Menu

Filter op
content
Omgevingsweb

Regeerakkoord Rutte III: Minder kolen, meer zon en wind – vertrouwen in de toekomst!

Het Regeerakkoord van Rutte III is gepresenteerd. Het akkoord toont een ambitieus klimaatbeleid, waarbij de energietransitie in een hogere versnelling wordt gebracht.

18 oktober 2017

Ambitie en voorgenomen beleid

Nederland gaat een streng klimaatbeleid voeren om de doelstellingen van het klimaatakkoord van Parijs een mondiale temperatuurstijging die minstens ruim onder de 2 graden Celsius blijft te halen. De uitstoot van broeikasgassen moet fors omlaag. Het doel is om 49% minder broeikasgassen uit te stoten dan in 1990. Dat is ambitieuzer dan de 40 procent vermindering die de EU de lidstaten vanwege Parijs heeft opgelegd.

Om Parijs te halen is in 2030 echter een reductie van circa 55% nodig. Rutte III wil dit percentage in 2018 in Europees verband hard krijgen. Mocht dit niet lukken dan wordt er blijkens het Regeerakkoord naar gestreefd om door een samenwerking in Noordwest-Europa de uitstoot verder te verlagen dan 49%.

Hoe dan?

Om de hiervoor genoemde ambitie concreet handen en voeten te geven, komt er een Klimaatwet. Hierin worden de hoofdlijnen vastgelegd van een klimaat- en energieakkoord dat tot 2030 loopt. Daarmee komt een vervolg op het huidige energieakkoord dat tot 2023 loopt.

Het Regeerakkoord bevat verder afspraken op hoofdlijnen over de wijze waarop Rutte III wil komen tot een daling van de uitstoot van broeikasgassen met 49%. De grootste winst moet geboekt worden door twee maatregelen. In de eerste plaats moeten alle vijf kolencentrales uiterlijk in 2030 sluiten. Dit betekent ook dat het biostoken van biomassa (houtsnippers) in de kolencentrales niet langer wordt gestimuleerd: vanaf 2024 stopt de subsidie. In de tweede plaats wordt de CO2 die vrijkomt bij de industrie, energiecentrales en vuilverbranding niet langer uitgestoten naar de lucht, maar afgevangen en opgeslagen.

Om te komen tot een daling van uitstoot van broeikasgassen wordt ruim baan gegeven voor de komst van energiebronnen zoals zonne- en windparken. De hier ingeslagen weg wordt vervolgd. Verder wordt ingezet op vermindering van het energieverbruik doordat woningen energiezuiniger moeten worden en de industrie energie moet besparen.

In het verlengde daarvan worden aan het eind van de regeerperiode, in 2021, nieuwe woningen en andere nieuwe gebouwen niet meer verwarmd met aardgas. In plaats daarvan worden gebouwen aangesloten op een warmtenet (stads- of industriewarmte) of op een verzwaard elektriciteitsnet dat geschikt is om warmte op te wekken. Nieuwbouwwijken krijgen niet meer standaard een gasnet.

Waar het gaat om bestaande gebouwen geldt dat deze van het aardgas af moeten. Jaarlijks moeten circa 30.000 tot 50.000 woningen worden omgebouwd om gasvrij te worden.

Wie gaat dat betalen?

Een ambitieus programma kost geld. De komende vier jaar wordt jaarlijks bijna 4 miljard euro uitgetrokken voor energie- en klimaatmaatregelen. Een deel van dat geld (per jaar circa 670 miljoen euro) komt uit het verhogen van de belastingen op energie en afval. Het grootste deel ervan, 500 miljoen, komt voor rekening van burgers, de rest komt voor rekening van bedrijven. Na 2020 trekt de regering bovendien ruim 600 miljoen minder uit voor de vergoeding voor zelfopgewekte energie: de salderingsregeling, zoals voor zonnepanelen. Die regeling wordt hervormd. Ook de luchtvaart moet een grote bron van inkomsten worden. Uiterlijk in 2021 komt er een belasting op vliegtickets, in Europees verband of in Nederland. Dat moet de staatskas structureel 200 miljoen opleveren.

Conclusie

De komende jaren wordt krachtig ingezet op het verlagen van de uitstoot van broeikasgassen. Daarbij zet Rutte III vol in op het versnellen van de energietransitie, waarbij afscheid wordt genomen van het gebruik van fossiele brandstoffen. Minder kolen, meer zon en wind. Van grijs naar groen. Denkend aan morgen geeft dit vertrouwen in de toekomst!

Bron: Regeerakkoord

Vertrouwen in de Toekomst

Artikel delen