in de effecten in de bouwpraktijk. Daarom heeft het ministerie van BZK opdracht gegeven om een aantal projecten te onderzoeken, die na 1 april 2012 in voorbereiding zijn genomen, of waarvoor na die datum een vergunning is aangevraagd en eventueel reeds verkregen, misschien zelfs al uitgevoerd. Rondom deze onderzoeksopdracht startte de Vereniging BWT Nederland begin dit jaar een klankbordgroep met deelname uit allerlei disciplines. Deze heeft te onderzoeken projecten voorgedragen en houdt de vinger aan de pols met betrekking tot de aanpak en de voortgang van het onderzoek.
Uit de eerste kijk in de keuken van de onderzoekers blijkt, dat men wel op lastige aspecten stuit bij onderwerpen als brandwerendheid, vluchtwegen, geluidwering, etc. maar tot nu toe zijn er geen echt dubieuze projecten in beeld. Daarmee bedoelen we plannen waarbij bewust of onder druk van de financiële beperkingen de kwalitatieve ondergrens wordt opgezocht: niveau bestaande bouw of misschien in de praktijk nog minder Als deze in de praktijk ook niet voorkomen is dat natuurlijk prima. Dan zou achteraf blijken dat de ongerustheid van BWT en Brandweer onterecht was.
Maar als er in de praktijk wel degelijk sprake is van dergelijke projecten willen we deze graag meenemen in het onderzoek. Niet om projecten of initiatiefnemers aan het kruis te nagelen maar om te analyseren hoe zulke keuzes tot stand komen, wat er eventueel is misgegaan en hoe de bouwpraktijk ook van deze slechte voorbeelden kan leren.
Daarom roepen we bij deze op dergelijke projecten met spoed aan te melden via
info@vereniging-bwt.nl
met als onderwerp onderzoek verbouw.
Doel van de klankbordgroep
De genoemde, breed samengestelde klankbordgroep dient meerdere doelen. In de eerste plaats willen we als bouwpraktijk net als de Tweede Kamer graag weten hoe de gewijzigde regelgeving uitpakt. In het bijzonder: welke kwaliteitsniveaus worden er onder het nieuwe regime gerealiseerd in de bandbreedte van niveaus tussen Bestaande bouw en Nieuwbouw +. Daarbij speelt ook een rol, dat door de wijziging in het geval van een verbouwproject de kwalificatie voldoet aan Bouwbesluit 2012 een weinig zeggende kreet is geworden. We willen vooral aandacht besteden aan de informatievoorziening voor eindgebruikers (huurders, kopers) over de niet voor leken kenbare aspecten als geluidwering, energieprestatie, brandveiligheid, vluchtwegen etc.
Voor de bouwpraktijk zelf wordt gedacht aan een handreiking hoe op een slimme wijze om te gaan met verbouwprojecten. Verwacht wordt, dat het onderzoek informatie oplevert over wijzen van aanpak, inclusief communicatie tussen de ontwikkelaar, de architect, de eindgebruikers (voor zover bekend), het bevoegd gezag en de bouwer, die versnellend of vertragend kunnen werken, de kwaliteit kunnen verbeteren of juist niet. Een op dergelijke ervaringen gestoelde handreiking kan helpen kwalitatief verantwoorde verbouwprojecten te realiseren zonder oeverloze discussies over de toepassing van de regelgeving.
In de klankbordgroep participeren als lid of agenda-lid:
- het ministerie van BZK als opdrachtgever van het onderzoek,
- Nieman R.I. als opdrachtnemer,
- Aedes, BNA, Bouwend Nederland, Brandweer Nederland, Gemeenten Amsterdam en Rotterdam, Institutionele Beleggers in Vastgoed Nederland, Nationale Monumenten Organisatie, Nationaal Programma Herbestemming, NEPROM, NL Ingenieurs, SBR-CUR, Transformatieteam, VACpunt Wonen, Vastgoedbelang, Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland en de Woonbond.
Ondergetekende is voorzitter van het overleg.
Rechtens verkregen niveau
Al in de aanloop naar het nieuwe Bouwbesluit ontstond er veel onduidelijkheid over hoe er nu precies moet worden omgegaan met verbouwprojecten in relatie tot verschillende eisenniveaus. Tijdens onze recente regiodagen meldden BWTers vanuit hun praktijk dat het begrip rechtens verkregen niveau zowel binnen gemeenten als in gesprek met aanvragers en architecten nog steeds aanleiding is tot veel onduidelijkheid en discussie. Ook vindt men het verwarrend dat de edities van het Praktijkboek Bouwbesluit 2012 nu een andere uitleg geeft dan vorig jaar en ook weer anders dan het Infoblad Verbouw en Functiewijziging (minBZK).
Zie deze links:
Wat houdt het rechtens verkregen niveau in? Het wordt in artikel 1 van het Bouwbesluit 2012 gedefinieerd als:
niveau dat het gevolg is van de toepassing op enig moment van de relevante op dat moment van toepassing zijnde technische voorschriften en dat niet lager ligt dan het niveau van de desbetreffende voorschriften voor een bestaand bouwwerk en niet hoger dan het niveau van de desbetreffende voorschriften voor een (nieuw) te bouwen bouwwerk
. In publicaties circuleren ook andere definities, waarin het begrip rechtmatigheid een rol speelt, maar het Bouwbesluit hanteert dat begrip niet!
Dit betekent in de praktijk, dat men in een verbouwplan het actuele kwaliteitsniveau ongemoeid kan laten, mits het hoger is dan niveau bestaande bouw (de absolute ondergrens). Bij verbouwing mag het niveau echter niet lager worden dan de actuele kwaliteit. Alleen als j de actuele kwaliteit hoger is dan de huidige nieuwbouwvoorschriften, dan mag worden verbouwd tot dat niveau. Het rechtens verkregen niveau is dus geen vaststaand niveau, het kan per gebouw en zelfs per verdieping of constructieonderdeel verschillen met als ondergrenzen de kwaliteitsniveaus die zijn gedefinieerd voor bestaande bouw en nieuwbouw. In schema:
De getoonde dia komt uit een ppt-presentatie door het Ministerie van BZK tijdens de regiodag van de VBWTN op 9 april 2013 in het gemeentehuis van Lansingerland. Aan het eind van deze presentatie over wijzigingen in het Bouwbesluit 2012, inmiddels beschikbaar op BWTinfo, wordt in een aantal dias nader ingegaan op dit onderwerp. Wil men bijvoorbeeld in een deel van een leegstaand kantoor verbouwen tot een woning en er is in dat deel geen toiletruimte aanwezig, dan moet die alsnog worden gerealiseerd volgens tenminste de eisen bestaande bouw, zoals oppervlak tenminste 0,64 m². Zou er wel een toilet aanwezig zijn dat kleiner is, dan moet het worden vergroot tot tenminste deze maat, maar als het groter is kan het zo blijven. Zou men een bestaand toilet bijvoorbeeld met het oog op een efficiënte plattegrond willen verkleinen, dan kan dat alleen tot het formaat dat krachtens het rechtens verkregen niveau vereist is. Alleen in zon situatie kan enig speurwerk naar dat niveau noodzakelijk zijn.
Bron:
VBWTN
, MinBZK