Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

ECLI:NL:RBNHO:2016:10566

31 januari 2017

Jurisprudentie – Uitspraken

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling privaatrecht

Zittingsplaats Haarlem

zaaknummer / rolnummer: C/15/250191 / KG ZA 16-840

Vonnis in kort geding van 19 december 2016

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

ZIEZZO B.V.,

gevestigd te Bunschoten-Spakenburg,

eiseres,

advocaat mr. M. Wierenga te Utrecht,

tegen

de publiekrechtelijke rechtspersoon

GGD ZAANSTREEK-WATERLAND,

zetelend te Zaandam,

gedaagde,

advocaat mr. J.N.E. Weyne te Den Haag.

Partijen zullen hierna Ziezzo en GGD genoemd worden.

1De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

de dagvaarding met producties 1 tot en met 15;

-

de brief d.d. 2 december 2016 van de zijde van GGD met producties 1 tot en met 5;

-

de mondelinge behandeling van 5 december 2016;

-

de pleitnota van Ziezzo;

-

de pleitnota van GGD.

1.2.

Ter terechtzitting van 5 december 2016 zijn verschenen:

-namens Ziezzo, [A.] (directeur), bijgestaan door mr. Wieringa voornoemd;

-namens GGD, [B.] (bedrijfsjurist), bijgestaan door mr. Weyne voornoemd.

1.3.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2De feiten

2.1.

GGD heeft op 1 augustus 2016 een Europese openbare aanbesteding aangekondigd, genaamd “Aanbesteding Payroll GGD Zaanstad-Waterland” (hierna: de aanbesteding). De aanbesteding ziet op een overeenkomst met GGD met betrekking tot “payrolling” van flexkrachten voor een initiële duur van 2 jaar. De ingangsdatum van de overeenkomst staat gepland voor 1 januari 2017. Het gunningscriterium is de economisch meest voordeligste inschrijving.

De inschrijving sloot op 28 september 2016 om 15.00 uur.

2.2.

Met betrekking tot de aanbesteding luidt de Uitnodiging tot inschrijving d.d. 1 augustus 2016 (hierna: de UTI), voor zover hier van belang, als volgt:

3Voorschriften voor het indienen van de Inschrijving

3.1

Inleiding

Slechts inschrijvingen die met inachtneming van de onderstaande voorschriften zijn opgemaakt en ingediend, worden in behandeling genomen. Inschrijvingen die op een andere wijze worden aangeboden of die niet aan onderstaande voorwaarden voldoen, worden in beginsel niet ter beoordeling meegenomen. Indien de Inschrijving niet ter beoordeling wordt meegenomen, zal de Inschrijver hierover worden geïnformeerd onder vermelding van de reden en de gevolgen.

3.2

Vorm beantwoording

De Inschrijving bestaat uit de Verplichte invulformulieren, met de bijlagen die daarin worden genoemd. Beantwoording van de vragen in Bijlage E - de ‘Verplichte invulformulieren’ dient uitsluitend te geschieden door gebruikmaking van deze Bijlage E - de ‘Verplichte invulformulieren’. Alle in de Verplichte invulformulieren gestelde vragen dienen volledig, duidelijk en ondubbelzinnig te worden beantwoord. Daarnaast dient ook Bijlage F - het Uniform aanbestedingsdocument’ te worden ingevuld.(…)

3.4

Vorm en indienen van de Inschrijving

(…)

De Inschrijving moet volledig zijn, dat wil zeggen,: Inschrijver moet alle in het Invulformulier gestelde vragen beantwoorden, en alle gevraagde bewijsstukken of andere informatie moeten zijn bijgesloten.

Daar waar om bewijsstukken of andere informatie wordt gevraagd, voegt de Inschrijver het betreffende stuk bij als bijlage in de Inschrijving. GGD Zaanstreek-Waterland behoudt zich nadrukkelijk het recht voor onvolledige Inschrijvingen en/of Inschrijvingen waarin niet alle vragen zijn beantwoord, niet verder in behandeling te nemen en uit te sluiten van deelname.(…)

Het verdient aanbeveling om de inschrijving pas in te dienen nadat de eventuele vragen zijn beantwoorden/of aanpassingen zijn doorgevoerd middels de Nota’s van inlichtingen. De nota’s van inlichtingen maken onlosmakelijk deel uit van de aanbesteding.

