Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Kamerbrief over nationale regie in de ruimtelijke ordening

Minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) informeert de Tweede Kamer over het fundament voor de ontwikkeling van het nationale ruimtelijk beleid. Eenzelfde brief is ook aan de Eerste Kamer gezonden.

18 mei 2022

Nationale regie in de ruimtelijke ordening De ruimte in Nederland is schaars, terwijl de ruimtelijke opgaven groot zijn. De urgente maatschappelijke opgaven zoals het woningtekort, de kwaliteit van de natuur, de transitie van de landbouw en de verduurzaming van de energievoorziening hebben allemaal grote ruimtelijke impact. De schaarste aan ruimte maakt dat het Rijk de regie in het ruimtelijk domein moet hernemen: om te kiezen, om te verdelen en om een eerlijke uitkomst mogelijk te maken in dit verdeelvraagstuk. Een goede ruimtelijke aanpak kan oplossingen bieden voor de grote ruimtelijke opgaven. Deze aanpak betekent een grote verbouwing van Nederland, met consequenties voor hoe landschappen, steden en dorpen (her)ingericht worden. Een mooier, gezonder, duurzamer, welvarender en aantrekkelijker Nederland is hierbij het uitgangspunt, met een goede leefomgevingskwaliteit voor alle inwoners van Nederland, nu en in de toekomst.

Regie hernemen betekent dat de nationale overheid een sterkere rol zal gaan vervullen dan in de afgelopen jaren, om zo het werk voor provincies, gemeenten en waterschappen beter mogelijk te maken. We staan voor een ingewikkelde klus die we alleen met elkaar en met heldere werkafspraken tot een goed einde kunnen brengen. Niet alleen met elkaar als overheden, maar vooral ook met de mensen in ons land, maatschappelijke organisaties en ondernemers. Daarom staat participatie aan de basis van het ruimtelijk beleid.

Met deze brief legt het kabinet het fundament voor de ontwikkeling van het nationale ruimtelijk beleid. In de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) is uiteengezet hoe alle belangen worden gewogen, en hoe die allemaal in ons land ingepast kunnen worden. Daarbij gelden drie principes die aan de basis staan van de Nationale Omgevingsvisie: voorrang geven aan meervoudig ruimtegebruik (in plaats van enkelvoudig ruimtegebruik), het centraal stellen van gebiedskenmerken en het voorkomen van ‘afwenteling’ – ofwel het niet meer afschuiven van problemen en lasten op generaties na ons of op andere gebieden. Daarmee zijn belangrijke stappen gezet. Nu is het tijd de NOVI een stap verder brengen, op twee manieren: door nationale structurerende keuzes toe te voegen waar nodig en zo tot een aangescherpte NOVI te komen en door over te gaan tot de uitvoering via NOVEX. Oftewel: van NOVI naar NOVEX. In deze brief wil het kabinet helder zijn over waar wat nodig is, wie dat gaat uitvoeren en wanneer.

Voor deze brief is gebruik gemaakt van een reeks van recente studies en – adviezen, zoals het Interdepartementaal Beleidsonderzoek Ruimtelijke Ordening (IBO RO), het advies van de Studiegroep Ruimtelijke inrichting Landelijk Gebied, studies van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB), en het advies van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (Rli) 'Geef richting, maak ruimte'. De komende tijd zal deze brief in de verschillende programma’s en uiteindelijk in de aanscherping van de NOVI zelf uitgewerkt worden. Stap voor stap geeft het kabinet daarmee antwoord op de verschillende adviezen en studies. De adviezen vragen om een versterking van de Rijksregie in de ruimtelijke ordening met aandacht voor de rol van het midden bestuur, het formuleren van heldere doelstellingen en inzet op uitvoeringskracht. Daarnaast wordt gewezen op het belang van participatie, draagkracht, digitalisering en kennisontwikkeling. Deze punten zijn meegewogen in deze brief. De rapporten zullen worden voorzien van een aparte beleidsreactie.

Met deze brief wil het kabinet onderstrepen: de nationale ruimtelijke ordening in Nederland is terug. De brief is mede verstuurd namens de collegabewindspersonen in het fysieke domein: de ministers van Economische Zaken en Klimaat (EZK), Infrastructuur en Waterstaat (IenW), Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), de ministers voor Klimaat en Energie (K&E), Natuur en Stikstof (N&S) en de staatssecretarissen van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), Defensie (DEF), Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), Mijnbouw en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Deze brief is ook aan de Eerste Kamer verzonden.

Lees verder

Lees hier de gehele Kamerbrief.

Zie ook

Nationale regie in de ruimtelijke ordening

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.