Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

KAN presenteert onderzoek ‘Leren van natuurrijke woonbuurten uit het verleden’

In een natuurrijke buurt wonen niet alleen mensen, maar ook dieren. Als ontwikkelaar van een natuurrijke buurt moet je dus niet alleen mensen, maar ook dieren als bewoner zien. Ook zij hebben rustplaatsen, voedsel en veiligheid nodig. Dat is één van de lessen van het onderzoek ‘Leren van natuurrijke woonbuurten uit het verleden’ dat is verricht in opdracht van het KAN-platform. Op dit platform delen ontwikkelaars, bouwers en gemeenten kennis en praktijkervaring om te bouwen aan natuurinclusieve, gezonde nieuwbouwprojecten waarin de biodiversiteit wordt verbeterd.

Woning Bouwers NL 25 maart 2021

Nieuws-persbericht

Nieuws-persbericht

Onderzoekers Maike van Stiphout (DS Landschapsarchitecten), Robbert Snep (Wageningen University & Research) en Jip Louwe Kooijmans (Vogelbescherming Nederland) trokken lessen uit ervaringen van twaalf groene projecten uit de jaren 1995 tot 2010. Zo namen zij onder meer GWL-terrein in Amsterdam, Eva Lanxmeer in Culemborg en de Kersentuin in Utrecht Leidsche Rijn onder de loep. “Nu natuurinclusief bouwen hoog op de agenda staat zijn de lessen en succesfactoren uit het verleden zeer relevant en kunnen helpen bij de opgaven die nu spelen bij nieuwbouwontwikkelingen. Op basis van het rapport hebben we voor ontwikkelaars en bouwers een handzame brochure uitgebracht met aanbevelingen”, aldus Claudia Bouwens, programmaleider van het KAN-platform.

Het werkt: meer natuurwaarde

De twaalf onderzochte buurten zijn niet per se de ‘beste’ groene buurten van Nederland. In het onderzoek is gezocht naar een spreiding qua landschap, geografie en stedenbouwkundige opzet. Het idee was, om voor alle situaties relevante lessen te leren. Ook al is dus niet naar de twaalf meest groene buurten gezocht, de natuurwaarde ligt er wel degelijk (ver) boven het landelijk gemiddelde. Een goede indicator daarvoor is het aantal broedvogels. Het blijkt dat er in de twaalf onderzochte woonbuurten significant meer worden geteld dan in andere woonbuurten. Je kunt dus concluderen dat een natuurinclusief ontwerp inderdaad bijdraagt aan de biodiversiteit van ons land. Het rapport beschrijft het ontwerp en de getroffen maatregelen dit tot dat resultaat hebben geleid.

Verbinding met de omgeving

Zorgen voor een ecologische verbinding met de omgeving, aanwezige beplanting behouden, kiezen voor inheemse vegetatie en water in de buurt vasthouden. Dat zijn de basismaatregelen die het grootste effect sorteren, zo laten de twaalf voorbeelden zien. Als die basis er eenmaal is, kan de natuurwaarde met aanvullende maatregelen verder worden vergroot. Tot die tweede groep behoren het aanbrengen van nestkasten en neststenen, het beperken van verhardingen, de aanplant van gemengde hagen en het realiseren van begroeide gevels en daken.

Financieel maakt het niets uit

Het is een misverstand dat natuurlijk beheer altijd duurder zou zijn dan regulier beheer. Als het ontwerp goed is, blijken de kosten nagenoeg gelijk te zijn. In de onderzochte buurten is het beheer altijd gericht op een natuurlijke omgeving en minder op het verzorgde beeld. In sommige buurten draagt de gemeente het beheer van openbare grond inclusief het budget daarvoor, over aan de bewoners. Ook dat maakt financieel weinig uit.

Immaterieel zijn er grote voordelen

Immaterieel zijn er wel duidelijke verschillen. In de twaalf buurten is niet alleen meer natuur aanwezig; de buurten zijn ook klimaatbestendiger, met minder kans op wateroverlast of droogte. Ook is er minder onderhoud nodig aan terreinverharding en riolering, omdat er minder van is. Nog een resultaat: de onderzochte buurten kennen meer sociale cohesie. Natuur weeft banden. Bezoekers worden op straat begroet en als er iets is, wordt dat eerst in de buurt opgelost.

Leg basis in initiatieffase

Het onderzoek heeft een groot aantal leerpunten opgeleverd die van waarde zijn voor ontwikkelaars, bouwbedrijven, (landschaps)architecten, gemeenten en verenigingen van eigenaren. Een belangrijke eyeopener is dat de basis voor een natuurinclusieve woonbuurt al in de initiatieffase van een project wordt gelegd. De twaalf woonbuurten laten zien dat niet alleen mensen als klant worden gezien, maar ook insecten, vogels en kleine zoogdieren. Ook zij wonen straks in deze buurt.

Werken vanuit samenhang

Ook voor ontwerp, uitvoering, beheer en de communicatie met bewoners heeft het onderzoek leerpunten opgeleverd. Zo laten de twaalf buurten zien hoe belangrijk het is om bestaande natuurwaarden en landschapselementen te behouden en om te zoeken naar een ruimtelijke variatie in maat, schaal en structuur. Tijdens de uitvoering is het belangrijk dat alle partijen op één lijn zitten en dat iedereen snapt waarom bepaalde keuzes zijn gemaakt. Ook de bewoners moeten daarbij worden betrokken. De natuur is een samenhangend systeem waarin grond, water, beplantingen en dierlijk leven een harmonie vormen. Het is belangrijk dat alle partijen die van ontwerp tot en met beheer met de buurt te maken hebben, die samenhang snappen.

Rapport + handzame brochure natuurrijke buurten

Het onderzoek ‘Leren van natuurrijke woonbuurten uit het verleden’ is een initiatief van de DuurzaamDoor-participatietafel Biodiversiteit (natuurinclusief bouwen) en het KAN platform. KAN staat voor Klimaatadaptief bouwen met de natuur, een platform waar projectontwikkelaars, bouwers en gemeenten kennis en praktijkervaring delen.

Naast het rapport heeft KAN de handzame brochure ‘Natuurrijke woonbuurten – leren van ervaringen’ uitgebracht, met aanbevelingen voor projectontwikkelaars en bouwers.

Meer weten? Neem een kijkje in het themadossier: klik op de tabs boven het artikel.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.