Er moeten woningen gebouwd worden. Veel woningen. De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Mona Keijzer ziet met het wijzigen van het wetsvoorstel Wet versterking regie volkshuisvesting van haar voorganger, nog meer mogelijkheden om sneller het tekort te verminderen. In deze blog bespreek ik de wijzigingen die Mona Keijzer voorstelt.
In maart 2024 is door voormalig Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Hugo de Jonge het wetsvoorstel Wet versterking regie volkshuisvesting (hierna: Wvrv) gedaan. De Wvrv zal het Rijk, provincies en gemeenten verplichten om in volkshuisvestingprogramma’s vast te leggen welke woningbouwopgave er speelt en hoe zij deze gaan oplossen. De volkshuisvestingsprogramma’s moeten daarbij onder andere de bouw van betaalbare woningen voorschrijven. Verder wordt in de Wvrv het verkorten van rechterlijke procedures mogelijk gemaakt, wordt bouwen in het buitengebied makkelijker en gaan minder regels gelden voor de bouw van mantelzorgwoningen. Als laatste wordt voorgesteld de verdeling van urgente woningzoekenden nationaal te regelen. Het wijzigingsvoorstel van Mona Keijzer moet de bouw van woningen nog eenvoudiger maken.
De eerste wijziging die wordt voorgesteld ziet op de volkshuisvestingsprogramma’s. De verplichting om in de programma’s te beschrijven hoe tenminste 30% aan sociale huurwoningen zal worden gebouwd gold al voor gemeenten en wordt met dit voorstel uitgebreid naar het Rijk en de provincies. Met deze verruiming wordt ook op provinciaal en landelijk niveau gestuurd op de bouw van betaalbare woningen.
Het is voor gemeenten verplicht om bij wijziging van het omgevingsplan te onderbouwen waarom er behoefte is aan deze ontwikkeling en, voor zover de ontwikkeling plaatsvindt in het buitengebied, niet binnenstedelijk in deze behoefte kan worden voorzien. Dit is de ‘ladder voor duurzame ontwikkeling’. Met het wetsvoorstel uit 2024 zal deze ‘ladder’ uitgezet worden voor woningbouw tot 50 woningen. De wijziging van de Wvrv zet de ladder verder uit, waardoor bij woningbouw helemaal niet meer onderbouwd hoeft te worden dat er een behoefte aan is en dat die behoeft niet binnenstedelijk kan worden opgelost.
In de Wvrv stond al dat het bouwen van mantelzorgwoningen op eigen erf makkelijker wordt. Zo komt er een algemene instructieregel die gemeenten verplicht bepaalde mantelzorgwoningen vergunningvrij te maken. Mona Keijzer wil deze instructieregel ook laten gelden voor familiewoningen (woningen voor familieleden in de eerste graad). De exacte kaders hiervan worden nog verder uitgewerkt.
Met de Wvrv zou de woningbouw moeten versnellen. En met de wijzigingen van Mona Keijzer schieten de woningen straks misschien als paddenstoelen uit de grond. De meeste winst valt voor concrete plannen denk ik te behalen in de verruiming van vergunningvrij bouwen en het voor woningbouw volledig uitzetten van de ‘ladder’.