Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Planschade aan woonschip?

De lijn in deze uitspraak is niet nieuw, maar wel goed om op het netvlies te hebben. Een eigenaar van een woonschip in Amsterdam vraagt om planschade nadat de gemeenteraad het bestemmingsplan Stadswerf Oostenburg heeft vastgesteld. Volgens appellant is zijn woonschip en de ligplaats in waarde gedaald door dit bestemmingsplan.

27 september 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

Bij alle instanties, en zo ook bij de ABRvS, krijgt appellant nul op het rekest. De ABRvS overweegt dat de Wro alleen een grondslag biedt voor de waardevermindering van een onroerende zaak. In de Wro is geen definitie gegeven van een onroerende zaak. De Afdeling sluit hiervoor aan bij artikel 3:3 van het BW en bij de rechtspraak van de Hoge Raad. En uit die rechtspraak volgt dat een woonschip in beginsel geen onroerende zaak is. In het betoog van appellant ziet de Afdeling geen aanleiding om in zijn geval anders te oordelen. Waar het om gaat, is dat het woonschip niet duurzaam met de bodem of oevers is verenigd. Dat een ligplaatsvergunning, adres en aansluiting noodzakelijk zijn om langdurig aan te meren, maakt nog niet dat een woonschip duurzaam met de grond is verenigd. Het woonschip blijft verplaatsbaar. Kortom, het planschadeverzoek is terecht afgewezen. ABRvS 18 september 2024, ECLI:NL:RVS:2024:3750 (Amsterdam).

Artikel delen