Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Antwoorden op vragen over deuren en Bouwbesluit 2012

De helpdesk van het ministerie bouwregelgeving heeft de volgende vragen beantwoord over verschillende typen deuren zoals dubbele deuren en draaideuren in relatie tot het Bouwbesluit 2012:

Rijksoverheid 30 October 2013

Nieuws

De helpdesk van het ministerie bouwregelgeving heeft de volgende vragen beantwoord over verschillende typen deuren zoals dubbele deuren en draaideuren in relatie tot het Bouwbesluit 2012:

Dubbele deur in vluchtroute Vraag:

In het ontwerp is een dubbele deur opgenomen in een betonsparing van 1,8 m breed. Als de deuren open staan, dan is de vrije doorgang 1,6 m breed. Dit is meer dan de eis van minimaal 0,85 m, die het Bouwbesluit 2012 in artikel 4.22 lid 1 stelt aan de vrije breedte van een doorgang. Als een van de deuren een loopdeur is en de andere in gesloten stand vaststaat (maar wel geopend kan worden), is de vrije breedte echter maar 0,78 m (<0,85 m). Voldoet deze situatie aan het Bouwbesluit?

Antwoord:

Ja. Het Bouwbesluit 2012 stelt in artikel 4.22 lid 1 alleen eisen aan de minimale vrije doorgang, en geen beperking aan het aantal deuren in die doorgang. De doorgang mag ook gerealiseerd worden met twee deuren die ieder smaller zijn dan 0,85 m. Het is geen bezwaar als een van de deuren doorgaans vast staat. Voert door de doorgang een vluchtroute, dan zullen beide deuren moeten voldoen aan de artikelen 6.25 en 7.12, waarin onder andere eisen staan over de draairichting van de deuren, en het niet met een sleutel hoeven te openen van de deuren.

Draairichting dubbele deuren Vraag:

Artikel 6.25 lid 3 van het Bouwbesluit 2012 bepaalt (voor nieuwbouw) dat een deur op een vluchtroute bij het openen niet tegen de vluchtrichting indraait, indien er meer dan 37 personen op die uitgang zijn aangewezen. Mogen er bij een dubbele deur dan 74 personen op deze deuren zijn aangewezen?

Antwoord:

U dient artikel 6.25 lid 3 als volgt te lezen. Als er meer dan 37 personen op een uitgang zijn aangewezen moet(en) de deur of de deuren in die uitgang in de vluchtrichting meedraaien. Iedere uitgang moet, volgens artikel 2.107 lid 6, ten minste 0,85 m breed zijn. Zou de breedte >1,70 m zijn, met twee afzonderlijke deuren die ieder de minimale doorgang van 0,85 m waarborgen, dan kan er sprake zijn van twee afzonderlijke uitgangen, waarop in totaal 74 personen aangewezen kunnen zijn zonder dat de deuren met de vluchtrichting hoeven mee te draaien. Zit er echter slechts één deur in die brede uitgang, dan gaat dit weer niet op, omdat er dan, vanwege die ene deur, sprake is van slechts één uitgang.

Vrije breedte van de doorgang bij dubbele deuren Vraag:

Voor het bepalen van de doorstroomcapaciteit bij vluchten moet voor dubbele deuren worden uitgegaan van maximaal 90 personen per meter vrije breedte van de doorgang, als de deuren niet verder dan 135 graden kunnen worden geopend (Bouwbesluit 2012, artikel 2.108 lid 1c). Moet bij het meten van de vrije breedte tussen de openstaande deuren dan ook rekening worden gehouden met de (belemmerende werking van de) deurkrukken aan de binnenkant van de deuren?

Antwoord: Nee

, dat hoeft niet. Deurkrukken zitten in het algemeen op een zodanige hoogte dat ze geen belemmering vormen voor het vluchten. De vrije breedte kan dus gemeten worden tussen de deuren bij de maximale openingshoek, zonder aftrek van de breedte die de deurkrukken aan de binnenkant van de deuren innemen. Het zou natuurlijk wat anders zijn als er sprake is van langwerpige deurgrepen die verticaal op de deur zijn aangebracht. Deze kunnen wel een belemmering vormen bij het vluchten.

Draaideur in vluchtroute Vraag:

Is een draaideur (tourniquet, tourlock e.d.) toegestaan in een vluchtroute?

Antwoord:

Deuren in een vluchtroute mogen vanaf 37 personen (nieuwbouw) of 60 personen (bestaande bouw) die op de deur zijn aangewezen niet tegen de vluchtrichting indraaien (Bouwbesluit 2012, artikel 6.25 lid 3). In het looppad van de stroom vluchtende personen draait de draaideur mee in de vluchtrichting. Een draaideur is vanuit dit oogpunt dus niet verboden. Wel is het aannemelijk dat de draaideur een belemmering vormt bij het bepalen van de doorstroomcapaciteit als bedoeld in artikel 2.108 van het Bouwbesluit 2012. De gemeente kan een draaideur in die zin aanmerken als een belemmering als bedoeld in artikel 7.16. (hierin staat onder andere dat het verboden is in, op, of aan een bouwwerk voorzieningen te gebruiken of anderszins belemmeringen te veroorzaken waardoor het gebruik van vluchtmogelijkheden bij brand wordt belemmerd, of het redden van personen bij brand wordt belemmerd.) Als  de draaideur bij brand automatisch in doorloopstand gaat staan (deuren worden samengevouwen in stroomrichting gezet) kan dit als een gelijkwaardige situatie worden beschouwd.  Over gelijkwaardigheid beslist de gemeente. Bij grote gebouwen ziet men wel dat er naast de draaideuren extra normale deuren aanwezig zijn.

Artikel delen