Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Inzet stikstofreducerende maatregelen: beoordeling op basis van gedateerde kennis uit het verleden heeft geen toegevoegde waarde

In de tussenuitspraak van 18 april 2024 (ECLI:NL:RBOBR:2024:1588) oordeelt de Rechtbank Oost-Brabant dat Gedeputeerde Staten (“GS”) beter moet motiveren dat aan de voorwaarden voor externe saldering is voldaan. Aanleiding voor dit oordeel is het besluit van GS tot verlenen van drie natuurvergunningen voor de uitbreiding van een bedrijventerrein, de aanleg van een insteekhaven en de realisatie van een randweg.

2 mei 2024

Samenvatting

Samenvatting

In beroep staat onder meer de vraag centraal of extern salderen als mitigerende maatregel kan worden ingezet. De rechtbank overweegt dat de Afdeling in de uitspraken van 14 februari 2024 (ECLI:NL:RVS:2024:625), GOL), 28 februari 2024 (ECLI:NL:RVS:2024:831) en 6 maart 2024 (ECLI:NL:RVS:2024:951) het toetsingskader voor externe saldering heeft geformuleerd: de motivering waarom een mitigerende maatregel in de passende beoordeling kan worden betrokken, moet zijn toegesneden op de instandhoudingsdoelstellingen en de staat van instandhouding van de habitattypen en leefgebieden van soorten waarvoor de externe saldering wordt toegepast en de maatregelen die worden ingezet om die instandhoudingsdoelstellingen te halen.

Omdat deze doelen op gebiedsniveau worden vastgesteld en de staat van instandhouding per gebied wordt beoordeeld, betekent dit dat de vraag of het behoud van de natuurwaarden is geborgd of dat de verbeter- of hersteldoelstellingen worden gerealiseerd ook op gebiedsniveau moet worden beantwoord. Bij de inzet van extern salderen in een geval waarin voor het halen van de instandhoudingsdoelstellingen een (blijvende) daling van de stikstofdepositie nodig is, moet tevens inzichtelijk worden gemaakt met welke andere maatregelen een blijvende daling van stikstofdepositie op gebiedsniveau wordt gerealiseerd.

Naar het oordeel van de rechtbank hebben GS in de bestreden besluiten niet aangegeven welke instandhoudingsdoelstellingen in de Natura 2000-gebieden gelden, wat de staat van instandhouding van de betrokken Natura 2000-gebieden is en of het behoud van de natuurwaarden voldoende is geborgd of dat de verbeter- of hersteldoelstellingen worden gerealiseerd als de totale stikstofdepositie zal afnemen.

De rechtbank geeft aan GS ter invulling van de geboden herstelmogelijkheid als aanwijzing mee dat het GS bij het herstel van het gebrek op gebiedsniveau (per Natura 2000-gebied) moet onderbouwen dat, gelet op de staat van instandhouding en de instandhoudingsdoelstellingen, het behoud van natuurwaarden is geborgd en de verbeter- of hersteldoelstellingen worden gerealiseerd op dit moment. GS dienen, kortom, hierbij de meest actuele informatie, waaronder de laatste natuurdoelanalyses van de gebieden, te betrekken; een beoordeling op basis van gedateerde kennis uit het verleden heeft immers geen toegevoegde waarde, aldus de rechtbank. 

Artikel delen