VERAS in verweer tegen onredelijke sloopbestekkenVerantwoord opdrachtgeverschap bij slopenVERAS leden melden zich in toenemende mate met sloopbestekken die onredelijke besteksbepalingen bevatten. Prangend voorbeeld is dat het meerwerkrisico op onvoorziene asbestbronnen ru¨cksichtslos bij de sloopaannemer wordt neergelegd, terwijl er vooraf geen volledig en zorgvuldig asbestonderzoek heeft plaatsgevonden. VERAS vindt dat onredelijk en bovendien maatschappelijk onverantwoord.
VERAS in verweer tegen onredelijke sloopbestekken
Verantwoord opdrachtgeverschap bij slopen
VERAS leden melden zich in toenemende mate met sloopbestekken die onredelijke besteksbepalingen bevatten. Prangend voorbeeld is dat het meerwerkrisico op onvoorziene asbestbronnen ru?cksichtslos bij de sloopaannemer wordt neergelegd, terwijl er vooraf geen volledig en zorgvuldig asbestonderzoek heeft plaatsgevonden. VERAS vindt dat onredelijk en bovendien maatschappelijk onverantwoord.
De tendens dat opdrachtgevers vooraf een zoveel mogelijk vaste prijs willen hebben voor het uit te voeren sloopwerk, is begrijpelijk en daar is op zichzelf ook niets mis mee. Professionele sloopaannemers zijn in staat en bereid om daarmee om te gaan, maar de risicoverdeling dient wel evenwichtig en redelijk te zijn. In de besteksfase dient daarvoor aan de nodige randvoorwaarden te zijn voldaan. Helaas schort het daar nogal eens aan.
Voorbeelden van onredelijke sloopbestekken
In de praktijk komt het regelmatig voor dat een opdrachtgever een sloopbestek in de markt zet met summiere en gebrekkige gebouwinformatie, waarbij aan de inschrijvende sloopaannemers een volledig vaste aanneemsom wordt gevraagd en waarin expliciet is bepaald dat er geen enkele ruimte is voor de verrekening van meerwerk. Dat speelt vooral ook voor het asbestrisico. Bij het bestek is dan een onvolledige asbestinventarisatie gevoegd, waarvan op voorhand al duidelijk is dat er meer asbest aanwezig is dan gerapporteerd. Desondanks wordt aan de sloopaannemer gevraagd om een vaste prijs. In dergelijke situaties is de rekentijd bovendien vaak kort en is er weinig tot geen gelegenheid om het sloopobject te bezichtigen, laat staat te onderzoeken op verborgen asbestbronnen. VERAS vindt dat onredelijk en bovendien maatschappelijk onverantwoord.
Risicoafwenteling met randvoorwaarden
Als de opdrachtgever de meerwerkrisicos zoveel mogelijk bij de sloopaannemer wenst neer te leggen, dan kan dat in beginsel. Er moet dan echter wel aan de volgende randvoorwaarden zijn voldaan.
Bij het bestek dient uitgebreide gebouwinformatie te worden overlegd. Het betreft dan onder andere inzicht in de bouwkundige constructie en de bouwkundige samenstelling, een uitgebreide stoffeninventarisatie en een volledig en adequaat uitgevoerde asbestinventarisatie.
De sloopaannemer dient in de gelegenheid te worden gesteld om vooraf zelf goed polshoogte te nemen in het sloopobject en bij voorkeur om zo nodig enig (destructief) onderzoek te verrichten. Uiteraard in overleg met de opdrachtgever. Alternatief is dat de sloopaannemer als onderdeel van de inlichtingenfase aan de opdrachtgever kan verzoeken om op bepaalde plaatsen nader (destructief) te (laten) onderzoeken op gebouwsamenstelling en de aanwezigheid van risicostromen en / of gevaarlijke stoffen.
Als aan de bovengenoemde voorwaarden is voldaan, dan is het verleggen van risicos op onvoorziene zaken in beginsel acceptabel. De concrete invulling en ook de clausulering hoe om te gaan met de (laatste) restrisicos, is een kwestie van goed overleg tussen opdrachtgever en sloopaannemer.