Datum en tijd moeten als fataal worden beschouwd. Te laat ingediende inschrijvingen kunnen dan ook niet in behandeling worden genomen. Het risico van te laat indienen is geheel voor rekening van de Gegadigde c.q. de Aanbieder. Uw inschrijving dient compleet en leesbaar is. Compleet houdt in dat Inschrijver alle in de verplichte invulformulieren gestelde vragen heeft beantwoord, en alle gevraagde bewijsstukken of andere informatie bijgesloten zijn. (…)

4. Voorwaarden voor inschrijving

(…)

4.9

Vormvereisten

De Inschrijver schrijft in, in overeenstemming met de bepalingen van de gewijzigde AW 2012 en met inachtneming van de bepalingen en de gegevens zoals deze zijn omschreven in de aankondiging, de Aanbestedingsdocumenten en eventuele verstrekte Nota(’s) van inlichtingen.

GGD Zaanstreek-Waterland behoudt zich het recht voor om de ingediende Inschrijvingen die hieraan niet voldoen dan wel de Inschrijvingen die onvolledig, onduidelijk of onjuist zijn, niet (verder) in behandeling te nemen, waardoor de desbetreffende Inschrijving niet voor gunning in aanmerking komt.

(…)

4.22

Onjuistheden in de Aanbestedingsdocumenten

De Aanbestedingsdocumenten zijn met zorg samengesteld. Mochten desondanks onvolkomenheden, procedurefouten en/of tegenstrijdigheden voorkomen, dan dient de Inschrijver GGD Zaanstreek-Waterland hiervan zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk negen dagen vóór de sluitingsdatum voor het indienen van de Inschrijving, schriftelijk op de hoogte te stellen middels een e-mailbericht aan de contactperso(o)n(en) genoemd in paragraaf 2.2. Daarvoor dient gebruik te worden gemaakt van Bijlage C - de Nota van inlichtingen. Na de hierboven vermelde termijn opgemerkte onvolkomenheden, procedurefouten en/of tegenstrijdigheden die niet eerder door de Inschrijver op de voorgeschreven wijze aan GGD Zaanstreek-Waterland zijn meegedeeld, zijn voor risico en rekening van de Inschrijver. De Inschrijver heeft daarmee ieder recht verwerkt met betrekking tot de onvolkomenheid, procedurefout en/of tegenstrijdigheid.

4.23

Tegenstrijdigheden, onduidelijkheden en onvolledigheid in de Inschrijving

GGD Zaanstreek-Waterland is gerechtigd, maar niet verplicht, om, indien sprake is van onvolledigheid of onduidelijkheden in een Inschrijving, een verduidelijking en/of een aanvulling te verzoeken. Deze verduidelijking en/of aanvulling mag geen wezenlijke wijziging van de Inschrijving met zich meebrengen. Indien dat naar de mening van GGD Zaanstreek-Waterland wel zo is, dan zal zij de verduidelijkingen en/of aanvullingen die het betreft niet in de beoordeling meenemen.

Het ontbreken van de gevraagde informatie, verklaringen en/of documenten kan uitsluiting tot gevolg hebben. Datzelfde geldt voor het verstrekken van informatie en/of gegevens die geheel of gedeeltelijk onjuist of onvolledig zijn.(…)

5Beoordeling Inschrijvingen

(…)

5.2

Uitsluiting en gunning

Ten behoeve van de beoordeling van de Inschrijvingen worden hieronder achtereenvolgens vormvereisten, Uitsluitingsgronden, Geschiktheidseisen en Gunningscriteria genoemd.

Niet voldoen aan vormvereiste(n), Uitsluitingsgronden en/of Geschiktheidseisen leidt tot uitsluiting.(…)

5.3

Beoordeling

De Inschrijving wordt beoordeeld op basis van de volgende onderdelen:

• Vormvereisten

• Uitsluitingsgronden

• Geschiktheidseisen

• Eisen

• Wensen

• Prijs

5.3.1

Beoordeling van de vormvereisten

De Inschrijvingen worden gecontroleerd op de vormvereisten, waaronder volledigheid en rechtsgeldige ondertekening van de conformiteitsverklaring. Aan een vormvereiste moet worden voldaan. Het niet voldoen aan een vormvereiste leidt tot uitsluiting van verdere deelname.(…)

5.3.2

Beoordeling van de Uitsluitingsgronden

De Inschrijvingen worden gecontroleerd aan de hand van de Uitsluitingsgronden zoals genoemd en aangekruist op het Uniform Europees aanbestedingsdocument Deel III onder c (zie Bijlage F). Indien op de Inschrijver één van de Uitsluitingsgronden van toepassing is, leidt dit tot uitsluiting van verdere deelname.(…)

2.3.

