Menu

Filter op
content
Omgevingsweb

 

Ruimtelijke ontwikkelingen dienen altijd rekening te houden met bestaande en toekomstige natuurwaarden. Regels op dat gebied zijn onder andere vastgelegd in de Omgevingswet en verschillende uitvoeringsregelingen.

Algemeen

Natuur speelt al gauw een rol bij ruimtelijke ontwikkelingen. Ontwikkelingen die leiden tot stikstofdepositie staan erg in de belangstelling. Maar denk bijvoorbeeld ook aan de gevolgen van activiteiten door ruimtebeslag, aantasting van nestplaatsen, foerageergebieden of migratieroutes, verstoring door geluid, toenemende recreatiedruk, optische verstoring, of veranderingen in de hydrologische situatie. Of een ontwikkeling negatieve gevolgen heeft voor beschermde natuurgebieden of beschermde soorten kan worden bepaald aan de hand van ecologisch onderzoek.

Sinds 2017 is het natuurbeschermingsrecht grotendeels opgenomen in de Wet natuurbescherming, het Besluit natuurbescherming en de Regeling natuurbescherming. De Wet natuurbescherming heeft de daarvoor geldende Natuurbeschermingswet 1998, Flora- en faunawet en Boswet vervangen. Sinds 2024 is deze Wet natuurbescherming opgenomen in de Omgevingswet.

Ook in andere kaders zijn regels over natuurbescherming opgenomen. Zo is het beschermingsregime voor het Natuurnetwerk Nederland, voorheen de Ecologische Hoofdstructuur, opgenomen in provinciale verordeningen.

Natuurbescherming in de Omgevingswet

De meeste inhoudelijke regels over natuurbescherming zijn, ingedeeld naar doelgroep, opgenomen in een van de volgende drie besluiten:

  • Besluit Activiteiten Leefomgeving (Bal)
  • Besluit Kwaliteit Leefomgeving (Bkl)
  • Omgevingsbesluit (Ob)

Daarnaast moet het omgevingsplan (vervanger van het bestemmingsplan) als passend beoordeeld worden als het significante gevolgen kan hebben voor een Natura 2000-gebied. Er moet dan worden voldaan aan de eisen die het Bkl hieraan stelt.

Drie pijlers

De Wet natuurbescherming, sinds 2024 opgenomen in de Omgevingswet, bevat regels over soortenbescherming, gebiedsbescherming en houtopstanden.

Soortenbescherming

De regels over soortenbescherming zijn gericht op de bescherming van beschermde soorten, ongeacht waar deze zich bevinden. Het gaat om vogelsoorten waarop de Europese Vogelrichtlijn betrekking heeft, dier- en plantensoorten opgenomen in de Europese Habitatrichtlijn en de Verdragen van Bern en Bonn, en dier- en plantensoorten waarvoor een nationaal beschermingsregime geldt. De Wet natuurbescherming bevat ook regels over faunabeheer en schadebestrijding, jacht, en handel in en bezit van dieren en planten.

Gebiedsbescherming

De regels over gebiedsbescherming zijn gericht op de bescherming van Natura 2000-gebieden en de natuurwaarden waarvoor deze gebieden zijn aangewezen.

Houtopstanden

De regels over houtopstanden hebben betrekking op houtopstanden van een bepaalde omvang buiten de bebouwde kom. Houtopstanden binnen de bebouwde kom worden gereguleerd door gemeentelijke regels.

In beweging

Het natuurbeschermingsrecht is geen rustig bezit. Niet alleen omdat de Wet natuurbescherming in 2017 in werking is getreden, waardoor de wet- en regelgeving op onderdelen is gewijzigd, en in 2024 die wet alweer is opgenomen in de Omgevingswet. Maar ook omdat er regelmatig jurisprudentie verschijnt van Europese en nationale rechters over de toepasbaarheid van bestaande regels en de wijze waarop deze regels moeten worden uitgelegd. De ‘stikstof-uitspraak’ van de Raad van State van 29 mei 2019 is hiervan een voorbeeld.

De natuur zelf is ook in beweging. Ook dit speelt een rol bij de beoordeling van ruimtelijke ontwikkelingen. De effecten op de natuur en de mate waarin de natuur negatieve effecten kan opvangen zijn namelijk in hoge mate bepalend voor de vraag of een vergunning of ontheffing kan worden verkregen. Ook de kaders voor en uitvoering van faunabeheer en schadebestrijding worden bepaald aan de hand van de staat van de natuur. Het belang van ecologisch onderzoek in dit vakgebied is dan ook groot.

KENNISPARTNER

Pieter Kuypers

Kuypers, Pieter