Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Treedt de Wkb in werking op 1 januari 2024?

Ja, het is eindelijk zover! Voormalig minister van BZK Piet Hein Donner schetste in zijn ‘testament’ d.d. 15 december 2011 – daags voordat hij aantrad als vicepresident van de Raad van State – de contouren van wat uiteindelijk de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen is geworden. Ruim twaalf jaar hebben bestuurders, parlementariërs en – in de woorden van Donners opvolger Stef Blok – bij tijd en wijle ‘hysterische’ lobbyisten erover gedaan om zover te komen. Nog steeds zijn er lieden die niet geloven dat het er echt van komt, laat staan dat het een verbetering zou zijn. Dat laatste moet inderdaad nog blijken, maar om er een succes van te maken is niet alleen de wet nodig Ieder die een ‘rol’ heeft in het nieuwe stelsel, moet die rol op de juiste wijze invulling geven.

1 mei 2023

Waaruit blijkt eigenlijk dat Wkb op 1 januari2024 in werking treedt? Op 14 maart 2023 gaf de Eerste Kamer groen licht voor een Koninklijk Besluit (KB) tot inwerkingtreding van de Omgevingswet op genoemde datum. Op 20 maart 2023 stond het betreffende Koninklijk Besluit in het Staatsblad (2023, 89) en op 5 april volgde een ‘technisch KB’ (Stb. 2023, 113).

Het eerste KB rept met geen woord over de Wkb, het tweede wel: in het (enig) artikel 10e lid staat precies aangegeven dat de Wkb wordt ingevoerd per 1 januari 24 en welke uitzonderingen daarbij gelden.

“Onmiddellijk na het tijdstip waarop de Omgevingswet in werking is getreden, zijnde 1 januari 2024, treden met ingang van diezelfde datum in de hieronder aangegeven volgorde in werking: (…) 10. de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen, met uitzondering van: a. artikel I, onderdelen A0 en B; en b. artikel III, onderdeel B (…).”

Daarnaast voorziet dat technisch KB in tal van wijzigingen die op die datum ingaan, ook wijzigingen van de Wkb.

Uitzonderingen op de inwerkingtreding

Het KB van 5 april jl. bevat twee typen uitzonderingen: inhoudelijke en procedurele. Aan de ‘publiekrechtelijke’ kant van de Wkb, de invoering van het stelsel van kwaliteitsborging, verandert niets. Aan de ‘privaatrechtelijke’ kant, de wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek, gaat één van de vijf wijzigingen nog niet per 1 januari in, maar op een nog te bepalen tijdstip. Dit betreft het ‘as built’ dossier dat de aannemer bij oplevering moet verstrekken aan zijn opdrachtgever (art. 7:757a). Dit is het in KB 2023-113 genoemde ‘artikel III, onderdeel B’. Kajsa Ollongren, de voorganger van Hugo de Jonge, had al toegezegd dat hiervoor overgangsrecht geregeld zou worden. Zij gaf toe dat het onlogisch zou zijn om dit opleverdossier verplicht te stellen voor bouwopdrachten die al (lang) voor de inwerkingtreding zouden zijn verleend, maar die na 1 januari 24 worden opgeleverd.

Bij procedurele uitzonderingen gaat het om dingen die al in andere wetten of besluiten zijn geregeld. De doctrine is dat iets één keer regelen volstaat en dus worden zaken die al geregeld zijn nu uitgezonderd. Dat zou op het eerste gezicht ook voor het grootste deel van de Wkb te gelden, omdat dat al op 22 april 2022 in werking trad met het doel om de Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw (TloKB) formeel aan het werk te zetten. Toch gebeurt dat nu opnieuw, omdat een aantal in de Wkb aangebrachte wijzigingen toen nog niet was meegenomen. Het gaat om veranderingen die voortvloeien uit de Wet elektronische publicaties (Wep) en enkele die zijn meegenomen in ‘veegwetten’ aangaande de Omgevingswet en de Kieswet. Voor wie het precies wil weten moet alle genoemde de betreffende KB’s raadplegen, die in de volgende alinea worden genoemd.