Bijlage E bij de Uitnodiging tot inschrijving (de “Verplichte invulformulieren”) luidt, voor zover hier van belang, als volgt:

1.1

Doel van het document

Deze Verplichte invulformulieren horen bij de UTI van de openbare Europese aanbesteding inzake GGD Zaanstreek-Waterland.

De Inschrijver wordt verzocht om deze Verplichte invulformulieren volledig in te vullen en waar van toepassing bijlagen toe te voegen. Een onvolledig ingevuld formulier of een formulier waarin niet alle vragen zijn beantwoord of daar waar bijlagen ontbreken, of een formulier, waarin tekstuele wijzigingen zijn aangebracht, kan er toe leiden dat de Inschrijving terzijde wordt gelegd en daarmee niet in aanmerking komt voor gunning van de Opdracht.(…)

2Checklist - Verplichte opbouw Inschrijving(…)

Inschrijver dient haar Inschrijving verplicht conform onderstaande inhoudsopgave in te dienen (zie ook Hoofdstuk 3 van de UTI voor de (beoordeling van de) ‘vorm van de aanmelding’, c.q. vormvereisten).

Indien de Inschrijver zijn Inschrijving niet conform onderstaande verplichte opbouw indient en/of indien vereiste onderdelen ontbreken, pagina’s niet door een daartoe bevoegd persoon zijn geparafeerd en/of op de daartoe aangewezen plaatsen door een daartoe bevoegd persoon zijn ondertekend, leidt dit tot uitsluiting van deelname en zal de Inschrijving niet verder worden beoordeeld en derhalve terzijde worden gelegd.(…)

7.1.

GE- Uniform aanbestedingsdocument

Inschrijver dient de Bijlage F - het ‘Uniform aanbestedingsdocument’ volledig in te vullen, elke pagina te paraferen en waar aangegeven rechtsgeldig te ondertekenen en aan zijn Inschrijving toe te voegen, zoals vermeld in de ‘Checklist’.”

2.4.

In het Uniform Europees Aanbestedingsdocument (hierna UEA) staat onder meer het volgende.

Deel I Gegevens over de aanbestedingsprocedure

(…)

De aanbestedende dienst of entiteit kruist aan wat van toepassing is op deze pagina én in deel III. Alle overige gegevens in alle delen van het UEA moeten door de ondernemer worden ingevuld.

2.5.

Blijkens de Nota van Inlichtingen d.d. 19 augustus 2016 is - door een andere gegadigde dan Ziezzo- de volgende vraag gesteld:

“De bijgevoegde Eigen Verklaring is niet door opdrachtgever ingevuld. Conform de instructies van Pianoo dient de aanbestedende dienst bij Deel 1 de gegevens van de aanbesteding en aanbestedende dienst in te vullen, selecteert zij in Deel III de voor haar relevante uitsluitingsgronden. Inschrijver vult het formulier vervolgens In (Deel II III, IV, (eventueel V) en VI), ondertekent dit en voegt het formulier toe aan haar inschrijving.

Kunt u een ingevulde Eigen Verklaring verstrekken?”

Het antwoord van GGD luidde al volgt:

“De GGD zal het bestand opnieuw aanleveren”

GGD heeft vervolgens het ingevulde bestand opnieuw aangeleverd.

2.6.

Ziezzo heeft zich op 26 september 2016 via TenderNed ingeschreven voor de aanbesteding. De sluitingsdatum voor de inschrijvingen was bepaald op 28 september 2016 voor 16.00 uur.

2.7.

Op 4 oktober 2016 om 14.51 uur heeft GGD via TenderNed het volgende aan Ziezzo meegedeeld:

“Naar aanleiding van uw inschrijving op onderstaande aanbesteding:(…)

Deel ik u mede dat de keus niet op uw onderneming is gevallen.

Gebleken is dat u het Uniform Europees Aanbestedingsdocument niet volledig heeft ingevuld. Deel II is deels ingevuld. Deel III tot en met IV is niet ingevuld. Wij hechten met name belang aan het feit dat Deel III met betrekking tot de door ons aangegeven uitsluitingsgronden door u niet zijn ingevuld.

In 3.4 van de uitvraag is vermeld dat de inschrijving volledig moet zijn, dat wil zeggen: Inschrijver moet alle in het Invulformulier gestelde vragen beantwoorden. Onder 3.4 is verder bepaald dat GGD Zaanstreek-Waterland zich nadrukkelijk het recht voorbehoudt onvolledige Inschrijvingen en/of Inschrijvingen waarin niet alle vragen zijn beantwoord, niet verder in behandeling te nemen en uit te sluiten van deelname.

