Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan aan de persoon die recht heeft op een arbeidsongeschiktheidsuitkering en die arbeid in dienstbetrekking aanvaardt of verricht op aanvraag loonsuppletie toekennen, indien het loon lager is dan zijn resterende verdiencapaciteit.
De loonsuppletie wordt verstrekt over perioden waarin loon uit dienstbetrekking wordt ontvangen, doch ten hoogste over een periode van vier jaar te rekenen vanaf de dag met ingang waarvan voor de eerste maal loonsuppletie is toegekend.
Als perioden waarin loon uit dienstbetrekking wordt ontvangen als bedoeld in het tweede lid worden eveneens aangemerkt, perioden waarin een uitkering op grond van de Ziektewet of op grond van hoofdstuk 3, afdeling 2, paragraaf 1, van de Wet arbeid en zorg wordt ontvangen, tenzij de dienstbetrekking is geëindigd.
De loonsuppletie wordt voor de toepassing van de wettelijke bepalingen inzake premieheffing aangemerkt als een uitkering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de hoogte van de loonsuppletie.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Reïntegratiebesluit
artikel: 1a, 16
Reïntegratieregeling
artikel: 2
Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
artikel: 98b, 18, 63, 65, 66
(22-01-2022)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
nieuw |
10-11-2005 |
02-12-2005 |