Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 9

  • 1

    De belasting wordt berekend over de waarde van de onroerende zaak of het recht waaraan deze is onderworpen, waarop de verkrijging betrekking heeft. De waarde is ten minste gelijk aan die van de tegenprestatie.

  • 2

    Indien van een beperkt recht afstand wordt gedaan tegen verkrijging van een nieuw beperkt recht, wordt de belasting berekend over het verschil in waarde tussen de beperkte rechten. Wordt uitsluitend de schuldplichtigheid gewijzigd, dan wordt bedoeld verschil op nihil gesteld.

  • 3

    Bij verkrijging van een met grondrente bezwaarde zaak, wordt de belasting berekend over de waarde van die zaak zonder aftrek van de grondrente.

  • 4

    Ingeval een verkrijging als bedoeld in artikel 2, tweede lid, wordt gevolgd door een verkrijging als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of andersom, door dezelfde persoon of door zijn rechtsopvolger krachtens huwelijksvermogensrecht of erfrecht, wordt de waarde verminderd met het bedrag waarover ter zake van de eerste verkrijging was verschuldigd hetzij overdrachtsbelasting welke niet in mindering heeft gestrekt van schenk- of erfbelasting, hetzij omzetbelasting welke op grond van artikel 15 van de Wet op de omzetbelasting 1968 in het geheel niet in aftrek kon worden gebracht.

  • 5

    Indien voor een goed als bedoeld in artikel 2 een verkoopregulerend beding geldt dat rechtstreeks of middellijk jegens de verkrijger is gemaakt door een publiekrechtelijk lichaam of een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 19, eerste lid, van de Woningwet, is de waarde gelijk aan die van de tegenprestatie en worden voor de bepaling van de tegenprestatie de uit het beding voortvloeiende lasten buiten aanmerking gelaten.

  • 6

    Indien op grond van artikel 15, vierde lid, de vrijstelling niet van toepassing is, wordt de waarde ten minste gesteld op de kostprijs van de onroerende zaak of van de zaak waarop het recht of de dienst betrekking heeft, met inbegrip van de omzetbelasting, zoals die zou ontstaan bij de voortbrenging door een onafhankelijke derde op het tijdstip van de verkrijging.

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(05-01-2018)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-07-2015

wijziging

20-03-2015

Stb. 2015, 145

32769

16-06-2015

Stb. 2015, 232

01-01-2012

t/m 15-06-2011

wijziging

22-12-2011

Stb. 2011, 639

33003

22-12-2011

Stb. 2011, 639

01-01-2011

t/m 01-01-2010

wijziging

23-12-2010

Stb. 2010, 871

32401

23-12-2010

Stb. 2010, 871

01-01-1996

t/m 31-03-1995

wijziging

18-12-1995

Stb. 1995, 660

24428

18-12-1995

Stb. 1995, 660

29-12-1995

t/m 31-03-1995

wijziging

18-12-1995

Stb. 1995, 659

24172

18-12-1995

Stb. 1995, 659

08-12-1995

wijziging

06-12-1995

Stb. 1995, 588

24334

06-12-1995

Stb. 1995, 588

01-01-1992

wijziging

25-10-1989
samen met
11-12-1991

Stb. 1989, 491
samen met
Stb. 1991, 608

19527

20-02-1990

Stb. 1990, 90

wijziging

29-08-1991

Stb. 1991, 439

20066

16-12-1991

Stb. 1991, 736

01-01-1987

wijziging

24-12-1986

Stb. 1986, 667

19738

24-12-1986

Stb. 1986, 667

28-12-1979

wijziging

20-12-1979

Stb. 1979, 703

15843

20-12-1979

Stb. 1979, 703

01-01-1972

nieuwe-regeling

24-12-1970

Stb. 1970, 611

10560

21-05-1971

Stb. 1971, 355