Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot bij ministeriële regeling aan te wijzen categorieën van uniforme saneringen bestaande uit eenvoudige, gelijksoortige saneringen van korte duur. De sanering kan betrekking hebben op slechts een gedeelte van het geval van verontreiniging.
Een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in het eerste lid, bevat in ieder geval regels omtrent:
het onderzoek dat aan de sanering vooraf gaat;
de gegevens die bij de melding, bedoeld in het derde lid, moeten worden verstrekt, alsmede de wijze waarop die gegevens worden verstrekt;
de gegevens die degene die saneert tijdens de sanering aan gedeputeerde staten moet verstrekken en de wijze en het tijdstip waarop dat gebeurt;
de aanpak en wijze van sanering waaronder begrepen aanvang, duur en afronding van de sanering.
Degene die voornemens is te saneren dan wel handelingen te verrichten ten gevolge waarvan de verontreiniging van de bodem wordt verminderd of verplaatst overeenkomstig de regels gesteld krachtens het eerste lid, doet van dat voornemen melding bij gedeputeerde staten van de betrokken provincie. Artikel 28, zevende lid, is van overeenkomstige toepassing. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de wijze en het tijdstip waarop de kennisgeving van de melding plaatsvindt en kan worden bepaald in welke gevallen een dergelijke kennisgeving achterwege kan worden gelaten.
Met de sanering kan met inachtneming van de regels gesteld krachtens het eerste lid worden begonnen nadat vijf weken zijn verstreken vanaf de datum van ontvangst van de melding, bedoeld in het derde lid, door gedeputeerde staten. In bij algemene maatregel van bestuur aangegeven omstandigheden kan bij die maatregel een kortere termijn dan vijf weken worden gesteld. De melding vervalt indien niet met de sanering wordt begonnen binnen een bij algemene maatregel van bestuur gestelde termijn.
De artikelen 28, 29, 37, 39, 39a, 39c, 39d en 40 zijn niet van toepassing indien de sanering wordt gemeld en vervolgens wordt uitgevoerd overeenkomstig de regels gesteld bij of krachtens het eerste, derde en vierde lid.
Na de uitvoering van de sanering doet degene die de bodem heeft gesaneerd daarvan schriftelijk verslag aan gedeputeerde staten. Het verslag behoeft de instemming van gedeputeerde staten die slechts met het verslag instemmen indien is gesaneerd overeenkomstig de regels gesteld bij of krachtens het eerste, derde en vierde lid. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de gegevens die bij het verslag moeten worden verstrekt, de wijze waarop die gegevens worden verstrekt, en het tijdstip waarop dat gebeurt en de termijn waarbinnen de instemming met het verslag plaatsvindt.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen categorieën van saneringen worden aangewezen waarvoor het verslag, bedoeld in het zesde lid, geen instemming van gedeputeerde staten behoeft.
Dit artikel is niet van toepassing in gevallen als bedoeld in de artikelen 27, 30, eerste lid, en 43.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Aanwijzingsbesluit Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken
bijlage: behorende bij artikel 2, eerste lid, van het Aanwijzingsbesluit Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (aangewezen categorieën van beperkingenbesluiten)
Besluit bodemkwaliteit
artikel: 21, 22
Besluit financiële bepalingen bodemsanering
artikel: 13a, 1, 11, 13, 21
Besluit OM-afdoening
bijlage: II
Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet
artikel: 6a, 2a
Besluit uniforme saneringen
artikel: 6a, 2, 6
Regeling financiële bepalingen bodemsanering 2005
artikel: 11a
Regeling uniforme saneringen
artikel: 1.2
Richtlijn bestuurlijke strafbeschikkingsbevoegdheid milieu- en keurfeiten (art. 257ba, tweede lid, Sv)
bijlage: bijlage
Richtlijn voor strafvordering feitgecodeerde misdrijven en overtredingen
bijlage: Bijlagen
Wet bodembescherming
artikel: 55, 88, 99
(06-01-2018)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
22-11-2012 |
08-01-2013 |
||||||
wijziging |
09-11-2009 |
10-12-2009 |
||||||
wijziging |
25-06-2009 |
25-06-2009 |
||||||
nieuw |
15-12-2005 |
15-12-2005 |
Opmerkingen
1) Artikel 2.17, eerste lid van Stb. 2009/489 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.