Op verzoek van Provinciale Staten van Noord-Brabant heeft de rekenkamer onderzoek gedaan naar de wijze waarop de besluitvorming over vergunningverlening voor de Amercentrale en de informatievoorziening daarover aan Provinciale Staten is verlopen. De rekenkamer publiceert nu het rapport van bevindingen.
Doel van het onderzoek was Provinciale Staten (PS) inzicht te geven in hoe de besluitvorming en informatievoorziening in de praktijk is verlopen en of dit conform de geldende kaders is uitgevoerd. Op grond van de ontvangen informatie heeft de rekenkamer in korte tijd een goed beeld kunnen vormen van de belangrijke besluitvormingsmomenten en geldende kaders, die zijn vastgelegd in een rapport van bevindingen.
De rekenkamer stelt op basis van het uitgevoerde onderzoek vast dat de provincie Noord-Brabant de landelijke ontwikkelingen en kaders die in 2019 golden, heeft gevolgd. Daarbij geldt de kanttekening dat deze kaders in 2019 sterk in beweging waren vanwege de PAS-uitspraak van de Raad van State, met vertragingen, onduidelijkheden en wijzigingen als gevolg. Dit heeft mede geleid tot misverstanden en vragen bij PS, die mogelijk voorkomen hadden kunnen worden door nog uitgebreidere en tijdiger informatievoorziening door Gedeputeerde Staten (GS) op onderdelen. Grote en bewuste onzorgvuldigheden in het proces van vergunningverlening heeft de rekenkamer daarbij echter niet kunnen vaststellen.
Naast een aantal aandachtspunten voor de informatievoorziening door GS, benoemt de rekenkamer een aantal aandachtspunten voor PS met betrekking tot kaderstelling. Dit betreft de mogelijkheden die PS hebben om bij besluitvorming over politiek bestuurlijk belangrijke en tegelijk inhoudelijk complexe materie, extra kaders te stellen over het te doorlopen proces. Zo bestaat de mogelijkheid voor PS om te bepalen hoe vaak ze willen worden geïnformeerd en op welke momenten in de besluitvorming. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om zich bijvoorbeeld via een technische sessie inhoudelijk te laten informeren door externe experts.
Ondanks de korte doorlooptijd van het onderzoek, ziet de rekenkamer geen aanleiding voor verdere verdieping van het onderzoek. Alle benodigde informatie voor het opstellen van een feitenrelaas is ontvangen en er zijn geen vragen open gebleven over het doorlopen proces van besluitvorming en informatievoorziening. Het is wat de rekenkamer betreft nu aan PS of en hoe de bevindingen moeten worden vertaald naar een politiek vervolgproces.
