"Onder de huidige WABO kunnen de vergunning Natuurbeschermingswet (Nbw) en de ontheffing Flora- en faunawet (Ffw) vrijwillig/facultatief aanhaken bij de omgevingsvergunning. In het wetsvoorstel Natuurbescherming is sprake van een verplicht aanhaken. Gemeenten zijn het bevoegde gezag omgevingsvergunning en vervullen een front-office functie voor de aanvragen/initiatiefnemer. De afgifte van de Verklaring van geen bedenkingen (Vvgb) Ffw en Nbw, en dus de inhoudelijke toetsing, vindt plaats door andere bevoegde gezagen, de back-offices. Op het bevoegd gezag omgevingsvergunning (de gemeente) rust echter wel de verantwoordelijkheid om na te gaan of de aanvraag volledig is en of men redelijkerwijs kan weten of uit de activiteit waar de aanvraag betrekking op heeft, handelingen voortvloeien die de flora en fauna en/of Natura 2000-gebieden raken. "
Onder de huidige WABO kunnen de vergunning Natuurbeschermingswet (Nbw) en de ontheffing Flora- en faunawet (Ffw) vrijwillig/facultatief aanhaken bij de omgevingsvergunning. In het wetsvoorstel Natuurbescherming is sprake van een verplicht aanhaken. Gemeenten zijn het bevoegde gezag omgevingsvergunning en vervullen een front-office functie voor de aanvragen/initiatiefnemer. De afgifte van de Verklaring van geen bedenkingen (Vvgb) Ffw en Nbw, en dus de inhoudelijke toetsing, vindt plaats door andere bevoegde gezagen, de back-offices. Op het bevoegd gezag omgevingsvergunning (de gemeente) rust echter wel de verantwoordelijkheid om na te gaan of de aanvraag volledig is en of men redelijkerwijs kan weten of uit de activiteit waar de aanvraag betrekking op heeft, handelingen voortvloeien die de flora en fauna en/of Natura 2000-gebieden raken.
Hoe kan een gemeente initiatiefnemers helpen een goede aanvraag omgevingsvergunning in te dienen waarbij rekening wordt gehouden met mogelijke effecten van de activiteit op wettelijk beschermde natuurwaarden?
Om gemeenten hierbij te ondersteunen (en de natuur te beschermen) is informatie nodig over de mogelijkheden van aanhaken, het proces van aanhaken en over inhoudelijke vereisten als gevolg van aanhaken. Als deze kennis centraal wordt ontsloten, kunnen gemeenten initiatiefnemers van de juiste informatie voorzien in het vooroverleg. Het ministerie van Economische Zaken (EZ) zet in op een succesvolle implementatie van de wet natuurbescherming. Eén van de taken die het ministerie hierbij oppakt, is het versterken van de front-office functie van het gemeenteloket omgevingsvergunning met kennis over natuur en natuurwetgeving.
Binnen dit project is een verkenning uitgevoerd naar bestaande hulpmiddelen die bruikbaar zijn bij het versterken van deze front-office functie van gemeenten. We gingen op zoek (op het internet) naar beschikbare bronnen. Daarbij stelden we telkens de vraag of de bron informatie geeft over één van de vijf onderdelen:
1. informatie over welke activiteiten in zijn algemeenheid kunnen leiden tot aanhaken natuurwetgeving
2. informatie over de aanwezigheid van beschermde natuurwaarden
3. informatie over mogelijke maatregelen om nadelige invloeden te voorkomen
4. informatie over het proces bij aanhaken natuur/aanvraag vvbg
5. informatie over inhoudelijke vereisten bij het opstellen van een natuurtoets
Uiteindelijk zijn 59 bronnen achterhaald waarbij 22 bronnen (op onderdelen) bruikbaar bleken. Conclusies:
Informatie over aanhaken natuurwetgeving is bij enkele gemeenten aanwezig, en in nog minder gevallen digitaal ontsloten.
De informatie betreft meestal alleen aanhaken Ffw, in enkele gevallen gaat de bron ook in op aanhaken Nbw.
Bronnen over mogelijke schadelijke effecten op natuurwaarden zijn beperkt ofwel qua beschrijving van activiteiten ofwel qua natuurwaarden.
Informatie over het daadwerkelijk voorkomen van beschermde soorten is bij twee gemeenten digitaal en openbaar toegankelijk ontsloten.
Er is geen specifiek overzicht van mitigerende maatregelen bij het voorkomen van negatieve effecten van activiteiten uit de omgevingsvergunning op natuur.
Informatie vanuit de gemeenten over proces en inhoud bij aanhaken natuur is niet gevonden. Informatie vanuit de rijksoverheid over aanhaken natuur in de omgevingsvergunning is alleen goed te vinden en toegankelijk ontsloten op de website van Dienst Regelingen of via de vergunningencheck van het digitaal omgevingsloket.
De (inhoudelijke) kwaliteit van bronnen lijkt sterk te wisselen. Dit heeft uiteraard gevolgen voor de bruikbaarheid. Daarnaast is de bruikbaarheid van de bronnen wisselend, omdat veel bronnen niet compleet, niet actueel of niet eenduidig zijn.
Voor de soortenbescherming hebben we, gebaseerd op de vijf informatievragen en de gevonden bronnen, een ideaal stappenplan opgesteld voor aanhaken van de Flora- en faunawet in de omgevingsvergunning. Het zijn vijf stappen met daarbij een advies voor te ontwikkelen instrumenten. Voor de ontwikkeling van sommige instrumenten kan voortgebouwd worden op de gevonden bronnen. De stappen worden doorlopen in het vooroverleg: het (eerste) contact tussen de initiatiefnemer en de gemeente.
Stap 1. Welke beschermde soorten komen in de gemeente voor? Raadpleeg hiervoor het instrument Kansenkaart waarmee duidelijk wordt of er een kans is dat er leefgebied van een beschermde soort voorkomt.
Stap 2. Welke activiteiten hebben een effect op beschermde soorten? Raadpleeg hiervoor het instrument Effectenindicator waarmee duidelijk wordt of beschermde soorten gevoelig zijn voor verstorende activiteiten.
Stap 3. Welke mitigerende maatregelen zijn mogelijk? Raadpleeg hiervoor het instrument Maatregelenindicator waarmee duidelijk wordt welke verzachtende maatregelen bij welke activiteiten en soorten mogelijk zijn.
Stap 4. Wat is de procedure voor aanhaken? Raadpleeg hiervoor de Proceswijzer waarmee duidelijk wordt welke termijn er geldt en hoe een aanvraag administratief wordt afgehandeld.
Stap 5. Wat zijn de inhoudelijk vereisten bij aanhaken? Raadpleeg hiervoor de Natuurrapport wijzer waarmee duidelijk wordt wat er in een natuurrapport moet worden opgenomen en dus ook welk ecologisch vervolgonderzoek nodig kan zijn.
Het rapport kunt u hier downloaden.