Op grond van het bovenstaande en het gelijkheidsbeginsel hebben wij besloten uw inschrijving uit te sluiten van deelname.”

2.8.

Ziezzo heeft in reactie hierop - eveneens via TenderNed – op 4 oktober 2016 om 19.29 uur GGD laten weten dat er sprake was van een kennelijke vergissing en verzocht om een heroverweging. Ziezzo heeft tevens een nieuw ingevuld en ondertekend Uniform Europees Aanbestedingsdocument aan GGD doen toekomen. Daarbij zijn alle ontbrekende antwoorden alsnog ingevuld.

2.9.

GGD heeft Ziezzo vervolgens op 6 oktober 2016 bericht dat het bezwaar van Ziezzo in goede orde is ontvangen, maar dat een te nemen besluit van GGD op het bezwaar het vervolg van de aanbestedingsprocedure niet opschort. Vervolgens heeft Ziezzo onderhavige procedure aanhangig gemaakt.

3Het geschil

3.1.

Ziezzo vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, om:

I. gedaagde te verbieden de opdracht te gunnen aan een ander dan aan eiseres, danwel gedaagde te gebieden de gunning van de opdracht aan een ander dan aan eiseres ongedaan te maken, voorzover gedaagde (inmiddels) tot gunning is overgegaan;

II. gedaagde te gebieden de aanbestedingsprocedure voort te zetten en de inschrijving van Ziezzo met acceptatie van het herstelde Uniform Europees Aanbestedingsdocument binnen 1 week na dagtekening van het vonnis te accepteren en inhoudelijk te beoordelen en de nodige besluiten te nemen met inachtneming van de wettelijke vereisten;

III. sub I en III op straffe van een dwangsom van €50.000,00 per dag of dagdeel dat gedaagde nalaat aan de veroordeling te voldoen, met een maximum van € 500.000,00;

IV. gedaagde te veroordelen in de kosten van deze procedure, alsmede de nakosten met de wettelijke rente hierover vanaf 14 dagen na de datum van het te wijzen vonnis, althans vanaf 14 dagen na de datum van betekening van het te wijzen vonnis.

3.2.

GGD voert verweer.

3.3.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4De beoordeling

4.1.

Ziezzo legt aan haar vorderingen ten grondslag dat zij ten onrechte is uitgesloten van de aanbesteding. Zij erkent dat zij in het UEA per abuis het onderdeel II onvolledig en de onderdelen III tot en met IV van het Uniform Europees Aanbestedingsdocument niet heeft ingevuld, maar deze omissie komt voor eenvoudig herstel in aanmerking. De omissie heeft geen betrekking op gegevens die het “hart” van de inschrijving raken, zodat herstel hiervan op geen enkele wijze de concurrentie tussen partijen aantast. Daarnaast had Ziezzo de ontbrekende informatie van deel II reeds in het bezit gesteld van GGD door overlegging van de bij inschrijving opgevraagde documenten en de door Ziezzo ingevulde formulieren. GGD had Ziezzo eigener beweging in de gelegenheid moeten stellen om de omissies te herstellen, dan wel had het herstelde Uniform Europees Aanbestedingsdocument moeten accepteren en de inschrijving van Ziezzo in behandeling moeten nemen. Op Ziezzo zijn geen van de uitsluitingsgronden van deel III van het Uniform Europees Aanbestedingsdocument van toepassing en er is geen sprake van een wijziging van de inschrijving. Ook heeft GGD zelf voor onduidelijkheid gezorgd, hetgeen onder meer blijkt uit het feit dat GGD de term “Eigen Verklaring” gebruikt waar zij het Uniform Europees Aanbestedingsdocument bedoelt. Daarnaast is door Ziezzo ingevulde informatie bij het printen weggevallen, hetgeen niet zou zijn gebeurd als GGD de inschrijving op digitale wijze had kunnen ondertekenen.

Het belang van Ziezzo om alsnog een beoordeling te verkrijgen van haar aanbieding weegt zwaarder dan het belang van GGD om de inschrijving van Ziezzo terzijde te schuiven. De gelijke kansen van de andere inschrijver worden door het in behandeling nemen van het herstelde Uniform Europees Aanbestedingsdocument niet beïnvloed en bij de afweging van het zorgvuldigheidsbeginsel ten opzichte van het gelijkheidsbeginsel dient de balans door te slaan ten gunste van het eerste beginsel. Van schending van de eerlijke mededinging tussen de gegadigden, laat staan van een ernstige schending, is geen sprake, aldus Ziezzo.

