In het arrest van 19 oktober 2023 (Locascia e.a. t. Italië, ECLI:CE:ECHR:2023:1019JUD003564810) oordeelt het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (“EHRM”) dat het welbewust en langdurig gebruiken van een vuilstortplaats die behalve ernstige milieuvervuiling ook gezondheidsrisico’s voor omwonenden veroorzaakt, zonder hen daartegen voldoende te beschermen, een schending van het in art. 8 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (“EVRM”) neergelegde recht op eerbiediging van woning en privéleven oplevert.
Aanleiding voor dit oordeel vormt de afvalbeheercrisis in de Italiaanse regio Campania die ruim vijftien jaar heeft geduurd en waarvoor in 1994 gedurende enkele jaren de noodtoestand werd uitgeroepen. Vanwege een gebrekkig functionerende vuilnisophaaldienst hoopten grote hoeveelheden afval zich op langs de openbare wegen, met als gevolg dat de lokale autoriteiten noodmaatregelen moesten nemen in de vorm van het tijdelijk sluiten van (kleuter)scholen, universiteiten en lokale markten. Om de afvalcrisis het hoofd te bieden, hebben de lokale autoriteiten voor het verwerken van grote hoeveelheden extra afval ingestemd met het gebruik van een reeds sterk vervuilde en inmiddels gesloten stortplaats die daarvoor niet geschikt was en niet voldeed aan de daarvoor geldende milieueisen. Enkele omwonenden hebben onder meer een beroep op art. 8 EVRM geklaagd bij het EHRM dat de lokale autoriteiten met het niet op orde hebben van het afvalbeheer in periode van 1994 tot 2009 en het jarenlange gebruik van de betreffende vervuilde stortplaats vanaf 2007 het recht op bescherming van hun woning en privéleven hebben geschonden vanwege de aantoonbare ernstige milieuvervuiling en gezondheidsrisico’s die dit tot gevolg had. Rekening houdend met officiële documenten en wetenschappelijke studies die de milieugevolgen en gezondheidsrisico’s bevestigen en het uitblijven van de noodzakelijke sanering van de stortplaats, geeft het EHRM de omwonenden hierin gelijk.