Wijzigingen van Wkb en Bkb

Het technisch KB bevat als zodanig geen wijzigingen van de wet, maar grijpt het moment van inwerkingtreding aan om de eerder vastgestelde wijzigingen per KB nu ook door te voeren in de wet. Omdat het door de op elkaar inwerkende KB’s (Staatsblad 2020-172, 2020-262 en 2022-254) een waar zoekplaatje is geworden, heb ik voor de gebruikers van het Handboek kwaliteitsborging voor het bouwen (editie oktober 2022) een addendum gemaakt met daarin de geconsolideerde teksten van de betreffende artikelen etc. zoals deze nu (eind april 2023) luiden. Dit addendum kan ook los van het handboek worden gebruikt.

De wijzigingen vallen eigenlijk allemaal in de categorie ‘puntjes op de i’. Het stelsel van kwaliteitsborging wordt er niet wezenlijk door veranderd. Twee veranderingen zijn niettemin net iets meer dan ‘administratief’. Zo mogen conform art. 93 6e lid Woningwet (Wonw) medewerkers van de TloKB niet zonder toestemming van de bewoner een woning betreden; aangewezen gemeenteambtenaren (Hoofdstuk III) en rijksambtenaren (Hoofdstukken IIIA en IV) mogen dat wel, uiteraard na tonen legitimatie. De andere inhoudelijke wijziging is art. 92 3e lis Wonw, dat zegt dat de TloKB naast de sancties genoemd in art. 7ak Wonw nu ook een last onder bestuursdwang kan opleggen ter handhaving van art. 7ac t/m 7ah Wonw.

Verbouw wel of niet een halfjaar later?

In november 2022 zegde Hugo de Jonge de Eerste Kamer toe om verbouw van bouwwerken in gevolgklasse 1 pas een halfjaar later onder het stelsel te brengen. De senatoren hadden aangedrongen op een vangnet voor het geval er bij inwerkingtreding te weinig kwaliteitsborgers zouden zijn. Eerder heb ik al betoogd dat dat uitstel geen vangnet is. Bovendien is het feitelijke knelpunt niet een tekort aan capaciteit, maar de verhoudingsgewijs te hoge kosten van de kwaliteitsborging bij kleine projecten. Overigens zowel bij nieuwbouw als bij verbouw. De oplossing van dat knelpunt vraagt heel andere maatregelen.

Nu de wet als geheel al een halfjaar later in werking treedt, is het helemaal de vraag of vastgehouden moet worden aan een halfjaar latere toepassing op verbouw. Het werkt eerder averechts. Zolang onzeker is of dat uitstel er komt, is er voor kwaliteitsborgers geen economisch perspectief om hun capaciteit al eerder op peil te brengen. Aan de andere kant zal de voorspelbare piek in aanvragen onder het huidige stelsel eind 2023 het gemeentelijk bouw- en woningtoezicht zodanig onder druk zetten, dat van die kant een eventueel tekort aan kwaliteitsborgers niet kan worden gecompenseerd. De vergunningaanvragers van kleine bouwwerken zitten vervolgens met de gebakken peren.

De minister heeft inmiddels aangegeven met partijen te overleggen “of dit uitstel nog noodzakelijk is” of dat ook verbouw per 1 januari toch onder de Wkb kan komen te vallen. Voor de zomer van 2023 zal definitief hierover besloten worden. Zie het bericht hierover op de website van het iBK d.d. 17 april 2023, waarin wordt uitgelegd dat als wordt besloten af te zien van dit uitstel, hiertoe het bij KB (Staatsblad 2023-106) aan art. 2.17 Bbl toegevoegde vierde lid weer ongedaan gemaakt wordt. We wachten af wanneer de zomer dit jaar begint…

Bijlage

Addendum Wkb (ook te gebruiken bij de tweede druk van Handboek Kwaliteitsborging voor het bouwen).

Meer weten?

In Handboek Kwaliteitsborging voor het bouwen worden de praktische gevolgen uitgelegd van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb). Deze tweede geheel herziene editie is verschenen nadat ook het bij de Wkb behorende Besluit en Regeling zijn vastgesteld en deze wet in april 2022 gedeeltelijk in werking trad. Klik hier voor meer informatie.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.

KENNISPARTNER