4.2.

GGD voert - samengevat - als verweer dat zij Ziezzo terecht heeft uitgesloten van de aanbesteding. Voor alle partijen was duidelijk, althans behoorde voor hen duidelijk te zijn, dat het Uniform Europees Aanbestedingsdocument volledig diende te worden ingevuld. In het onderhavige geval is genoemd document vrijwel niet ingevuld en uitsluitend geparafeerd en ondertekend. Zoals meermaals expliciet in de UTI is opgenomen leidt dit tot uitsluiting van verdere deelname aan de aanbestedingsprocedure. Gegeven de uitdrukkelijke vermelding van een sanctie in de UTI kan GGD aan Ziezzo, gelet op het gelijkheidsbeginsel, geen herstelmogelijkheid bieden. Dat geldt te meer daar evenmin kan worden gesproken van een eenvoudig herstelbaar gebrek. Ziezzo heeft zij op geen enkele wijze verklaard dat de uitsluitingsgronden niet op haar van toepassing zijn. De GGD heeft daarmee niet de vereiste informatie ontvangen in het bijzonder niet de relevante informatie om te kunnen beoordelen of sprake is van uitsluitingsgronden en als dat het geval is, of Ziezzo passende maatregelen heeft genomen om deze uitsluitingsgronden weg te nemen. Dat, naar aan de GGD na de sluitingsdatum ter kennis is gebracht, volgens de stelling van Ziezzo de uitsluitingsgronden niet van toepassing zijn maakt dat niet anders; dat had zij nu juist in het UEA moeten verklaren, aldus GGD.

4.3.

De voorzieningenrechter overweegt als volgt.

De UTI dateert van 1 augustus 2016 en de onderhavige openbare Europese aanbesteding valt daarom onder het regime van de gewijzigde Aanbestedingswet 2012 (hierna ook AW) die op 1 juli 2016 in werking is getreden (Stb. 2016, 243).

Aan de AW liggen de bepalingen van het vrije verkeer ten grondslag en het daarvan afgeleide gelijkheidsbeginsel en het transparantiebeginsel. Daarom is de invulling die het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EU) aan die beginselen geeft maatgevend.

4.4.

Algemeen uitgangspunt is dat een aanbestedende dienst moet uitgaan van de inschrijvingen zoals die bij het sluiten van de inschrijvingstermijn zijn ontvangen. De beginselen van gelijke behandeling en transparantie verzetten zich in beginsel tegen de mogelijkheid dat een inschrijver zijn inschrijving nadien nog wijzigt of aanvult. Volgens vaste rechtspraak (HvJ EU 29 maart 2012, nr. C-599/10, SAG) kan in uitzonderlijke gevallen evenwel een uitzondering op dit uitgangspunt worden gemaakt en kunnen inschrijvingen worden verbeterd of aangevuld, met name omdat deze klaarblijkelijk een eenvoudige precisering behoeven, of om kennelijke materiële fouten recht te zetten, mits deze wijziging er niet toe leidt dat in werkelijkheid een nieuwe inschrijving wordt voorgesteld.

Het maken van een dergelijke uitzondering is echter uitgesloten ingeval van een ontbrekend stuk dat, of ontbrekende informatie die die op straffe van uitsluiting moet worden verstrekt (HvJ EU 10 oktober 2013, nr. C-336/12, Manova en HvJ EU 6 november 2014, zaak C-42/13, Cartiera dell’Adda). Uit deze arresten volgt de regel dat er in beginsel geen gelegenheid tot herstel mag worden geboden wanneer het ontbrekende stuk of de ontbrekende informatie op straffe van uitsluiting moet worden verstrekt.

4.5.

Tussen partijen is niet in geschil dat Ziezzo bij haar inschrijving een onvolledig ingevuld UEA heeft overgelegd en dat Ziezzo hiermee niet heeft voldaan aan de in de UTI onder 5.3.1. genoemde eisen. De vraag die in dit kort geding dient te worden beantwoord is of GGD de inschrijving van Ziezzo om deze reden terecht ongeldig heeft verklaard en Ziezzo heeft uitgesloten van verdere deelname aan de aanbestedingsprocedure zonder Ziezzo in de gelegenheid te stellen haar inschrijving op dit punt te verbeteren dan wel aan vullen.

