Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

BENG en Rc: verhoging van grenswaarde roept vragen op

Op 1 januari 2021 is het nieuwe Stelsel Energieprestatie Gebouwen van kracht geworden. Gelijktijdig zijn er verhoogde grenswaarden voor de thermische isolatie in Bouwbesluit 2012 aangepast. Toch betekent dat niet dat er sprake is van een aanscherping. In dit artikel een korte uitleg over de achtergronden en de consequenties voor de praktijk, die beperkt zijn.

4 maart 2021

Artikelen

Artikelen

Het nieuwe stelsel Energieprestatie Gebouwen brengt enkele opvallende wijzigingen met zich mee. Per 1 januari moet voor een omgevingsvergunning voor het bouwen een BENG-berekening worden gemaakt, waarbij getoetst wordt aan drie criteria met een concrete eenheid. Ook het Energielabel is ingrijpend vernieuwd. De nieuwe grootheden worden uitgedrukt in kWh/m2.jr en worden bepaald met de nieuwe bepalingsmethode NTA 8800:2020+A1:2020. Over deze aspecten is veel gepubliceerd en vindt veel kennisoverdracht plaats.

De minimumeisen voor thermische isolatie van vloeren, gevels en daken worden ook in het nieuwe stelsel uitgedrukt in de Rc-waarde, uitgedrukt in m2K/W. Dat is niet veranderd. De grenswaarden in afdeling 5.1 van Bouwbesluit 2012 zijn echter aangepast en hebben nu een (beperkt) hogere waarde. De grenswaarde voor nieuwbouw van daken bijvoorbeeld is veranderd van 6,0 naar 6,3 m2K/W. Dat lijkt een aanscherping van ca. 5%. Toch is er in de meeste gevallen geen sprake van een hogere eis. De wijziging is gedaan om beleidsneutraal aan te sluiten op de nieuwe bepalingsmethode.

In NTA 8800 wordt gerekend volgens de Europese (CEN-)normen voor het berekenen van de energieprestatie. Hoewel dat in het verleden ook zo leek te zijn, was dat niet helemaal het geval. De eerdere rekenmethode, NEN 1068, hanteerde een toeslag voor de uitvoeringskwaliteit; een Nederlandse ‘kop’. De motivatie was de ervaring dat thermische isolatie niet altijd nauwkeurig wordt aangebracht. Daarom werd gerekend met een toeslag van 2% voor prefab en van 5% voor in het werk aangebrachte isolatie. Daarmee werd het aspect uitvoeringskwaliteit vermengd met een op fysica gebaseerde rekenmethode. Op andere onderdelen van de energieprestatieberekeningen, zoals de installatie, gebeurt dat niet. Bovendien wordt de uitvoeringskwaliteit binnenkort geregeld via de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb). Daarmee was er voldoende aanleiding om de berekening van de thermische isolatie in overeenstemming te brengen met de Europese bepalingsmethode.

De consequentie van deze keuze was dat met (iets) minder isolatiedikte aan de Rc-waarde kon worden voldaan. Om te voorkomen dat de aanpassing van de rekenmethode zou leiden tot minder isolatie, is besloten de grenswaarden voor thermische isolatie aan te passen.

Een praktisch rekenvoorbeeld. Voor de isolatiewaarde van 6,0 m2K/W voor een plat dak was in de oude situatie bijvoorbeeld 210 mm isolatiedikte nodig. Diezelfde dikte van het zelfde materiaal levert afgerond 6,3 m2K/W op. Daarbij is uitgegaan van uitvoering in het werk. Bij prefab onderdelen kan de uitkomst net iets ongunstiger zijn, waardoor iets meer isolatiedikte nodig is. Daarbij spelen ook ander zaken mee (hout %, dikte randhout, etc.) en verschillen de uitkomsten per project. In de praktijk zal dat ten hoogste één diktestap zijn, maar zal ook in veel gevallen met dezelfde isolatiedikte kunnen worden volstaan.

Meer weten? Neem een kijkje in het themadossier: klik op de tabs boven het artikel.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.