Menu

Filter op
content
Omgevingsweb

Stand van zaken programmatische aanpak asbestdaken en beantwoording commissiebrieven

Met deze brief wil ik u informeren over:

17 juli 2018

  • de stand van zaken van de programmatische aanpak versnelling saneren asbestdaken, waarbij ik conform het verzoek van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat ook zal ingaan op de saneringsoperatie en saneringscapaciteit, en op de mogelijke rol van verzekeraars en (technologische) ontwikkelingen en innovaties 1);

  • het verloop van de subsidieregeling verwijderen asbestdaken;

  • de stand van zaken van enkele moties 2);

  • de onderzoeken naar de mogelijkheden voor alternatieve verwerking van asbesthoudend afval.

1) Kenmerk 2018Z12080/2018D36432.

2) Kenmerk 34 675/2018D33680.

Programmatische aanpak

Het versnellen van het saneren van asbestdaken wordt ondersteund door de programmatische aanpak. Deze aanpak wordt gesteund door verschillende partijen. In de bijlage vindt u een overzicht van de activiteiten van het afgelopen half jaar. De programmatische aanpak volgt drie sporen, te weten bewustwording en communicatie, financiële regelingen en beleid, en uitvoeringspraktijk, waaronder (technologische) ontwikkelingen en innovaties. Langs deze drie sporen zal ik een aantal activiteiten nader toelichten en een vooruitblik geven naar het komende half jaar. Ook zal ik ingaan op de mogelijke rol van verzekeraars.

Spoor 1: Bewustwording en Communicatie

De ambassadeurs van de versnellingsaanpak hebben in hun brief aan uw Kamer aandacht gevraagd voor een landelijke communicatieaanpak. Zoals ik heb aangegeven in de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel 3) is in overleg met de ambassadeurs bezien hoe de communicatie verbeterd kan worden. Dit heeft ertoe geleid dat de VNG een ledenbrief zal versturen waarin alle gemeenteraden en wethouders worden geïnformeerd over het voorgenomen asbestdakenverbod. Ook is met andere organisaties waaronder provincies en marktpartijen (bijvoorbeeld makelaarsverenigingen) afgesproken om de communicatie richting asbestdakeigenaren ter hand te nemen. Ook zal de communicatietoolkit versterkt worden. Naar verwachting leiden deze acties tot het gewenste resultaat dat alle betrokkenen voorbereid zijn op het voorgenomen verbod, zonder dat op dit moment een nationale campagne nodig is.

3) Kamerstuk 34 675, nr. 7; wijziging van de Wet milieubeheer (verwijdering asbest en asbesthoudende producten).

Spoor 2: Financiële regelingen en beleid

Sommige decentrale overheden hebben aanvullend instrumentarium ontwikkeld om het saneren van asbestdaken te versnellen. De gemeente Lelystad biedt bijvoorbeeld leningen aan voor particuliere eigenaren. Daarnaast kunnen woningeigenaren ondersteuning krijgen van een procesbegeleider. Tevens heeft een aantal decentrale overheden een revolverend fonds opgericht waaruit renteloze leningen kunnen worden verstrekt. Momenteel wordt in het programma bezien hoe ook andere decentrale overheden een dergelijk fonds kunnen oprichten. Een aantal decentrale overheden zal het fonds voor het saneren van asbestdaken verwerken in een Regiodeal 4). In de deals staan de opgaven van de regio centraal. Deze opgaven zijn kenmerkend voor de regio en meervoudig van aard. In de regiodeals kan het saneren van asbestdaken bijvoorbeeld gekoppeld worden aan verduurzaming of het tegengaan van agrarische leegstand. Ook worden er door de markt verschillende initiatieven ontwikkeld waarbij verduurzaming wordt gekoppeld aan het vervangen van asbestdaken. Het programmabureau onderzoekt de samenwerking met het collectief Smart Climate Opportunities, een platform van bedrijven en universiteiten die willen helpen bij de ontwikkeling van businesscases om versneld asbestdaken te verwijderen en zonnepanelen te plaatsen.