4.6.

GGD heeft in de UTI onder 5.3.1 en in de checklist als beschreven in bijlage E van het UTI, zie hiervoor onder 2.2., bepaald dat het ontbreken van de vereiste gegevens in de in de bijlage genoemde documenten, waaronder het UEA, tot uitsluiting leidt van de verdere deelname in de aanbesteding. Onder die omstandigheden was GGD in beginsel verplicht te besluiten tot uitsluiting van Ziezzo. Ziezzo heeft aangevoerd dat er door GGD verwarring is gewekt doordat op meerdere plaatsen in het aanbestedingsdocument melding is gemaakt van de term ‘eigen verklaring’. Daardoor kon Ziezzo er niet op bedacht zijn dat sprake was van een nieuw model ‘verklaring’ die zij geheel moest invullen, wat bij het oude model ‘eigen verklaring’ niet het geval was. Die verwarring is nog versterkt door de beantwoording van GGD van de vraag van een andere inschrijver zoals hiervoor opgenomen onder 2.5.

De voorzieningenrechter verwerpt dit betoog. In het (aangevulde) UEA is immers op ondubbelzinnig wijze en op straffe van uitsluiting vermeld welk vragen moeten worden beantwoord en ook uit de beantwoording door GGD van de bedoelde vraag is zonder meer af te leiden welke onderdelen van het UEA een inschrijver moest invullen. Het zou voor een professionele en normaal oplettende inschrijver duidelijk moeten zijn wat hiermee is bedoeld. Het is voorts de verantwoordelijkheid van de inschrijver om de UEA juist in te vullen. Dat ook wel gesproken wordt van ‘eigen verklaring’ in plaats van UEA is bovendien op zichzelf niet verwarrend omdat dit een terminologie is die ook nog in de aanbestedingswet en het aanbestedingsbesluit voor de UEA wordt gebruikt.

4.7.

Overigens heeft GGD voldoende aannemelijk gemaakt dat door het onvolledig invullen van het Uniform Europees Aanbestedingsdocument een essentieel onderdeel van de inschrijving ontbreekt. Herstel van dit gebrek kan niet worden gekwalificeerd als een klaarblijkelijk eenvoudige precisering of het recht zetten van een kennelijke materiële fout. Het was immers voor GGD door het ontbreken van de invulling van deel III niet mogelijk om een beoordeling te maken van de toepasselijkheid van eventuele uitsluitingsgronden, hetgeen nog een essentiële voorwaarde is voor verdere toelaatbaarheid in de aanbestedingsprocedure. Indien GGD het alsnog overleggen van een volledig ingevuld Uniform Europees Aanbestedingsdocument had toegestaan, had Ziezzo bovendien bevoordeeld kunnen worden ten opzichte van andere inschrijvers. Dat is ook in strijd is met het bij aanbestedingen in acht te nemen gelijkheidsbeginsel.

4.8.

Ziezzo heeft tenslotte betoogd dat het overwogene in een tweetal uitspraken, te weten Rechtbank Arnhem 12 september 2008 (ECLI:NL:RNARN:2008:BF3236) en rechtbank Amsterdam 23 maart 2000 (ECLI:NL:RBAMS:2000:AS4486), op basis van analogie op onderhavige zaak dient te worden toegepast. Dit betoog faalt, reeds omdat in beide zaken, in tegenstelling tot de onderhavige zaak, geen sprake was van een situatie dat de desbetreffende ontbrekende informatie op straffe van uitsluiting moest worden verstrekt.

4.9.

Het voorgaande leidt tot de slotsom dat de vorderingen van Ziezzo zullen worden afgewezen

4.10.

Ziezzo zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van GGD worden begroot op:

- griffierecht € 619,00

- salaris advocaat 816,00

Totaal € 1.435,00

5De beslissing

De voorzieningenrechter

5.1.

wijst de vorderingen af,

5.2.

veroordeelt Ziezzo in de proceskosten, aan de zijde van GGD tot op heden begroot op € 1.435,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,

5.3.

veroordeelt Ziezzo in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Ziezzo niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,

5.4.

verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.

Dit vonnis is gewezen door mr. M.J. Smit en in het openbaar uitgesproken op 19 december 2016.1

Tegen dit vonnis kan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen vier weken na de dag van de uitspraak. Het beroep moet worden ingesteld door tussenkomst van een advocaat.

Als het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, heeft het vonnis al wel geldende werking zolang op het (eventuele) beroep niet is beslist.

1type: 299 coll:

Artikel delen