Wettelijke verplichtingen en maatschappelijke verantwoordelijkheid opdrachtgever
Wordt aan deze voorwaarden niet voldaan, dan is het ru?cksichtslos wegzetten van meerwerkrisicos bij de sloopaannemer onredelijk en onverantwoord, maar ook niet in het belang van de opdrachtgever. Sterker nog, in dergelijke situaties is het motief van de opdrachtgever vaak niet zozeer gelegen in een evenwichtige en redelijke risicoverdeling, maar in het onderling uitspelen van sloopaannemers in de concurrentiefase. Zeker in deze tijden is de verleiding voor opdrachtgevers daartoe groot, maar dat is korte termijn denken en maatschappelijk onverantwoord.
In die situaties voldoet de opdrachtgever overigens ook niet aan zijn wettelijke verplichtingen. Zo is de opdrachtgever op grond van het Asbestverwijderingsbesluit verplicht om aan de sloopaannemer een volledige asbestinventarisatie te verstrekken. Op grond van het Bouwbesluit 2012 dient er verder op zn minst een globale stoffeninventarisatie te zijn uitgevoerd en ook volgens de arboregelgeving is de opdrachtgever verplicht om vooraf informatie te verstrekken aan de sloopaannemer over de risicos (V&G plan voorbereidingsfase). Ook aanbestedingsrechtelijk kan de opdrachtgever de meerwerkrisicos niet zonder meer bij de sloopaannemer neerleggen.
Belangrijker nog is dat de opdrachtgever hierin een eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid heeft. Een onredelijk bestek betekent een risicos op onzorgvuldige sloop in de uitvoeringsfase. Zeker bij (semi) publieke opdrachtgevers is het daarom onbegrijpelijk als onredelijke sloopbestekken in de markt worden gebracht. Dat geldt temeer nu juist deze groep van opdrachtgevers gehouden is aan duurzaam inkopen en hiermee vaak ook mooie sier maken.
Sleutelrol voor bestekschrijvers
Een sleutelrol is weggelegd voor bestekschrijvers. Opdrachtgevers hebben vaak weinig affiniteit met slopen en besteden de projectvoorbereiding en directievoering van sloopprojecten geheel uit aan advies- en ingenieursbureaus. Deze bureaus profileren zich als een totaaldienstverlener en beloven de opdrachtgever complete ontzorging en vaste prijzen. Ontzorging is goed, maar niet over de rug van de sloopaannemer.
Met regelmaat zijn er situaties waarin een advies- en ingenieursbureaus een incomplete asbestinventarisatie uitvoert en een bestek opstelt met onvolledige en gebrekkige informatie. De besteksvoorwaarden zijn eenzijdig, gericht op het (korte termijn) belang van de opdrachtgever.
Verrekening van meerwerk wordt uitgesloten en de calculatiefase wordt (bewust) kort gehouden. Na gunning tegen de laagste prijs is hetzelfde advies- en ingenieursbureaus ook directievoerder. Onzorgvuldigheden in het bestek en fouten in de asbestinventarisatie, worden zo op het conto van de aannemer geschreven en ondertussen maakt het advies- en ingenieursbureaus mooie sier richting de opdrachtgever.
VERAS Werkgroep Sloopbestekken neemt actie
VERAS zet zich in voor de verbetering van sloopopdrachtgeverschap. In een Werkgroep Sloopbestekken wordt gewerkt aan een model / handreiking voor redelijke sloopbestekken, met een voor sloopaannemer en opdrachtgever evenwichtige spreiding van risicos. VERAS zal in september 2012 een bijeenkomst organiseren om in contact te treden met vertegenwoordigers van bestekschrijvers en opdrachtgevers.
Gelukkig zijn er ook goede voorbeelden, waarin opdrachtgevers en advies- en ingenieursbureaus zoeken naar een evenwichtige modus om de risicos van onvoorziene omstandigheden op een evenwichtige wijze te verdelen tussen opdrachtgever en sloopaannemer. Als aan de randvoorwaarden wordt voldaan, dan kan daarin ver worden gedaan. Professionele sloopaannemers zijn juist in staat om hiermee om te gaan!
Meteren, 15 juni 2012
Lees meer op VERAS