4) Kamerstuk 29 697, nr. 48.

Spoor 3 Uitvoeringspraktijk:

In kaart brengen

Een aantal decentrale overheden, zoals de provincie Drenthe, heeft inmiddels in kaart gebracht hoeveel asbestdaken er zijn en waar die daken zich exact bevinden. In het kader van de programmatische aanpak is een werkgroep ingesteld die de gegevens van verschillende provincies en gemeenten bij elkaar brengt en beziet hoe deze dataset beheerd en actueel gehouden kan worden. Met behulp van deze decentrale initiatieven en coördinatie vanuit het programmabureau ontstaat een precies beeld waar asbestdaken zijn. Dit stelt decentrale overheden in staat asbestdakeigenaren specifiek te informeren, en ook wordt het vormen van een collectief vereenvoudigd. Met behulp van deze collectieven kunnen asbestdaken snel en efficiënt worden gesaneerd. Gezamenlijk wordt nu onder meer verder gewerkt aan het uitbreiden van de dataset.

Innovaties

Hierboven heb ik reeds een aantal innovaties geschetst op het gebied van financiering of het vormen van collectieven. Het saneren van asbestdaken kan efficiënter en effectiever als dit gezamenlijk gebeurt door middel van het vormen van een collectief. Niet alleen worden de kosten lager, ook wordt de beschikbare saneringscapaciteit efficiënter ingezet. Decentrale overheden kunnen een belangrijke rol spelen bij het vormen van collectieven door dakeigenaren bij elkaar te brengen en vervolgens te organiseren dat er gezamenlijk gesaneerd wordt. De eerste succesvolle pilots zijn afgerond. Het programmabureau ondersteunt deze aanpak en draagt er zorg voor dat deze aanpak ook door andere decentrale overheden opgepakt kan worden.

Naast de eerdergenoemde financiële regelingen ontstaan er ook initiatieven waarbij daken worden gesaneerd en de kosten worden terugverdiend met de opbrengst van zonnepanelen. Deze financiële innovaties ontstaan nu vanwege de aandacht en urgentie die ervaren wordt om de daken te saneren. Het programmabureau verbindt initiatieven en partijen die elkaar versterken.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid stuurt na het zomerreces de beleidsreactie op het onderzoek naar het functioneren van het asbeststelsel aan uw Kamer. In deze beleidsreactie zal ook nader worden ingegaan op het thema innovatie (bijvoorbeeld minicontainment), zoals ook aangekondigd in de brief van 28 november 2017 5).

5) Kamerstuk 25 834, nr. 132.

Saneringscapaciteit

De asbestsaneringsbranche heeft tijdens het rondetafelgesprek van 4 oktober 2017 aangegeven dat de beoogde deadline in 2024 gehaald kan worden als er tijdig wordt begonnen met saneren. De sanering van asbestdaken is nu goed op gang gekomen. Dit wordt verder gefaciliteerd door het vormen van collectieven te stimuleren en door regulier overleg tussen betrokken partijen. De asbestsaneringsbranche is vertegenwoordigd in de programmatische aanpak en mogelijke knelpunten of risicos kunnen dus snel gesignaleerd worden en gezamenlijk aangepakt worden.

Vooruitblik

In de komende maanden zal de programmatische aanpak zich onder meer richten op het preciezer in beeld brengen van de locaties van asbestdaken en het ontwikkelen van financiële arrangementen. Daarnaast zal het programmabureau het verder ontwikkelen van een collectieve aanpak en de koppeling met verduurzaming ondersteunen. Ik zal u voor het einde van het jaar informeren over de voortgang.

Rol verzekeraars

Verzekeraars willen vanuit hun maatschappelijke rol een bijdrage leveren door middel van het beschikbaar stellen van kennis en informatie en het meedenken over hoe eigenaren gestimuleerd kunnen worden om hun taak zo snel mogelijk op te pakken. Op dit moment hebben verzekeraars een actieve rol bij het Programmabureau, onder meer bij het meedenken over een communicatiestrategie.

