In de wet zijn een groot aantal verplichtingen opgenomen voor de huurder.
Een zorgvrager die woonruimte huurt heeft in zijn hoedanigheid van huurder (onder meer) de navolgende wettelijke verplichtingen:
De huurder is verplicht de huurprijs tijdig te voldoen (artikel 7:212 BW).
De huurder is verplicht zich als een goed huurder te gedragen (artikel 7:213 BW).
De huurder is slechts bevoegd tot het gebruik van de zaak dat is overeengekomen, en, zo daaromtrent niets is overeengekomen, tot het gebruik waartoe de zaak naar zijn aard bestemd is (artikel 7:214 BW).
De huurder is in beginsel niet bevoegd de inrichting of gedaante van het gehuurde geheel of gedeeltelijk te veranderen (artikel 7:215 BW).
De huurder is tot de ontruiming bevoegd door hem aangebrachte veranderingen en toevoegingen ongedaan te maken, mits daarbij het gehuurde in de toestand wordt gebracht, die bij het einde van de huur redelijkerwijs in overeenstemming met de oorspronkelijke toestand kan worden geacht (artikel 7:216 lid 1 BW).
De huurder is verplicht op eigen kosten kleine herstellingen te verrichten (artikel 7:217 BW).
De huurder is aansprakelijk voor schade aan het gehuurde (artikel 7:218 BW).
De huurder is jegens de verhuurder op gelijke voet als voor eigen gedragingen aansprakelijk voor de gedragingen van hen die met zijn goedvinden het gehuurde gebruiken of zich met zijn goedvinden daarop bevinden (artikel 7:219 BW).
De huurder heeft een gedoogplicht ten aanzien van dringende werkzaamheden en ten aanzien van een renovatie (artikel 7:220 BW).
De huurder is in beginsel niet bevoegd het gehuurde geheel of gedeeltelijk aan een ander in gebruik te geven (artikel 7:244 BW).
De huurder is verplicht de verhuurder in kennis te stellen van (onder meer) gebreken (artikel 7:222 BW).
De huurder is verplicht mee te werken aan (onder meer) bezichtigingen (artikel 7:223 BW).
De huurder is verplicht het gehuurde bij het einde van de huur weer in de juiste staat ter beschikking van de verhuurder te stellen (artikel 7:224 BW).
Houdt de huurder na het einde van de huur het gehuurde onrechtmatig onder zich, dan kan de verhuurder over de tijd dat hij het gehuurde mist, een vergoeding vorderen gelijk aan de huurprijs, onverminderd, indien zijn schade meer dan deze vergoeding bedraagt, zijn recht op dit meerdere (artikel 7:225 BW).
Bij niet-naleving van deze verplichtingen kan de zorginstelling (als verhuurder):
Nakoming vorderen.
Schadevergoeding vorderen. Daarvoor is dan wel vereist dat de tekortkoming in de nakoming van de verplichting aan de huurder (zorgvrager) valt toe te rekenen.
De huurovereenkomst geheel of gedeeltelijk ontbinden, tenzij de tekortkoming, gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt. Een verhuurder kan (anders dan een huurder) de huurovereenkomst niet buitengerechtelijk ontbinden. De ontbinding van de huurovereenkomst dient door de rechter te geschieden.