Daarnaast zijn verzekeraars met de Stichting Salvage onlangs gestart met een pilot 6) van een half jaar om de samenwerking tussen alle betrokken partijen bij branden met asbestverspreiding te verbeteren. In deze pilot stroomlijnt Salvage de aanpak bij een brand met asbest. Zij zorgt voor de inventarisatie van de verontreiniging, de opruiming en de informatievoorziening richting de betrokken partijen. Met de inzet van Salvage bij branden met asbest hopen verzekeraars dat de opruiming van asbest sneller gaat waardoor er minder blootstellingsrisico is en minder kans op verdere verspreiding.

6)

https://www.verzekeraars.nl/publicaties/actueel/pilot-branden-met-asbestverspreiding-van-start

Het is mogelijk dat verzekeraars asbestdaken niet meer verzekeren vanaf 2024. Vanuit mededingingsoogpunt mogen verzekeraars hierover geen onderlinge afspraken maken. Het is dan ook aan de individuele maatschappijen om te besluiten. Naast verzekeraars die wel dekking bieden, zijn er verzekeraars die nu al aangeven asbestdaken niet langer te verzekeren. Andere verzekeraars bouwen de dekking af of stellen bijvoorbeeld als voorwaarde dat er een asbestsaneringsplan opgesteld moet worden.

Subsidieregeling 2018

In mijn brief van 1 juni 2018 heb ik aangegeven dat het subsidieplafond voor 2018 vastgesteld is op 17,5 mln.3 De subsidieregeling loopt ook dit jaar goed: er zijn in het eerste kwartaal van 2018 meer asbestdaken gesaneerd dan in voorgaande eerste kwartalen. Om de ingezette versnelling te blijven ondersteunen, heb ik besloten om het subsidieplafond op te hogen tot 23 mln. Deze ophoging past binnen de voor deze subsidieregeling in totaal beschikbaar gestelde 75 mln. In onderstaande tabel staat weergegeven hoeveel vierkante meter asbestdak is verwijderd sinds 2014.

Moties

In haar brief van 13 juni 2018 verzoekt de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat om in een brief de uitvoering van zes moties inzake asbest te melden.2 Hieronder geef ik per motie de stand van zaken.

Motie Albert de Vries/Smaling 7)

In de brief van 22 juni 2017 8) staat aangegeven dat invulling is gegeven aan de motie Albert de Vries/Smaling door financiële arrangementen in de programmatische aanpak te agenderen. Daarmee is invulling gegeven aan deze motie.

Moties Laçin 9)

Motie 310 verzoekt om uw Kamer twee keer per jaar te informeren over de stand van zaken van de programmatische aanpak en de subsidieregeling. Zoals ik in mijn brief van 18 december 2017 10) heb aangegeven, is het reeds staande praktijk om uw Kamer over deze onderwerpen twee keer per jaar te informeren. Daarmee is invulling gegeven aan deze motie.

7) Kamerstuk 25 834, nr. 124 (ter vervanging van 123).

8) Kamerstuk 28 089, nr. 47.

9) Kamerstuk 25 883, nr. 310 en 311 (ter vervanging van 309).

10) Kamerstuk 25 834, nr. 134.

Motie 311 verzoekt, samengevat, de regering om uw Kamer te informeren over het overleg met de sector over knelpunten en oplossingen, om innovatieve saneringsmogelijkheden te onderzoeken, en om te inventariseren of er voldoende gecertificeerde saneerders zijn. Zoals ik heb aangegeven in de eerdergenoemde brief van 18 december 2017 wordt er in het kader van de programmatische aanpak gewerkt aan mogelijkheden om asbest eenvoudiger, goedkoper en sneller te saneren.10 Tevens heb ik aangegeven uw Kamer te berichten zodra er knelpunten ontstaan die de voortgang van het saneren van de asbestdaken mogelijk belemmeren. Daarnaast rapporteer ik elk half jaar over de voortgang van de programmatische aanpak; deze brief is daar een voorbeeld van.

Motie Von Martels/Remco Dijkstra 11)

Deze motie, die ziet op het terrein van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, verzoekt om te bezien hoe binnensanering eenvoudiger meegenomen kan worden bij buitensanering. In antwoord 12) op vragen van de leden Von Martels en Geurts (beiden CDA) hierover is aangegeven dat in de regelgeving en de certificatieschemas voor het veilig verwijderen van asbest geen regels opgenomen zijn die voorschrijven dat eerst binnen en daarna pas buiten gesaneerd moet worden. Wel moet conform het Arbeidsomstandighedenbesluit (Arbobesluit) bij het uitvoeren van de werkzaamheden de concentratie van asbestvezels in de lucht zo laag mogelijk onder de grenswaarden worden gehouden en moet verspreiding van asbeststof worden voorkomen. Op dit moment bereidt de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een wijziging voor ter verduidelijking van het certificatieschema waarmee invulling wordt gegeven aan de motie. Deze schemawijziging zal worden gepubliceerd in de Staatscourant.

Motie Bisschop c.s.13)

Ook deze motie ziet op het beleidsterrein van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zij gaat over het veilig gebruik van open werkbakken aan hijskranen. Zoals de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid uw Kamer in het kader van de begrotingsbehandeling 14) en in antwoord 15) op vragen heeft laten weten, voert zij hier momenteel onderzoek naar uit. De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid informeert u hierover na het zomerreces.

Motie Laçin 16)

Deze motie vraagt naar de mogelijkheden om slachtoffers zonder juridische omwegen een snelle en volledige schadevergoeding te geven. Deze motie ziet op de regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS). Deze regeling wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, zoals ook aangegeven in het dertigledendebat van 8 juni 2017 over de rol van de overheid inzake asbestslachtoffers. Momenteel onderzoekt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de mogelijkheden hiertoe. U wordt dit najaar door de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hierover geïnformeerd.

Alternatieve verwerking

In het Rijksbrede programma Circulaire Economie 17) staat dat het kabinet onderzoek gaat doen hoe met bestaande technieken het onschadelijk maken van asbestvezels kan worden gerealiseerd, waardoor het geschoonde (bouw)materiaal kan worden hergebruikt. Bijgevoegd vindt u twee rapporten die deze technieken in beeld brengen.

11) Kamerstuk 25 883, nr. 307.

12) Aanhangsel bij de Handelingen 2016-2017, nr. 2633.

13) Kamerstuk 25 883, nr. 308.

14) Kamerstuk 34 775-XV, nr. 89.

15) Aanhangsel bij de Handelingen 2017-2018, nr. 1921.

16) Kamerstuk 25 834, nr. 129.

17) Kamerstuk 32 852, nr. 33.

In het onderzoek is bezien welke methoden er zijn om asbest uit een bepaalde afvalstroom te verwijderen. Er is onder meer gekeken naar thermische, biologische en mechanische denaturatie. Uit de onderzoeken blijkt dat er technieken bestaan die het mogelijk maken om bepaalde afvalstromen asbestvrij te maken. Een voorbeeld hiervan is asbesthoudend staalschroot. Om alternatieve verwerking van asbesthoudend materiaal mogelijk te maken, is een aantal aanbevelingen gedaan. Ik vind het van belang deze ontwikkelingen te stimuleren en zal de aanbevelingen uit de onderzoeken nader bestuderen om in kaart te brengen op welke wijze ik hieraan gevolg kan geven.

Bijlagen

Stand van zaken en voortgang Versnellingsaanpak asbestdaken

Rapport | 17-07-2018

Assessment of asbestos waste treatment techniques

Rapport | 17-07-2018

Rapport Duurzame verwerking asbesthoudend afval

Rapport | 17-07-2018

Artikel delen